Je gebruikt deze afkorting als je post stuurt naar een persoon bij een bedrijf of organisatie.
regel 1: naam bedrijf
regel 2: t.a.v. + naam
Curio
4826
Breda
4
CW
Zomergemstraat
t.a.v.
Tanja van der Made
Slide 24 - Tekstslide
Wat doe je...
als je de voornaam niet weet.
Slide 25 - Tekstslide
Wat doe je...
als je de naam niet weet, maar wel de afdeling.
Slide 26 - Tekstslide
Wat doe je...
als je de naam
én
de afdeling weet.
Slide 27 - Tekstslide
Maat van de envelop:
Slide 28 - Tekstslide
Een kaartje schrijven
Een kaartje is een persoonlijk bericht.
Je schrijft het aan vrienden of familie.
In een persoonlijk bericht gebruik je de je-vorm.
Soms gebruik je toch de u-vorm.
Bijvoorbeeld omdat dit in jouw familie zo afgesproken is.
De u-vorm noem je de beleefdheidsvorm.
Slide 29 - Tekstslide
Opdracht: gebruik de je-vorm
Lees de ansichtkaart
De u-vorm en de je-vorm staan door elkaar
Alle hoofdletters en leestekens ontbreken.
Schrijf de ansichtkaart opnieuw.
Gebruik alleen de je-vorm.
Zet de hoofdletters en leestekens op de juiste plaats.
Zet jouw naam onder de tekst.
Slide 30 - Tekstslide
Hoe schrijf je een persoonlijk bericht?
Datering: schrijf de plaatsnaam voluit. Schrijf de maand voluit. Bijvoorbeeld: Breda, 26 augustus 2024
Aanhef: begin altijd met een groet. Bijvoorbeeld: Hoi Jolanda,
Inhoud: vertel wat je wilt zeggen. Bijvoorbeeld: Fijn dat je dit jaar weer naar school komt!
Slotgroet: eindig je bericht met een afsluitende zin en een groet. Je noemt dit de slotgroet. Zet onder de slotgroet jouw naam. Dit noem je de ondertekening. Bijvoorbeeld: Ik wens je veel succes en plezier. Groetjes,
Slide 31 - Tekstslide
Oefenen:
Schrijf een ansichtkaart aan jouw docent.
Aan mij dus ;-)
Slide 32 - Tekstslide
Een persoonlijk bericht schrijven
Schrijf een beterschapskaartje voor Cennet
Schrijf een felicitatiekaartje voor Humphrey
Begin de tekst met een aanhef.
Schrijf een kort bericht van één of twee regels.
Sluit de tekst af met een groet.
Zet de hoofdletters en leestekens op de juiste plaats.
Slide 33 - Tekstslide
Een pakketje versturen ->
waar let je op?
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Video
Grootte van de doos
Plaats adres
Opvulmateriaal
Waar let je op?
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Waar zet je de postzegel op een envelop
A
Rechts boven in de hoek
B
Links onder in de hoek
C
Links boven in de hoek
D
In het midden
Slide 38 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen "vertrouwelijke post" en "persoonlijke post" ?
A
Er is geen verschil
B
Vertrouwelijke post mag je open maken
C
Persoonlijke post mag je openmaken
D
Op vertrouwelijke post staat vertrouwelijk en bij persoonlijke post staat de naam bovenaan het adres
Slide 39 - Quizvraag
Onze post wordt door de postbode bezorgd, maar vroeger werd de post door een dier bezorgd. Welk dier was dat?
A
B
C
D
Slide 40 - Quizvraag
Waar worden brieven/kaarten op gesorteerd
A
Straatnaam
B
Plaats
C
Kleur
D
Postcode
Slide 41 - Quizvraag
Wat is interne post?
A
Alle poststukken die bij een bedrijf binnenkomen
B
Post die binnen een bedrijf wordt verstuurd
C
Alle poststukken die worden verstuurd
Slide 42 - Quizvraag
Waar let je op als je een voorwerp in een doos verstuurd
A
Is de doos de goede maat
B
Is de lege ruimte opgevuld
C
Heb je het adres label op de bovenkant geplakt
D
Is de bovenkant afgeplakt
Slide 43 - Quizvraag
brieven kan je per ........ versturen.
A
Post
B
What's app
C
Teams
D
Mail
Slide 44 - Quizvraag
Wanneer is de eerst handgeschreven brief verstuurd.