PW bespreken

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Klassieke TalenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Was het cijfer op het PW wat je er zelf van verwacht had?
ja zeker
ja wel
nee niet helemaal
nee helemaal niet

Slide 2 - Poll

1. ea Sabinorum ornamenta (r. 7)

a. Om welke sieraden gaat het? Citeer als antwoord het Latijnse tekstelement uit het voorafgaande. 
.

antwoord = armillas (aureas)

1 punt

Slide 3 - Tekstslide

Waarom is het antwoord 'armillas aureas gerere solebant' te lang?

Slide 4 - Open vraag

b. Tarpeia keek vanuit de verte naar de Sabijnen. Hoe kon het dat Tarpeia deze sieraden toch opmerkte? Antwoord in het Nederlands en baseer je antwoord op het vervolg. 
.
 


Ze schitterden in de zon
[1 punt]

Slide 5 - Tekstslide

ei (r.8) - ei enim pulcherrima esse videbantur - Naar wie of wat verwijst dit woord terug? [1 punt]
A
sole
B
Sabinorum
C
Tarpeia
D
moeniis

Slide 6 - Quizvraag

3. si mihi dabitis ea, quae in bracchiis sinistris geritis (r. 11-12) [1 punt]

Tarpeia wil de stad verraden aan haar vijanden in ruil voor een goede beloning. Ze is helaas niet heel specifiek bij het maken van deze afspraak. Leg uit hoe dit uiteindelijk leidt tot Tarpeia’s dood. 
.


Ze vraagt als beloning om de dingen, die de Sabijnen aan hun linkerarm dragen en daarbij doelt ze op de gouden armbanden. De Sabijnen dragen ook schilden aan hun linkerarm. Als ze later Tarpeia haar beloning geven, gooien ze hun schilden op haar in plaats van hun armbanden, waardoor ze sterft (omdat ze vinden dat dit een gepaste straf is voor haar misdaad). 

Slide 7 - Tekstslide

4. Wat is het antecedent van 'quas' in r.15?
Antwoord = portas
Waarom is het antwoord 'portas urbis' grammaticaal gezien fout maar inhoudelijk niet?

Slide 8 - Open vraag

congrueert met 'hostes'
ingressi (r.15)
ppa
ppp
pfa
nom
gen
dat
acc
abl
ev
mv
M
V
O

Slide 9 - Sleepvraag

congrueert met 'Tarpeiam'
exspectantem (r.15)
ppa
ppp
pfa
nom
gen
dat
acc
abl
ev
mv
M
V
O

Slide 10 - Sleepvraag

6. Latona dea t/m errabat (r. 1-2)

Iemand vertaalt deze passage als volgt:
‘Latona was een godin, die niet van Juno, de koningin van de goden, hield; dus stuurde ze haar na haar verbanning van de Olympus naar de aarde, waar ze treurend door de weiden en bossen zwierf.’
a. Welke grammaticale fout heeft de vertaler gemaakt in de eerste helft van de zin? Ga in op zowel het Nederlands als het Latijn. [1 punt] 


.




Het betrekkelijk voornaamwoord ‘quam’ (dat terugslaat op Latona) is een accusativus en hier het lijdend voorwerp van ‘amabat’; in de vertaling is ‘die’ vertaald als onderwerp. (Bovendien is ‘Iuno’ de nominativus, maar is de naamval vertaald als het lijdend voorwerp van de bijzin.) 

Slide 11 - Tekstslide

6b Van welk Latijns tekstelement is 'na haar verbanning' de vertaling?
A
expulsam in
B
expulsam
C
itaque expulsam
D
expulsam in terram

Slide 12 - Quizvraag

7. Naar wie of wat verwijzen onderstaande woorden? Geef alleen de letter van het juiste antwoord.
eam (r. 6) – suo (r. 6) – illius (r. 7)
A
eam verwijst naar de dolfijn, suo verwijst naar Latona, illius verwijst naar het eiland
B
eam verwijst naar Latona, suo verwijst naar het eiland, illius verwijst naar de dolfijn
C
eam verwijst naar het eiland, suo verwijst naar Latona, illius verwijst naar de dolfijn
D
eam verwijst naar Latona, suo verwijst naar de dolfijn, illius verwijst naar het eiland

Slide 13 - Quizvraag

8. Locus erat amoenissimus (r. 9)

a. Het eiland was dus heel mooi, maar wat was er mis mee? Antwoord in het Nederlands en baseer je antwoord op het vervolg.

Het eiland bewoog

b. Hoe wordt dit probleem opgelost? Antwoord in het Nederlands en baseer je antwoord op het vervolg.

Jupiter zet het eiland (met ijzeren kettingen) vast aan de zeebodem
[2 punten] 



Slide 14 - Tekstslide

9. nam Iuno eam persequebatur (r. 15)

a. Aan het begin van het verhaal werd al duidelijk dat Juno Latona niet mag. Welke extra reden heeft ze nu? Antwoord in het Nederlands en baseer je antwoord op het voorafgaande (vanaf r. 13).
[1 punt] 
.


Latona heeft twee kinderen gekregen van Juno’s echtgenoot Jupiter  

Slide 15 - Tekstslide

b. Als je niet goed oplet, zou je deze woorden kunnen vertalen als ‘want zij werd achtervolgd door Juno’. Welk type werkwoord is ‘persequebatur’ en hoe moet je deze woorden dus wel vertalen? [1 punt]

Slide 16 - Open vraag

10. Welke uitspraak is onjuist?
A
‘Duos infantes’ is het lijdend voorwerp van ‘portans’
B
infantes’ is het antecedent van ‘qui’
C
‘suo’ is een ablativus
D
‘portans’ is voortijdig aan ‘errabat’

Slide 17 - Quizvraag

10. Welke uitspraak is onjuist?
A
‘esuriebat’ staat in een bijzin
B
‘poterat’ is een plusquamperfectum
C
‘largiri’ is een deponens
D
‘metuebant’ is een imperfectum

Slide 18 - Quizvraag

11. Cur me prohibetis aquis? (r. 23)

Latona is nogal verbaasd dat ze geen toegang krijgt tot het meer.
a. Met welke twee argumenten probeert ze de boeren te overtuigen haar toch tot het meer toe te laten? Baseer je antwoord op het vervolg (t/m r. 26) en antwoord in het Nederlands. 

.


Het water is van niemand/iedereen
Ze wil alleen maar wat water drinken en zich niet wassen / Ze wil het water niet vies maken (maar alleen drinken) 
[1 punt voor 2 argumenten]

Slide 19 - Tekstslide

b. Welk emotioneel overtuigingsmiddel voegt ze hier nog aan toe? Antwoord in het Nederlands. 
Ze probeert medelijden op te wekken door naar haar kinderen te wijzen 
[1 punt]

Slide 20 - Tekstslide

12. Bekijk Afbeelding 1 (zie bijlage)
Wat heeft deze afbeelding te maken met de afloop van dit verhaal? Baseer je antwoord op de voor deze toets gelezen teksten.

Waarom is het fout als je alleen de afloop van het verhaal opschrijft?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Heb je nog vragen of opmerkingen over de toets?

Slide 23 - Open vraag