VWO 5 - test jezelf

Zowel de Eerste als de Tweede Kamer heeft het recht van initiatief.
A
Juist
B
Onjuist
1 / 14
volgende
Slide 1: Quizvraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Zowel de Eerste als de Tweede Kamer heeft het recht van initiatief.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 1 - Quizvraag

 De parlementaire volksvertegenwoordiging heeft formeel het laatste woord.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quizvraag

 Iran is een voorbeeld van een religieuze dictatuur.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

De overheid dwingt burgers om iets te doen of juist niet te doen. Dit vindt:
A
niet plaats onder autoritaire regimes.
B
niet plaats in democratieën.
C
plaats onder autoritaire regimes én democratieën.
D
vooral plaats in landen waar wordt gemanipuleerd én geïndoctrineerd

Slide 4 - Quizvraag

Wat staat in een verkiezingsprogramma van een partij?
A
De kandidatenlijst van de partij.
B
De plannen van de partij voor de verkiezingscampagne
C
De belangrijkste plannen en opvattingen van de partij
D
Met welke partijen zij wel of niet willen meedoen aan de verkiezingen

Slide 5 - Quizvraag

Linkse politieke partijen
A
vinden dat rijke mensen evenveel belasting moeten betalen als arme mensen
B
willen het verschil tussen arm en rijk vergroten
C
vinden dat de overheid moet opkomen voor zwakkeren in de samenleving
D
hechten veel waarde aan het bedrijfsleven

Slide 6 - Quizvraag

I. De koning moet zich houden aan de grondwet.

II. De koning zit in de regering en is medeverantwoordelijk voor het beleid
A
I is juist, II is onjuist.
B
I is onjuist, II is juist
C
I en II zijn beide juist
D
I en II zijn beide onjuist

Slide 7 - Quizvraag

In een directe democratie:
A
bestaan geen politieke partijen.
B
stemt de volksvertegenwoordiging over wetsvoorstellen.
C
kiest de bevolking direct een parlement.
D
kiest de bevolking direct de regering.

Slide 8 - Quizvraag

Het parlement bestaat uit:
A
de koning en de ministers
B
de ministers en de staatssecretarissen
C
alle gekozen volksvertegenwoordigers in Nederland
D
de Eerste en de Tweede Kamer

Slide 9 - Quizvraag

 Socialisatie is van belang voor zowel het voortbestaan van cultuur als voor verandering van
cultuur.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

 Als een asielzoeker naar Nederland komt alleen vanwege pullfactoren, is de kans groot dat
hij een verblijfsvergunning krijg
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

I. Als je hier woont, kun je soms uren rondlopen zonder dat je een bekende tegenkomt.

II. Hier is meer sprake van sociale cohesie.
A
I = stadscultuur II = jongerencultuur
B
I = plattelandscultuur II = stadscultuur
C
I = stadscultuur II = plattelandscultuur
D
I = cultuur van ouderen II = cultuur van jongeren

Slide 12 - Quizvraag

Welk gedrag van de mens wordt door de natuur bepaald?
A
In Europa lopen mensen niet naakt over straat
B
Een baby huilt omdat hij honger heeft
C
Een meisje houdt van voetbal
D
Een jongen vloekt de hele dag

Slide 13 - Quizvraag

Bij internalisatie:
A
is er sprake van onvolledige socialisatie.
B
leren mensen door sociale controle cultuurkenmerken aan.
C
staat de persoonlijke identiteit centraal.
D
gedragen mensen zich zoals de omgeving van hen verwacht.

Slide 14 - Quizvraag