Zintuigen

De zintuigen
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
anatomie & fysiologieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

De zintuigen

Slide 1 - Tekstslide

Inleiding
De algemene functie van de zintuigen is het opdoen van indrukken. Zintuigen bestaan uit cellen die prikkels omzetten in impulsen die naar het zenuwstelsel worden doorgegeven. De zintuigen in de kop staan direct in verbinding met de hersenen
Bij overprikkeling geven de zintuigen een pijnsignaal af.
(fel licht; pijn aan de ogen)

Slide 2 - Tekstslide

De leerdoelen
  • Je kunt de lichaamsdelen beschrijven die betrokken zijn bij de zintuigen zien, horen, ruiken, proeven en voelen.
  • Je kunt de functies van de verschillende lichaamsdelen en de onderdelen daarvan noemen.
  • Je kunt afwijkingen noemen die de zintuigen beïnvloeden. 

Slide 3 - Tekstslide

De functies van de zintuigen
  • De algemene functie: van de zintuigen is het opdoen van prikkels
  -oog
  -oor (gehoor/evenwicht)
  -neus
  -smaak
  -gevoel

  • Cellen die prikkels omzetten in impulsen, die doorgegeven worden naar het zenuwstelsel

  • Snelle reactie op veranderingen en bescherming tegen ‘gevaar

Slide 4 - Tekstslide

Het oog
De ogen zijn het zintuig om waar te nemen wat zichtbaar is. De ogen worden beschermd door de oogleden.

Het oog bestaat uit 3 oogleden
  •    -bovenste
  •   -onderste
  •   -derde (membrana nictitans)
 
Oogleden zijn aan de binnenzijde bekleed met slijmvlies (conjunctiva)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

De oogbol
  • De oogbol bestaat uit stevig bindweefsel met daaroverheen een laag slijmvlies (conjunctiva).

  • Het oogwit noem en we de harde oogrok (sclera).

  • De voorzijde van de oogbol bestaat uit zeer

  • speciale/doorzichtige cellen het hoornvlies (cornea) Hierin zitten veel cellen maar geen bloedvaten.

  • De oogspiertjes zorgen ervoor dat het oog alle kanten op kan draaien of een stukje teruggetrokken kan worden.

Slide 7 - Tekstslide

Iris en pupil
  • Het regenboogvlies (iris) is de gekleurde ring in het oog, de kleur ontstaat door pigment. Bij albino's ontbreekt de kleur. De iris bevindt zich tussen het hoornvlies en de lens.

  • De opening in de iris wordt de pupil genoemd. Door spiertjes kan de pupil groter of kleiner gemaakt worden. Dit gebeurt onder invloed van licht. (veel licht= pupil klein, weinig licht= pupil groot)

Niet iedere diersoort heeft dezelfde pupilvorm

Slide 8 - Tekstslide

Lens & 
glasachtig lichaam
Het licht dat door de lens komt, valt op de lens. De lens is doorzichtig en is door spiertjes aan het oog bevestigd. 

Achter de lens bevindt zicht het glasachtig lichaam.  Licht wordt door de lens geconcentreerd en valt door het glasachtig lichaam op het netvlies (retina)

Slide 9 - Tekstslide

Netvlies
Het netvlies (retina) bevat 2 soorten zintuigcellen: de staafjes en de kegeltjes. Deze cellen registreren  het invallend licht. 

* De staafjes registreren zwart-wit.
* De kegeltjes registreren kleur.

Op de plek waar de oogzenuwen het oog verlaten zitten geen zintuigcellen, dit noemen we de blinde vlek.

Bij een aantal diersoorten zitten achter het netvlies een extra laag  reflecterende cellen (Tapetum lucidum) Deze cellen kaatsen het licht een extra keer terug langs de staafjes en kegeltjes waardoor deze dieren extra goed kunnen zien in het donker (katachtige).

