Les 11 van de planner (H2)(M2) Grammatica

lessonup.app
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

lessonup.app

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
- Je kennis over de grammatica uit hoofdstuk 2 is weer lekker opgefrist.

- Je kunt Franse zinnen vragend maken.

- Je kunt Franse zinnen ontkennend maken.

Slide 2 - Tekstslide

Heb je je goed voorbereid op deze les?

A
nee, ik heb niets gedaan
B
mwoah, ik heb het snel doorgenomen
C
ja, ik heb heel goed geleerd

Slide 3 - Quizvraag


Er volgen nu 2 theorievragen 

Slide 4 - Tekstslide

Op welke 3 manieren kun je een Franse zin vragend maken?

Slide 5 - Woordweb

Wat is de volgorde van een vraagzin mét vraagwoord?
A
vraagwoord + normale zin
B
normale zin + vraagwoord
C
vraagwoord + inversie
D
est-ce que + vraagwoord + normale zin

Slide 6 - Quizvraag


Er volgen nu een aantal reproductievragen 

Slide 7 - Tekstslide

Wat betekent het woord:
Waarom
A
qui
B
quoi
C
quand
D
pourquoi

Slide 8 - Quizvraag

Wat betekent het woord:
wie
A
qui
B
combien
C
quand
D
comment

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent het woord:
hoe
A
pourquoi
B
C
qui
D
comment

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent het woord:
waar
A
qu'est-ce que
B
C
quoi
D
combien

Slide 11 - Quizvraag

Maak de volgende zin op drie manieren vragend:
Il fait du sport

Slide 12 - Open vraag

Maak de volgende zin op drie manieren vragend:
Vous mangez la pomme.

Slide 13 - Open vraag

Maak de volgende zin op drie manieren vragend:
Nous avons de la fièvre.

Slide 14 - Open vraag

Vertaal naar het Frans:
Waarom doe jij aan hardlopen?

Slide 15 - Open vraag

Er volgen nu theorievragen  en reproductieopdrachten over de ontkenning 

Slide 16 - Tekstslide

Hoe maak je een Franse zin ontkennend?

Slide 17 - Open vraag

Wat is de persoonsvorm in een zin?
A
de persoon die het doet
B
het eerste werkwoord
C
het antwoord op de vraag: wie of wat?

Slide 18 - Quizvraag

Wat betekent:
Ne ... rien
A
niets
B
niet meer
C
nog niet
D
nooit

Slide 19 - Quizvraag

Wat betekent:
Ne ... jamais
A
niets
B
niet meer
C
nog niet
D
nooit

Slide 20 - Quizvraag

Wat betekent:
Ne ... plus
A
niets
B
niet meer
C
nog niet
D
nooit

Slide 21 - Quizvraag

Maak de volgende zin ontkennend met:
Niet/geen
Martin aime la viande.

Slide 22 - Open vraag

Maak de volgende zin ontkennend met:
Niet meer
Elle sait quoi faire.

Slide 23 - Open vraag

Les devoirs 
Leren (apprendre):

- vocabulaire A, B, E, F, G
- de theorie over de vraagzinnen
- de vraagwoorden van blz 26 TB
- de theorie over de ontkenning
- de vormen van de ontkenning op blz 32 TB

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide