les 10 thema 1 km2b (vr)

Welkom
Zitten volgens de nieuwe plattegrond.
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
Je laptop alvast opstarten en inloggen bij lessonup, daarna je  laptop omdraaien (met scherm naar de docent).
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Zitten volgens de nieuwe plattegrond.
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je schrift en etui op tafel leggen.
Je laptop alvast opstarten en inloggen bij lessonup, daarna je  laptop omdraaien (met scherm naar de docent).
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Alles afronden van thema 1 en je voorbereiden op de toets.

Slide 2 - Tekstslide

timer
10:00
Leerdoel:
-Je kent de mogelijke gevolgen van verslaving aan roken en blowen.
-Alle leerdoelen thema 1 herhalen, leren, beheersen en kennen.
Kun je bereiken door:
-Te lezen/bestuderen Basisstof 6  (alleen mavo).
-Te maken opdrachten van de afsluiting en mavo ook basisstof 6.
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de oefentoets.

Eerst 10 minuten zelf in stilte, daarna mag je overleggen. 
Laatste 15 minuten afsluiten met 23 vragen over de toetsstof, dus sluit lessonup niet af maar zorg dat je dan klaar zit met je lessonup tabblad geopend.
Volgende week Vrijdag een toets en starten met thema 4

Slide 3 - Tekstslide

Kaarsvet is een brandstof.
A
ja
B
nee

Slide 4 - Quizvraag

Sigarettenrook is een mengsel van gassen en fijne teerdruppeltjes.
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quizvraag

Helder kalkwater is een indicator voor stikstof.
A
ja
B
nee

Slide 6 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bladgroenkorrels zetten glucose om in koolstofdioxide en water.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bij de afbraak van glucose komt energie vrij.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

In je lichaam vindt alleen overdag verbranding plaats.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bekijk de afbeelding.

Op de plek van cijfer ① moet energie worden ingevuld.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Stofwisseling is de omzetting van de ene stof in een andere stof.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bekijk de afbeelding.

Op de plek van cijfer ② moet koolstofdioxide worden ingevuld.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bekijk de afbeelding.

De verbranding in je lichaam vindt alleen in gespecialiseerde cellen plaats.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Lees de tekst en bekijk de afbeelding.

Door het rennen gaat het hart van het meisje sneller kloppen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Lees de tekst en bekijk de afbeelding.

Door het rennen vindt er in het lichaam van het meisje meer verbranding plaats.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Lees de tekst en bekijk de afbeelding.

Tijdens het rustige lopen komt er in het lichaam van het meisje meer warmte vrij dan tijdens het rennen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

In uitgeademde lucht zit dezelfde hoeveelheid waterdamp als in ingeademde lucht.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Bij uitademing door middel van buikademhaling gaat de buikwand naar voren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Is de volgende bewering juist of onjuist?

Gaswisseling kan in de longblaasjes snel plaatsvinden doordat de wand van longblaasjes dun is.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding. Je ziet hier een longblaasje met een longhaarvat schematisch getekend. Enkele plaatsen zijn aangegeven met nummers.

Welk nummer geeft de plaats aan waar ingeademde lucht het eerst terechtkomt?
A
Nummer 1.
B
Nummer 2.
C
Nummer 3.

Slide 20 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding. Je ziet hier een longblaasje met een longhaarvat schematisch getekend. Enkele plaatsen zijn aangegeven met nummers.

Bij welk nummer bevindt zich bloed dat rijk is aan zuurstof?
A
Nummer 1.
B
Nummer 2.
C
Nummer 3.

Slide 21 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding. Je ziet hier een longblaasje met een longhaarvat schematisch getekend. Enkele plaatsen zijn aangegeven met nummers.

Welke pijl geeft de richting aan waarin koolstofdioxide gaat, pijl P of pijl Q?
A
Pijl P
B
Pijl Q

Slide 22 - Quizvraag

Doordat je middenrifspieren zich plotseling samentrekken, hik je.

Wat gebeurt er op dat moment met het middenrif?
En stroomt er daardoor lucht de longen in of uit?
A
Het middenrif gaat naar beneden, waardoor lucht de longen in stroomt.
B
Het middenrif gaat naar beneden, waardoor lucht de longen uit stroomt.
C
Het middenrif gaat naar boven, waardoor lucht de longen in stroomt.
D
Het middenrif gaat naar boven, waardoor lucht de longen uit stroomt.

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de functie van de trilharen in het neusslijmvlies?
A
Het produceren van slijm.
B
Het opvangen van stofdeeltjes en ziekteverwekkers.
C
Het opvangen van stofdeeltjes en ziekteverwekkers.
D
Het verplaatsen van slijm naar de keelholte.

Slide 24 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding.

Wanneer zij normaal rechtop staat gebruikt zij bij bepaalde adembewegingen minder energie dan in deze houding.

Welke adembewegingen kosten minder energie wanneer zij normaal rechtop staat en even vaak ademt dan in deze houding?

A
Inademing bij zowel de borst- als de buikademhaling.
B
Inademing bij de borstademhaling en uitademing bij de buikademhaling.
C
Uitademing bij de borstademhaling en inademing bij de buikademhaling.
D
Uitademing bij zowel de borst- als de buikademhaling.

Slide 25 - Quizvraag

Bekijk de afbeelding.

Wanneer zij normaal rechtop staat gebruikt zij bij bepaalde adembewegingen minder energie dan in deze houding.

Wat kan er direct na een volledige inademing met borstademhaling plaatsvinden? Er zijn twee antwoorden goed.

A
Inademing met borstademhaling.
B
Inademing met buikademhaling.
C
Uitademing met borstademhaling.
D
Uitademing met buikademhaling.

Slide 26 - Quizvraag

Ver genoeg gekomen met de opdrachten, alles af van thema 1?
Zo niet; genoteerd wat je thuis gaat doen?  

Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.
Laat je plek netjes achter, schuif je stoel aan en vergeet je mobiel niet.

Slide 27 - Tekstslide