Slide 10 - Tekstslide

Cataract = staar
Staar is eenoogziekte. Het kan aan één oog voorkomen maar ook aan beide. Voor in het oog, achter de pupil ligt de ooglens. Deze is helder en doorzichtig. Daardoor kan het licht er ongehinderd doorheen vallen op het netvlies en kunnen we beelden scherp zien.

Bij staar (cataract) wordt de ooglens troebel. Hierdoor kan het licht het netvlies niet meer goed bereiken en gaan we waziger zien.

Slide 11 - Tekstslide

Hoe noem je de laag doorzichtige cellen aan de voorzijde van de oogbol?
A
netvlies
B
iris
C
pupil
D
hoornvlies

Slide 12 - Quizvraag

Wat registreren de kegeltjes in het netvlies?
A
zwart-wit
B
kleuren
C
licht-donker
D
dichtbij-vergezicht

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de Latijnse benaming voor regenboogvlies
A
membrana nictitans
B
iris
C
cornea
D
sclera

Slide 14 - Quizvraag

Het oor
De organen voor het waarnemen van geluid en beweging liggen dicht bij elkaar in het oor. Daarom worden ze hier samen besproken. Het oor bestaat uit:

- Het uitwendige oor (auris externa
- Het middenoor (auris media)
- Het binnenoor (auris interna)

Het uitwendige - en het middenoor dienen om geluid op te vangen, te concentreren en naar het binnenoor te brengen.

In het binnenoor ligt het slakkenhuis. Hier zitten de zintuigcellen die het geluid opvangen en doorgeven aan de hersenen. Het evenwichtsorgaan bevat zintuigcellen die beweging registreren.


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Uitwendige oor
Uitwendige oor bestaat uit de oorschelp, deze is opgebouwd  uit kraakbeen met huid. De gehoorgang is bekleed met huid met talgkliertjes, produceren smeer (cerumen). 
De gehoorgang van een hond/kat loopt eerst verticaal daarna horizontaal na een haakse bocht.
De gehoorgang eindigt  bij het trommelvlies. De stevige vlies is een barrière voor ziekteverw. ook zorgt het dat geluidstrillingen worden overgebracht naar het middenoor.

Slide 17 - Tekstslide

Middenoor
Achter het trommelvlies begint het middenoor. Deze is gevuld met lucht, De luchtdruk wordt geregeld door de buis van Eustachius. Deze buis vormt een verbinding tussen het middenoor en de keelholte. Door te slikken opent de buis kort, druk kan zo worden aangepast.

Drie gehoorbeentjes: hamer, aambeeld en stijgbeugel geven trillingen door aan het binnenoor

Slide 18 - Tekstslide

Het binnenoor
Het slakkenhuis – orgaan van Corti
Slakkenhuis is een opgerolde buis gevuld met vloeistof die door het geluid in trilling raakt.
Trillingen worden doorgegeven aan de trilharen van de zintuigcellen in de wand. Zo worden geluidgolven omgezet in prikkels en doorgegeven aan de hersenen

evenwichtsorgaan
In het evenwichtsorgaan worden veranderingen in de beweging van het dier gemeten. Vooruit, achteruit, omhoog en omlaag worden door 2 zakjes gemeten
Draaiing van het lichaam door de halve cirkelvormige kanalen
Zintuigcellen geven veranderingen door aan de hersenen.


Slide 19 - Tekstslide

Bloedoor = otheamatoom
Een bloed oor ontstaat doordat er een bloedvaatje klapt tussen de 2 huidlagen van het oor. Het "oor" loopt dan vol met bloed.
Ziekte en aandoeningen aan de oren:

  • Oormijt; besmettelijk vooral bij jonge dieren, 
  • Oorontsteking otitis
  • grasaar in oor
  • Allergie
  • Zwemmersoor (water blijft in oor achter)
  • Scheve kop= middenoorontsteking

Slide 20 - Tekstslide

Hoe heten de 3 gehoorbeentjes?
A
hamer, aambeeld en spijker
B
buis van eustachius, hamer en spijker
C
malleus, stapes en ictus
D
hamer, aambeeld en stijgbeugel

