In de inleiding introduceer je het onderwerp en probeer je de aandacht van de lezer te trekken, bijvoorbeeld door middel van een statement of een opvallend feitje. Vervolgens maak je een bruggetje naar de kern. In dit deel formuleer je de stelling en geef je jouw eigen standpunt. De inleiding mag je opsplitsen in twee alinea’s. In alinea 1 introduceer je bijvoorbeeld uitsluitend het onderwerp en haak je in op de relevantie. In alinea 2 vermeld je de stelling en je standpunt.