In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Spelling & werkwoordspelling
Hoofdletters & leestekens
Slide 1 - Tekstslide
Pak je leesboek erbij!
Je gaat 10 minuten lezen.
Boek niet bij je? Melden bij mij en ga het nieuws lezen.
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
DOEL
HOOFDLETTERS EN LEESTEKENS
- je weet wanneer je hoofdletters gebruikt
- je kan leestekens gebruiken
Slide 3 - Tekstslide
Socrative
Ga naar socrative
Student login
Roomname: Maureen5282
Slide 4 - Tekstslide
Tekst
hallo allemaal welkom bij het onderdeel spelling hoofdletters en leestekens je leert wanneer je een hoofdletter moet plaatsen en wanneer je leestekens moet gebruiken zoals je ziet mist dit hele stuk hoofdletters en punten wat vind jij daarvan leest het makkelijk of leest het juist moeilijk leestekens en hoofdletters zijn er voor om teksten makkelijker te kunnen lezen dus hoe het hier staat is natuurlijk helemaal fout maar hoe moet het dan wel wanneer plaats je een hoofdletter
Slide 5 - Tekstslide
Waarom is de tekst die je net gezien hebt fout?
Slide 6 - Woordweb
Verschillen in betekenis
- Katten, spinnen, ijsberen, vissen, gieren, vliegen en honden slapen
- Katten spinnen, ijsberen vissen, gieren vliegen en honden slapen
Waardoor komt het verschil in betekenis?
Slide 7 - Tekstslide
Waarom gebruiken we hoofdletters en leestekens?
Slide 8 - Woordweb
HOOFDLETTERS EN LEESTEKENS
Maken een tekst duidelijker en beter te lezen.
De lezer kan de tekst zo ook veel beter begrijpen.
Slide 9 - Tekstslide
Wanneer gebruik je een hoofdletter?
Aan het begin van de zin
Bij namen van personen
Bij heilige namen
Bij bedrijven en merken
Bij plaatsen en landen
Slide 10 - Tekstslide
Wanneer gebruik je een hoofdletter?
Bij talen en volkeren
Bij titels van boeken en films
Bij feestdagen
Slide 11 - Tekstslide
Wat zijn de uitzonderingen?
's Morgens / 's Middags
Indelingen van tijd -> mei, herfstvakantie, vrijdag
Achternamen met van / de (r)
Let op!! Mevrouw Van der Woude
Slide 12 - Tekstslide
Wel met een hoofdletter
Niet met een hoofdletter
kerstvakantie
kerstmis
god
la casa de papel
de walvissen
vaderdag
europa
grieken en romeinen
Slide 13 - Sleepvraag
Slide 14 - Video
LEESTEKENS
- punten
- vraagtekens
- uitroeptekens
- komma's
- dubbele punten
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
Even oefenen!
Slide 17 - Tekstslide
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
morgen begint de kermis
Slide 18 - Open vraag
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet. Levi wil je die bak met potloden aangeven
Slide 19 - Open vraag
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
ik blijf vandaag thuis omdat ik schoolziek ben
Slide 20 - Open vraag
Schrijf over. Zet hoofdletters en leestekens waar dat moet.
mieke heeft veel dieren kippen schapen en honden
Slide 21 - Open vraag
Juist of onjuist: Lotte zei: 'Wat een leuke jongen'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Juist of onjuist: Mees riep: Kijk uit voor die fietser!
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Juist of onjuist: nederlandse
A
Juist
B
Onjuist
Slide 24 - Quizvraag
Juist of onjuist: Mercedes
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Juist of onjuist: Pieter Van Duinrade
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Juist of onjuist: Janneke de Boer
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quizvraag
GELEERD
HOOFDLETTERS EN LEESTEKENS
- je weet wanneer je hoofdletters gebruikt
- je kan punten , vraagtekens en uitroeptekens gebruiken