Se schrijven

Se schrijven
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Se schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Se2
  • Kies een onderwerp uit de lijst van tien (10)​
  • Documenteer je over het door jouw gekozen onderwerp​
  • Reduceer je documentatie, haal de kernwoorden eruit​
  • Verzamel je kernwoorden, onderzoeksgegevens en enkele citaten in een documentatiemapje (max. drie pagina’s) ​
  • Zorg voor een voorblad (naam, klas + onderwerp duidelijk zichtbaar), een inhoudsopgave en een bronnenlijst en voeg die toe aan je documentatiemapje​













Slide 2 - Tekstslide

Se2
  • Je documentatiemapje bestaat dus uit maximaal 5 kantjes + een voorblad
  • Alles op papier in een snelhechter​
  • Laat aan je docent zien voor controle​
  • Bij goedkeuring gaat je mapje in de kluis, zo niet dan is er 1x een verbeterkans​
  • Houd je aan de deadlines​ (uiterlijk 12 december inleveren)
  • Zorg voor een voorblad (naam, klas + onderwerp duidelijk zichtbaar), een inhoudsopgave en een bronnenlijst en voeg die toe aan je documentatiemapje​

Slide 3 - Tekstslide

Beoordeling se2 gedocumenteerd schrijven
  • Realisatie tekstsoort en schrijfdoel​
  • Opbouw (driedeling, alinea-indeling, tekstverbanden)​
  • Publiekgerichtheid​
  • ​Stijl en spelling​
  • Titel ​








Slide 4 - Tekstslide

Veelgemaakte fouten
Waar werden de laatste jaren door leerlingen vooral fouten in gemaakt?​


Opbouw tekst, vooral bij de inleiding​
Stijl en spelling, vooral formuleringsfouten​
Realisatie tekstsoort en schrijfdoel



Slide 5 - Tekstslide

Opbouw
Veel fouten worden gemaakt in de opbouw ​

Inleiding ontbreekt of is niet compleet: ​
  • mist aandachtstrekkers ​
  • mist aankondiging onderwerp/stelling​
  • mist korte aankondiging deelonderwerpen/​kernzinnen / signaalwoorden​

Slot ontbreekt of is niet compleet: ​
  • mist conclusie/herhaling standpunt​
  • mist uitsmijter








Slide 6 - Tekstslide

Opbouw
Andere fouten in de opbouw het middenstuk: ​

Slordige indeling van alinea’s: ​
  • geen alinea’s gemaakt​
  • onlogische indeling van alinea’s​
  • regels binnen een alinea niet volgemaakt​

 (Grotendeels) ontbreken van signaalwoorden





Slide 7 - Tekstslide

Stijl en spelling
De werkwoordspelling gaat meestal goed​

Het spellingsonderdeel waar de meeste fouten worden gemaakt: woorden aan elkaar of los​

Hoe zat het ook alweer? Wat moet aan elkaar?​
Samenstellingen van twee of drie woorden: bagagedrager, pianospelen, langetermijnplanning​
Getallen tot duizend en samenstellingen met honderd en duizend: drieëntwintig, achthonderdtien, twintigduizend​
 Voornaamwoordelijke bijwoorden die bestaan uit er, hier, daar, waar + voorzetsel: eronderdoor, hiertegenover, waarheen​








Slide 8 - Tekstslide

Stijl en spelling
Formuleringsfouten die veel tegenkomen:​

  • Incongruentie: onderwerp en PV zijn niet allebei ev of allebei mv ​
  • ​Verkeerd of onduidelijk verwijzen​
  • ​Losstaand zinsgedeelte​
  • ​Hoofdlettergebruik







Slide 9 - Tekstslide

Realisatie ​tekstsoort en schrijfdoel​
Uiteenzetting: objectieve uitwerking van een onderwerp (informeren)​

Verschijnsel introduceren​
Geeft uitleg en achtergrondinformatie erover​

Betoog: tekst waarmee de schrijver de lezers wil overtuigen van zijn standpunt (overtuigen)​
Standpunt​
Argumenten (let op standpunt van publiek!)​

