Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Disco H.8
Disco H.8
* Ablativus
* Troje
1 / 53
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
53 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Disco H.8
* Ablativus
* Troje
Slide 1 - Tekstslide
Ablativus
Slide 2 - Woordweb
Ablativus
Functies:
*bijwoordelijke bepaling
* na voorzetsel (maar ook dan BWB)
* als aanvulling bij een werkwoord (bv. carere + abl)
Slide 3 - Tekstslide
Ablativus
In het Nederlands:
* Ik ben op zolder
* Jullie hebben les in de ochtend
* Jullie zijn met mw. Beijes
Slide 4 - Tekstslide
Ablativus
In het Latijn:
* Dei in Olympo habitant.
* Proserpina cum amicis ludet.
* In ora sunt.
Slide 5 - Tekstslide
8A regel 1
Staat er in deze zin een ablativus?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quizvraag
8A regel 2
Welke 3 woorden staan in de ablativus?
Slide 7 - Open vraag
8A regel 2 'viris'
Zij hebben hem (het paard) gevuld ... mannen
A
door
B
in
C
met
D
op
Slide 8 - Quizvraag
8A regel 2 'in ora'
Waarom is 'ora' ablativus?
A
Door het voorzetsel in (BWB)
B
Door het werkwoord reliquerunt
Slide 9 - Quizvraag
Nunc...
* YouTube
* Lezen intro H.8
* Vertalen 8A regel 1-6
* Nakijken werkboek CR
Slide 10 - Tekstslide
R.1 Graeci ingentem equum ligneum aedificaverunt.
A
De Grieken bouwen een enorm houten paard.
B
De Grieken bouwden een enorm houten paard.
C
De Grieken hebben een enorm houten paard gebouwd.
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Agenda
* TROJE
* De list van de Grieken
* Abl.
Slide 13 - Tekstslide
TROJE
* TB p.53
* YouTube
Slide 14 - Tekstslide
De list van de Grieken
* Schrift dicht
* Wat gebeurt er in de eerste regels van 8A?
Slide 15 - Tekstslide
Welk woord staat in de ablativus?
A
viris
B
eum
Slide 16 - Quizvraag
Welke ablativus geeft een plaats (waar) aan?
A
viris
B
in ora
Slide 17 - Quizvraag
Welke combinatie is abl. plaats (BWB)?
A
prope Troiam
B
in insula Tenedo
Slide 18 - Quizvraag
Waarom is 'muris' (regel 5) abl.?
A
door het voorzetsel 'de' (scheiding
B
door het voorzetsel 'de' (plaats)
Slide 19 - Quizvraag
Wat zien de Trojanen niet op de kust (r.6)?
A
Grieken
B
schepen
C
Grieken en schepen
Slide 20 - Quizvraag
Nunc...
* Werkboek p.67 grammatica
* Vertalen 8A 7-9
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Hodie
* We beginnen
met de ablativus
* Daarna lezen we
over het Trojaanse paard in 8A
* Hi hi...
Slide 23 - Tekstslide
Ablativus
* Zelfstandige naamwoorden op -a, -o of -is
* Persoonlijke voornaamwoorden (me, te, eo, ea etc)
* Bijwoordelijke bepaling (met, door, in, op, etc.)
Slide 24 - Tekstslide
Welk woord kan GEEN ablativus zijn?
A
ora
B
Troiae
C
dono
D
Graecis
Slide 25 - Quizvraag
Welk woord is ablativus?
A
donum
B
sacerdos
C
equo
Slide 26 - Quizvraag
Welk voorzetsel gaan NIET met de ablativus mee?
A
pro
B
cum
C
de
D
prope
Slide 27 - Quizvraag
Wat is geen bijwoordelijke bepaling?
A
Met de hond
B
In de klas
C
Naar Rome
D
Van de muur (af)
Slide 28 - Quizvraag
Het Trojaanse paard...
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Hodie!
* Hi hi...
* 8A
* Tb p. 56-57
Slide 31 - Tekstslide
Hi hi..
* Trojaanse oorlog
* ...?
Slide 32 - Tekstslide
8A: regel 10 filiis
Welke naamval en functie/ gebruikswijze?
A
abl. door voorzetsel cum (BWB)
B
abl. BWB
C
dat meewerkend voorwerp
Slide 33 - Quizvraag
Lezen
p. 56-57
Vraag voor tijdens het lezen:
Welke persoon zou jij willen zijn in een film en waarom?
Slide 34 - Tekstslide
Regel 10: wat doen de Trojanen?
A
roepen
B
aarzelen
C
komen
Slide 35 - Quizvraag
Regel 11: equum
Welke naamval en functie?
A
nominativus onderwerp
B
accusativus lijdend voorwerp
Slide 36 - Quizvraag
Regel 12: equo
Welke naamval en functie?
A
Abl, aanvulling bij werkwoord credere
B
Dat aanvulling bij werkwoord credere
Slide 37 - Quizvraag
Regel 12: 'Miseri Troiani'
Welke naamval?
A
Nominativus
B
Vocativus
C
Accusativus
Slide 38 - Quizvraag
Timete: modus?
A
Indicativus
B
Imperativus
C
Infinitivus
Slide 39 - Quizvraag
Regel 14: dolis
Welke naamval en functie?
A
Dat meewerkend voorwerp
B
Dat aanvulling bij werkwoord carent
C
Abl aanvulling werkwoord carent
Slide 40 - Quizvraag
Et nunc...
* Vertalen 8B 1-5
* Leren woorden 8B
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Tekstslide
Hodie
* Vragen over het Trojaanse paard
* Ablativus
* 8B
Slide 43 - Tekstslide
Hoe heette de priester, die de Trojanen aanraadde het paard niet de stad in te trekken?
A
Laocoon
B
Sinon
C
Aeneas
Slide 44 - Quizvraag
Hoe heette de gevangen Griek?
A
Aeneas
B
Sinon
C
Tenedus
Slide 45 - Quizvraag
Naar wiens tempel gingen de slangen na het wurgen van Laocoon en zijn zoons?
A
Minerva
B
Jupiter
C
Mars
Slide 46 - Quizvraag
Van welke godin is Aeneas de zoon?
A
Minerva
B
Juno
C
Venus
Slide 47 - Quizvraag
ABL
Welk persoonlijke voornaamwoord is ablativus?
A
ei
B
eo
C
mihi
Slide 48 - Quizvraag
Welk persoonlijk voornaamwoord kan 'met ons' betekenen?
A
vobis
B
nobis
C
eis
Slide 49 - Quizvraag
'in somno': wat is de functie van deze abl?
A
Door het voorzetsel 'in´ (BWB)
B
Door de uitgang -o
Slide 50 - Quizvraag
Welk woord kan abl. zijn?
A
hostis
B
armis
C
iit
Slide 51 - Quizvraag
Vat voor jezelf samen waarover de vragen gingen en wat je ervan hebt geleerd
Slide 52 - Tekstslide
8B: vertalen
* Zelf
* Met buur
* Met mij in de chat
Slide 53 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
AC-2G-Latijn-H8-1
Februari 2021
- Les met
15 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
De ablativus, het psvnw, woorden 8b
September 2023
- Les met
10 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Les 18 juni
Juni 2021
- Les met
11 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica les 8
December 2020
- Les met
14 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
De ondergang van Troje
Maart 2021
- Les met
11 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
11/6 Disco H.8
Juni 2021
- Les met
15 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
H.gram.klas 1 groep 3 + nv
September 2024
- Les met
35 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Naamvallen basis
November 2021
- Les met
37 slides
Latijn
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1