Grondbeginselen van de rechtsstaat

 Thema 
Rechtsstaat
2.1 Wat is een rechtsstaat?
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 47 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

 Thema 
Rechtsstaat
2.1 Wat is een rechtsstaat?

Slide 1 - Tekstslide

Rechtsstaat
Een staat waarin burgers door grondrechten worden beschermd tegen machtsmisbruik en willekeur van de overheid

Slide 2 - Tekstslide

Wel of niet martelen?
Lezen introductie op blz. 32

Slide 3 - Tekstslide

Guantanamo Bay

Slide 4 - Tekstslide

Wetten en regels
Rechtsnormen: Gedragsregels die door de overheid wettelijk zijn vastgelegd

Rechtsgebieden: 
- Publiekrecht: Relatie tussen burgers en overheid (ook strafrecht)
- Privaat/burgerlijk recht: Relatie tussen burgers onderling

Slide 5 - Tekstslide

Rechtvaardigheid
Rechtsnormen moeten overeenkomen met de opvattingen die wij hebben over goed en kwaad/gevoel van rechtvaardigheid

Het recht is in beweging, ons gevoel van rechtvaardigheid verandert




Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Kerntaken overheid
1. Rechtshandhaving - de staat moet ervoor zorgen dat we ons aan de wet houden (geweldsmonopolie om te kunnen handhaven)
2. Rechtsbescherming - wetten beschermen ons tegen machtsmisbruik van de overheid

Slide 11 - Tekstslide

Kinderopvangtoeslagaffaire
https://www.youtube.com/watch?v=rMDkzG9yHs8 

Slide 12 - Tekstslide

Grondwet
  • In een grondwet staat wat de grondrechten zijn en hoe het land geregeerd moet worden 
  • Rechten (datgene waar je recht op hebt) en plichten (datgene wat je moet doen)

Slide 13 - Tekstslide

2.2 - Voorwaarden voor een rechtsstaat

Slide 14 - Tekstslide

2.2 Voorwaarden rechtsstaat
1. Grondrechten vastgelegd in grondwet 
2. Er is een verdeling van de macht 
3. Er geldt het legaliteitsbeginsel 

Slide 15 - Tekstslide

Grondwet
- Inrichting van de staat
- Grondrechten (basis- of mensenrechten) van de burgers

Slide 16 - Tekstslide

Klassieke grondrechten

  • 18 klassieke grondrechten
  • De belangrijkste waarden: vrijheid & gelijkheid
  • staan in willekeurige volgorde
  • deze MOET de overheid garanderen

Slide 17 - Tekstslide

Sociale grondrechten
De staat moet zich hiervoor inspannen, maar hoeft het niet te garanderen

VB: recht op goed onderwijs, woonruimte en gezondheidszorg

Slide 18 - Tekstslide

Montesqieu
Franse filosoof (1689 - 1755)

'De ervaring leert dat iedereen die de macht heeft, geneigd is daar misbruik van te maken'

Trias Politica

Slide 19 - Tekstslide

Wetgevende macht
  • TAAK: Maakt wetten
  • Regering of parlement maakt wetsvoorstel.
  • Parlement beslist of een wetsvoorstel wordt aangenomen door te stemmen.
  • Parlement controleert of de uitvoerende macht zijn werk goed doet.

Slide 20 - Tekstslide

Uitvoerende macht
  • TAAK: Voert wetten uit
  • Regering zorgt dat aangenomen wetten worden uitgevoerd.
  • Is verantwoordelijk voor het dagelijks bestuur van een land.
  • Geeft leiding aan ambtenaren, militairen en politie

Slide 21 - Tekstslide

Rechtelijke macht
  • TAAK: Rechtspraak, is onafhankelijk
  • Beoordeelt of de uitvoerende macht zich aan de wet houdt.
  • Beoordeelt of mensen straf moeten krijgen.
  • Geeft een oordeel bij conflicten

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Discriminatie strafbaar 
Grondwet 

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Legaliteitsbeginsel
De overheid mag alleen de vrijheid van burgers beperken als die beperkingen in wetten zijn vastgelegd

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

2.3 Criminaliteit en opsporing

Slide 30 - Tekstslide

Wetboek van strafrecht 
- Misdrijven: Ernstige strafbare feiten (o.a. moord, diefstal, mishandeling, hacken)
- Overtredingen: Minder ernstige strafbare feiten (o.a. fietsen zonder licht, wildplassen)

Slide 31 - Tekstslide

Rijden onder invloed: 
Misdrijf of overtreding?

