U3 les 8 - 06 mars

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Tekstslide

Lundi 06 mars
Le programme pour aujourd'hui :
- Herhaling: jij kunt een werkwoord op -er vervoegen en vertalen;
- Jij kunt zinnen vertalen en schrijven met de werkwoorden "aimer, détester, préférer, adorer".

Slide 2 - Tekstslide

Pour commencer...
(om te beginnen...)

Slide 3 - Tekstslide

Des questions pour la classe !
- Comment ça va ?!
- Tu as des frères et / ou des soeurs ?
- Où tu habites ?
- Comment s'appelle ta mère / ton père ?
- Tu as quel âge ?

Slide 4 - Tekstslide

Tu parles en duo !
- Comment ça va ?!
- Tu as des frères et / ou des soeurs ?
- Où tu habites ?
- Comment s'appelle ta mère / ton père ?
- Tu as quel âge ?

Slide 5 - Tekstslide

Activité numéro 2
Herhaling: jij kunt een werkwoord op -er vervoegen en vertalen;

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Schrijf de hele vervoeging van het werkwoord "demander": je... tu... il/elle/on... nous... vous... ils/elles...

Slide 8 - Open vraag

Schrijf de vertaling van:
je demande
tu demandes
il/elle/on demande
nous demandons
vous demandez
ils/elles demandent

Slide 9 - Open vraag

Aimer, détester, préférer, adorer

Slide 10 - Tekstslide

Aimer, détester, préférer, adorer
  • altijd met bepaald lidwoord: le, la , l', les
  • ook na een ontkenning
J'aime les jeux vidéos
Je n'aime pas les jeux vidéos

Slide 11 - Tekstslide

Schrijf een zin met het werkwoord "aimer"

Slide 12 - Open vraag

Schrijf een zin met het werkwoord "adorer"

Slide 13 - Open vraag

Schrijf een zin met het werkwoord "préférer"

Slide 14 - Open vraag

Schrijf een zin met het werkwoord "détester"

Slide 15 - Open vraag

Vertaal: "Ik hou van geschiedenis en ik heb een hekel aan biologie."

Slide 16 - Open vraag

Aimer, détester, préférer, adorer
La grammaire

Une personne lit Apprendre 5, page 107.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Aimer, détester, préférer, adorer
Les exercices

1/ Tu fais encore les exercices 16C tot en met 16E pages 96 et 97, dans ton livre.

2/ Tu fais les exercices 16F, 16G et 16H, page 115, dans ton livre.

Slide 19 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
- Herhaling: jij kunt een werkwoord op -er vervoegen en vertalen;
- Jij kunt zinnen vertalen en schrijven met de werkwoorden "aimer, détester, préférer, adorer".

Slide 20 - Tekstslide