Beschouwing: tekst die de lezer de mogelijkheid geeft om zelf over iets na te denken (opiniëren)​
Schrijver geeft uitleg en vaak ook meningen (mix bovenstaande tekstsoorten)​
Doel is niet overtuigen, maar beschouwen, een mening laten vormen​










Slide 10 - Tekstslide

Titel
Een goede titel voldoet aan drie voorwaarden:​

  1. Het onderwerp is duidelijk​
  2. De titel is uiteenzettend/betogend/beschouwend​
  3. Pakkend/interessant​

Zestien jaar en zwanger​
Dyslexie, de opmaat voor een goed cijfer​
Sociale of asociale media is de vraag!​







Slide 11 - Tekstslide

Publieksgerichtheid
Taalgebruik: schrijf je voor scholieren? Voor professionals?​

Kijk ook naar het medium: schrijf je voor de schoolkrant, een studentenblad, het NRC? ​

Als je voorbeelden aanhaalt: geef voorbeelden die passen bij de doelgroep, bijvoorbeeld bij leerlingen of bij docenten ​

Bij betoog: wat is het standpunt van je publiek? Zijn ze tegen, twijfelen ze? Of ben je aan het preken ‘voor eigen parochie’?​

Gebruik vaktermen: doe dit alleen als je voor professionals schrijft, of voor professionals in opleiding. Zo niet, leg dan vaktermen uit of gebruik gemakkelijkere woorden.​



Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld schrijfopdracht SE​
8. Mindfulness​

Jouw studiegroep van de opleiding Geneeskunde krijgt de opdracht een debat te organiseren over het onderwerp ‘mindfulness’. Binnen jouw studiegroep liggen de visies sterk uit elkaar, sommige studenten noemen mindfulness zelfs ‘gevaarlijk’. Jij bent het hier totaal niet mee eens en vindt dat er juist veel positieve kanten aan zitten. Schrijf een betoog over dit onderwerp, dat dient ter voorbereiding van het debat.​




Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld schrijfopdracht SE
Mindfulnesstraining is sterk in opkomst en heeft de afgelopen vijf jaar een enorme vlucht genomen in de geestelijke gezondheidszorg (ggz).​
Jouw studievereniging van de opleiding HBO Verpleegkunde geeft het tijdschrift Pil uit. Deze maand is het thema ‘mindfulness’. Schrijf voor dit tijdschrift een uiteenzetting over het onderwerp. Ga daarbij onder andere in op de oorsprong van mindfulness en op de medische toepassingen.​

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld schrijfopdracht SE
7. Verplichte boekenlijst Nederlands

Jou is gevraagd om voor het tijdschrift Literatuur op school, een vaktijdschrift voor docenten moderne vreemde talen, een beschouwing te schrijven over de verplichte boekenlijst Nederlands. Ga daarbij onder andere in op de verschillende visies op de doelen van het literatuuronderwijs. Geef ook je eigen mening. 

Slide 15 - Tekstslide

Se2
  • Kies een onderwerp uit de lijst van tien (10)​
  • Documenteer je over het door jouw gekozen onderwerp​
  • Reduceer je documentatie, haal de kernwoorden eruit​
  • Verzamel je kernwoorden, onderzoeksgegevens en enkele citaten in een documentatiemapje (max. drie pagina’s) ​
  • Zorg voor een voorblad (naam, klas + onderwerp duidelijk zichtbaar), een inhoudsopgave en een bronnenlijst en voeg die toe aan je documentatiemapje​
  • Je documentatiemapje bestaat dus uit maximaal 5 kantjes + een voorblad, alles op papier in een snelhechter​
  • Laat aan je docent zien voor controle​
  • Bij goedkeuring gaat je mapje in de kluis, zo niet dan is er 1x een verbeterkans​
  • Houd je aan de deadlines​
  • ------------------------------------------------------------------------------------------------------------​
  • Bij SE2 zie je je mapje voorzien van een persoonlijke opdracht op je examentafel​
  • Je gaat aan de slag met het schrijven van een ​UITEENZETTING/ BETOOG/ BESCHOUWING​ 600-800 woorden​


















Slide 16 - Tekstslide