§11.2 Basen en basische oplossingen


Welke stof is een zuur?
A
O2(g)
B
HNO3(l)
C
K2O(s)
D
H2(g)
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les


Welke stof is een zuur?
A
O2(g)
B
HNO3(l)
C
K2O(s)
D
H2(g)

Slide 1 - Quizvraag


Wat is het zuur-ion van HNO3 (l)?
A
H+(aq)+NO3(aq)
B
NO3(aq)
C
H+(aq)
D
HNO3(l)

Slide 2 - Quizvraag


De gele bolletjes stellen H+ ionen voor. 
Welke afbeelding stelt het zuur voor met de laagste pH?
A
B
C
D
Ik heb geen flauw idee.

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Een zuur staat een H+ ion af.
Een base kan een H+ ion opnemen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze tabel moet je kennen!

Slide 7 - Tekstslide

Elke schaal hoger = 10 x basischer

Slide 8 - Tekstslide


De rode en gele bolletjes stellen Na+ (aq) en OH(aq) voor. Welke oplossing heeft de hoogste PH?
A
B
C
D
Ik heb geen flauw idee.

Slide 9 - Quizvraag

Aan de slag
Lees paragraaf 11.2 goed door

Leer de tabel basische stoffen

Start met het maken van opgave 1 t/m 8

Slide 10 - Tekstslide