Klas 2BKT2 Lesweek 14 - Les 1

Kapitel  vier


Achtung:
Je gaat op je eigen plaats zitten.
Handys in deiner Tasche (niet in je broekzak).
Auf deinem Tisch liegen:
dein Buch, dein Heft, dein Etui
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Kapitel  vier


Achtung:
Je gaat op je eigen plaats zitten.
Handys in deiner Tasche (niet in je broekzak).
Auf deinem Tisch liegen:
dein Buch, dein Heft, dein Etui

Slide 1 - Tekstslide

Was macht ihr diese Stunde?



  • Mitteilungen
  • Presentatie Traumschule: Gruppe Berlin
  • Grammatik

Slide 2 - Tekstslide

Lernziele
Was lernt ihr diese Stunde?

• Je kunt de werkwoorden in de tegenwoordige tijd gebruiken.

Slide 3 - Tekstslide

wichtige Hinweise!
Diese Woche               Nur zwei Stunden Deutsch.
                                           Presentatie Muurkrant Traumschule (Berlin, Dresden)
Freitag                            Lianne, Esmee en Lars -> SO sein en haben 
                                           Der Nikolaus kommt.
Nächste Woche                                     Oefenen voor luistertoets
Woche 50 / Freitag 17-12                   Hörtest
                                                                      SO woorden K 4
Woche 2 / Freitag 14-01-2022        BK  -> Toets Kapitel 4
                                                                     KT -> Toets Kapitel 3+4






Slide 4 - Tekstslide

Hausaufgaben

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Om zinnen te maken heb je onder andere (meestal) nodig:
- Persoonlijke voornaamwoorden (ich, du, etc.) of
- zelfstandige naamwoorden (der Affe, die Schule, das Pferd).

- 2 hele belangrijke werkwoorden (sein en haben ) of
- andere werkwoorden zoals werkwoorden (machen, heiβen, spielen, etc).

Slide 8 - Tekstslide

Het werkwoord in de tegenwoordige tijd
Maak ter voorbereiding nu eerst:
BK -> Aufgabe 18 auf Seite 112.
KT -> Aufgabe 18 auf Seite 114.

Ihr habt 3 Minuten. 
Fertig? Lees dan alvast het groene blok op de rechterpagina.


timer
3:00

Slide 9 - Tekstslide

Het werkwoord in de tegenwoordige tijd.
1. Vind de stam (haal -en van het hele werkwoord).
2. Bepaal de juiste vorm.
- door te zoeken naar een persoonlijk voornaamwoord (ich, du)
- door te zoeken naar een zelfstandig naamwoord (daar kun je de der, die of das voorzetten) (dat is het woord dat met een hoofdletter geschreven wordt)


Slide 10 - Tekstslide

het werkwoord in de tegenwoordige tijd.

Slide 11 - Tekstslide

het regelmatige werkwoord 1.

Slide 12 - Tekstslide

Het werkwoord in de tegenwoordige tijd




Vind jij dit nog moeilijk? Ik leg het graag nog een keer uit.
Kijk thuis het filmpje op N.K. online. 
Ga dan pas verder met de opdrachten.

Slide 13 - Tekstslide

Lernziele
Was lernt ihr diese Stunde?

• Je kunt de werkwoorden in de tegenwoordige tijd gebruiken.

Slide 14 - Tekstslide

Zum Schluss
- Vijf vingers: Top!
- Drie vingers: mwah
- Duim naar beneden 
-> volgende keer beter.

Slide 15 - Tekstslide