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de Latijnse benaming van het binnenoor?
A
auris externa
B
auris interna
C
auris media
D
auris extravaganza

Slide 22 - Quizvraag

Waardoor worden veranderingen in de bewegingen gemeten?
A
trommelvlies
B
slakkenhuis
C
evenwichtsorgaan
D
hamer

Slide 23 - Quizvraag

De neus
De neus begint bij de neusspiegel (planum nasale) en de neusgaten. Het linker en rechter neusgat/neusholte worden van elkaar gescheiden door een tussenschot (septum nasale)
De neusholte is bedekt met slijmvlies dit bevat trilhaartjes; zorgt voor bescherming tegen vuil en ziekteverwekkers. Slijmvlies in de neusholte droogt snel uit door het ademhalen daarom wordt traanvocht continu via de neusholte afgevoerd zodat het slijmvlies vochtig blijft.

Slide 24 - Tekstslide

Reuk
De lucht die door de bovenste neusgang stroomt langs het reukzintuig dat bestaat uit zintuigcellen. Geurstoffen komen terecht op het slijmvlies in de neus. Hier prikkelen ze de geurcellen -> zenuwcellen -> hersenen. 

Orgaan van Jacobson (vomeronaal orgaan) is een zintuig in de bovenkaak om geuren nog beter waar te nemen door ze te proeven. Met de tong worden geuren opgevangen en wordt de tong in het orgaan van jacobson boven in de mond gestoken, zo worden de geuren geregistreerd

Slide 25 - Tekstslide

Smaak
In de bek heeft de tong en het zachte verhemelte een functie in het waarnemen van smaak.
Op tong en zachte verhemelte zitten talloze kleine bultjes genaamd papillen
Papillen bevatten zintuigcellen die de smaak waarnemen. Onder de zintuigcellen liggen speekselcellen die de papillen schoonspoelen, waardoor een dier weer nieuwe smaken kan waarnemen.Onduidelijk is het nog wat een hond of kat exact proeft

Slide 26 - Tekstslide

Gevoel
Druk- en tastzintuig vind je met name in de lederhuid (dermis) en in het onderhuids bindweefsel. Maar ook in spieren, buikholte, ogen en andere structuren komen ze voor.
Er zijn verschillend zintuigcellen die een verschil in warmte  en/of druk waarnemen.

Veel dieren hebben tastharen rondom bek/ogen, maar ook verspreid over het lichaam (tylorische haren) Tastharen iets dikker dan normale haren en voorzien van tastzintuigen.  



Slide 27 - Tekstslide

Vomeronasaal orgaan
Vomeronasaal orgaan wordt ook wel het orgaan van Jacobson genoemd.
De werking is per diergroep iets verschillend. Een zoogdier ademt lucht in en voert die langs het orgaan van Jacobson. Een reptiel daarentegen steekt de tong uit, waarop geurdeeltjes blijven plakken, en vervolgens stopt het de uiteinden van de tong in een holte en strijkt deze langs het orgaan van Jacobson, waar de opgenomen deeltjes worden herkend door gespecialiseerde receptoren. 

Slide 28 - Tekstslide

Opbouw & anatomie

Slide 29 - Tekstslide

Het oor

Slide 30 - Tekstslide

  1. Oorschelp
  2. Verticale gehoorgang
  3. Horizontale gehoorgang
  4. trommelvlies
  5. middenoor
  6. Gehoorbeentjes
  7. slakkenhuis
  8. Buis van eustachius

Slide 31 - Tekstslide

Het oog

Slide 32 - Tekstslide

  1. Hoornvlies cornea
  2. Harde oogvlies/ oogrok sclera
  3. Oogspiertjes x
  4. Glasachtig lichaam corpus vitreum
  5. Netvlies retina
  6. Oogzenuw nervus opticus
  7. Vaatvlies uvea
  8. Lens lentis
  9. Pupil Pupil

Slide 33 - Tekstslide

Filmpjes & verdieping

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video