wonen en huishouden les 6

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Wonen en huishouden

oefenvragen les vorige week

Wat staat er allemaal in een schoonmaakplan?

Welke schoonmaakklus doe je dagelijks?

1. ramen lappen
2. toilet schoonmaken
3. afstoffen
4. koelkast schoonmaken

noem 2 voorbeelden van een dagelijkse schoonmaakklus

noem twee voorbeelden van een periodieke schoonmaakklus

Schoonmaakmethodes

1. droog schoonmaken

2. klamvochtig schoonmaken

3. nat schoonmaken

droog schoonmaken

de snelste manier

afstoffen

vuil opvegen

stofzuigen

klamvochtig schoonmaken

bij vuil dat vastzit

bijvoorbeeld kringen op een glazen tafel of een klodder jam

moppen van de vloer

nat schoonmaken

vuil dat sterk gehecht is aan de oppervlakken

bijv. vloer dweilen

badkamer 

boek

boek schoonmaken en inrichten

opdracht 30

zoek het filmpje op bij factor e