In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.
Zorgen ervoor dat
woorden, zinnen en alinea's
met elkaar samenhangen.
Aan een
signaalwoord
zie je met
welk tekstverband
je te maken hebt.
- chronologisch verband
- conluderend verband
- doel-middelverband
- oorzakelijk verband
- redengevend verband
samenvattend verband
-opsomming
- tegenstelling
- toelichtingverband
- voorwaarde
- oorzakelijk
- concluderend verband
Je gaat verder met Plot26 Lezen2, leesteksten.