BB Werk 1, 2, 3 en 4

Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4

1. De betekenis van werk
2. Welk werk ga je doen?
3. Arbeidsvoorwaarden
4. Arbeidsomstandigheden
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4

1. De betekenis van werk
2. Welk werk ga je doen?
3. Arbeidsvoorwaarden
4. Arbeidsomstandigheden

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 1, 2, 3 en 4
  1. Probeer zoveel mogelijk zelf het antwoord te vormen. 
  2. Gebruik je boek als je het antwoord echt niet weet.

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 1 - De betekenis van werk

Slide 3 - Tekstslide

1. Wat is volgens jou het belangrijkste verschil tussen werk en hobby? Geef hierbij ook een voorbeeld.

Slide 4 - Open vraag

2. Bekijk de zes basisbehoeften(blz. 6/7). Noem de basisbehoeften die vervuld worden als je twee avonden per week in de supermarkt werkt?

Slide 5 - Open vraag

3. Waarom willen de meeste mensen graag werken?

Slide 6 - Open vraag

4. Een opleiding is een van de basisbehoeften.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

5. Volgens de definitie van werk moet werk nuttig zijn voor anderen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

6. Jezelf ontplooien is een van de basisbehoeften.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

7. De meeste beroepen krijgen gelijk waardering in de samenleving.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Hoofdstuk 2 - Welk werk ga je doen?

Slide 11 - Tekstslide

8. Wat zijn je capaciteiten?

Slide 12 - Open vraag

9. Door welke drie onderdelen worden je capaciteiten bepaald? Leg per onderdeel uit wat daarmee wordt bedoeld.

Slide 13 - Open vraag

10. Leg het verschil uit tussen werken in loondienst en werken als zelfstandige.

Slide 14 - Open vraag

11. Bij welke beroepen komt zwart werken veel voor. Noteer er minimaal 6

Slide 15 - Woordweb

Hoofdstuk 3 - Arbeidsvoorwaarden

Slide 16 - Tekstslide

12. Wat zijn arbeidsvoorwaarden?

Slide 17 - Open vraag

13. Noem twee arbeidsvoorwaarden waar iedereen die werkt mee te maken heeft.

Slide 18 - Open vraag

14. Noem vijf onderdelen die in je contract kunnen staan.

Slide 19 - Woordweb

15. Wat is een CAO?

Slide 20 - Open vraag

16. Wat is het verschil tussen brutoloon en nettoloon?

Slide 21 - Open vraag

17. Er zijn twee soorten ontslag. Welke twee zijn dit? Welke geldt voor jou als je ergens anders wil gaan werken?

Slide 22 - Open vraag

Hoofstuk 4- Arbeidsomstandigheden

Slide 23 - Tekstslide

18. Eisen waar je werkplek aan moet voldoen noemen we?
A
Contract
B
Arbeidsvoorwaarden
C
Capaciteiten
D
Arbeidsomstandigheden

Slide 24 - Quizvraag

19. Vertel wat de arbeidsinspectie doet. Geef ook een voorbeeld van wat ze kunnen ontdekken in een bedrijf.

Slide 25 - Open vraag

20. De Arbowet heeft drie onderdelen. Benoem deze onderdelen en leg per onderdeel uit wat ze inhouden.

Slide 26 - Open vraag

21. Leg uit wat Arbeidsbesluit Jeugdigen is en wat staat hierin?

Slide 27 - Open vraag

22. Heb je zelf een bijbaantje? Beantwoord kort de volgende vragen. Gaat het om wit of zwart werk gaat? Heb je een contract zo ja wat staat hierin? Heb je weleens ontslag gehad/genomen?

Slide 28 - Open vraag

Einde van de opdrachten

Slide 29 - Tekstslide