Slide 32 - Tekstslide

Misdrijven opsporen - de procedure
1. De politie verzamelt informatie (horen getuigen, slachtoffers, sporen verzamelen) en legt dit vast in een proces-verbaal
2. Officier van Justitie (OvJ) kan seponeren of vervolgen, doet de zaak zelf of stapt naar de rechter 

OvJ werken voor Openbaar Ministerie (OM), dat ervoor zorgt dat strafbare feiten worden opgespoord en vervolgd 

Slide 33 - Tekstslide

De politie
- Mag alleen fouilleren of aanhouden bij een redelijk vermoeden
- Alleen verdachte bij redelijk vermoeden van schuld
- Bij staande houden ID bewijs laten zien
- Bij aanhouding/arrestatie mee naar bureau voor verhoor

Slide 34 - Tekstslide

De politie
Als grondrechten ernstig worden aangetast van eerst toestemming van OvJ of rechter-commissaris
- Binnengaan woning
- Afluisteren telefoons
- Preventief fouilleren
- Verdachte langer dan 9 uur vasthouden
- Infiltreren/undercover

Slide 35 - Tekstslide

Schuld & straf

Transactie: Geldboete of taakstraf
Wie? OvJ/OM
Wanneer? Bij overtredingen en lichte misdrijven 
Niet mee eens? Alsnog voor de rechter


Slide 36 - Tekstslide

Schuld & straf 
Strafbeschikking: OvJ/OM legt zelf een straf op, je krijgt een strafblad
Wie? OvJ/OM
Wanneer? Bij lichte strafbare feiten 
Niet mee eens? Bezwaar maken om naar de rechter te stappen

Slide 37 - Tekstslide

Schuld & straf
Vervolgen: Een rechtszaak beginnen
Wie? OvJ/OM (OvJ = openbare aanklager namens de samenleving)
Rechter: Stelt vast of een verdachte schuldig is en gestraft moet worden
Onschuldvermoeden: Onschuldig tot het tegendeel bewezen is

Slide 38 - Tekstslide

2.4 Rechtspraak en straffen
Verdachte heeft advocaat:
Controleert het OM en de politie e verdedigt de verdachte tijdens een rechtszaak

Pro Deo-advocaat: Voor iemand die geen geld heeft voor een advocaat

Slide 39 - Tekstslide

2.4 Rechtspraak en straffen
  • Dagvaarding: Brief van de OvJ waarin staat waarvan je verdacht wordt 
  • Hoger beroep: Als de veroordeelde of OvJ het niet eens is met het vonnis, dan kan het gerechtshof de strafzaak overdoen
  • Cassatie: Laatste mogelijkheid tot nieuwe uitspraak, bij Hoge Raad

Slide 40 - Tekstslide

7 stappen in een rechtszaak
1:  Opening                                                  5: Pleidooi
2: Aanklacht                                               6: Laatste woord verdachte
3: Onderzoek                                             7: Vonnis
4: Requisitoir                                            

Er zijn twee soorten strafrechters. Voor de lichtere delicten is er de politierechter. Voor de zwaardere delicten de meervoudige kamer

Slide 41 - Tekstslide

Lezen blz 44/45

Slide 42 - Tekstslide

Waarom straffen we?
Wraak en vergelding
Afschrikking
Voorkomen van eigenrichting
Resocialisatie

Slide 43 - Tekstslide

Soorten straffen
Hoofdstraffen: Vrijheidsstraffen (gevangenis), taakstraffen en geldboetes
Bijkomende straffen: Bv intrekking rijbewijs, stadionverbod, beroepsverbod
Voorwaardelijk: Als de dader zich aan bepaalde voorwaarden houdt, krijgt hij dat deel van de straf niet 

Slide 44 - Tekstslide

Strafrechtelijke maatregelen
Bedoeld om schade van het misdrijf te herstellen
Bv schadevergoeding aan slachtoffer

Bedoeld om samenleving te beschermen
Terbeschikkingstelling (TBS) - als dader psychisch in de war is/minder toerekeningsvatbaar is 

Slide 45 - Tekstslide

Strafrecht voor jongeren 
  • Kinderen onder 12 niet voor de rechter
  • Voor 12 t/m 17 jeugdstrafrecht
  • Haltbureau voor lichte misdrijven
  • Kinderrechter bij zwaardere misdrijven
  • Jeugddetentie en resocialisatie
  • Tussen 16 en 23: Adolescentenstrafrecht (1/3 van alle misdrijven!)

Slide 46 - Tekstslide

TBS kliniek
https://schooltv.nl/video/nieuwsuur-in-de-klas-leven-in-een-tbs-kliniek/#q=tbs  

Slide 47 - Tekstslide