Lidwoorden en zelfstandige naamwoorden Een echte Bicker

WELKOM  
Leg op je tafel: NN, leesboek, schrift, etui.
Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.
Ga lekker lezen.



Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.




timer
5:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

WELKOM  
Leg op je tafel: NN, leesboek, schrift, etui.
Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.
Ga lekker lezen.



Zet je telefoon uit en leg hem uit het zicht.




timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van de les
Aan het eind van deze les:
  • kun je lidwoorden (LW) in zinnen herkennen
  • kun je zelfstandige naamwoorden (ZNW) in zinnen herkennen
  • kun je bijvoeglijke naamwoorden (BVNW) in zinnen herkennen
  • kun je werkwoorden (WW) in zinnen herkennen
  • kun je voegwoorden (VW) in zinnen herkennen



Slide 2 - Tekstslide

Programma van de les

  • Lezen.
  • Raadgedicht.
  • Woordsoorten herhalen.
  • Wedstrijd woordsoorten.
  • Zelfstandig werken (eventueel).
  • Les afsluiten.



Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Schrijf de 3 lidwoorden op

Slide 5 - Open vraag

Schrijf hieronder een zin met een zelfstandig naamwoord en benoem het zelfstandig naamwoord

Slide 6 - Open vraag

wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken

Slide 7 - Quizvraag

Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De lelijke kast
B
De metalen kast
C
De grijze kast
D
De oude kast

Slide 8 - Quizvraag

Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
rode
B
zachte
C
gouden
D
mooie

Slide 9 - Quizvraag

Is 'boven' een werkwoord of geen werkwoord?
A
werkwoord
B
geen werkwoord

Slide 10 - Quizvraag

Is kochten een werkwoord of geen werkwoord?
A
werkwoord
B
geen werkwoord

Slide 11 - Quizvraag

Wat is GEEN voegwoord:
A
terwijl
B
omdat
C
toen
D
fiets

Slide 12 - Quizvraag

Kijk naar de volgende zin. Welke woorden horen bij de onderstaande woordsoorten?Je moet sommige woordsoorten vaker gebruiken en niet alle woordsoorten 
hoef je te gebruiken.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
werkwoord
Op
maandag
zit
Naomi
aan
de
kassa.

Slide 13 - Sleepvraag

Kijk naar de volgende zin. Welke woorden horen bij de onderstaande woordsoorten? Je moet sommige woordsoorten vaker gebruiken en niet alle woordsoorten hoef je te gebruiken.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
werkwoord
De
kabouter
zit
op
een
paddenstoel
grote

Slide 14 - Sleepvraag

Wedstrijd woordsoorten
1. 4 groepjes van 3 of 4 personen maken.
2. 1 persoon is de voorzitter.
3. 1 persoon is de schrijver.
4. De voorzitter haalt en brengt de opdrachten naar de docent.
5. De docent kijkt de opdrachten na.
5. Het groepje dat als 1e alle opdrachten goed heeft gemaakt, heeft gewonnen.
 

Slide 15 - Tekstslide

Les afsluiten
  1. Heb jij de lesdoelen behaald? (je kunt lw, znw, bvnw, ww, vw herkennen in de zinnen?)
  2. Hoe was jouw inzet?
  3. Wat vind je nog lastig?
  4. Welke vragen heb je nog?
  5. Waar wil je nog meer uitleg over?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Woordzoeker woordsoorten

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht bij 'De schrik van de Savanne' 
- onderstreep 6 lidwoorden.
- zet een rondje om 6 verschillende zelfstandige naamwoorden.
- zet een vierkantje om 6 verschillende bijvoeglijke naamwoorden.

Bespreek dit met elkaar als je klaar bent.

Slide 19 - Tekstslide

Zelfstandig werken 2Basis
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Maken: 


Hoe
klassikaal
Tijd
20 minuten
Klaar?
ga lekker lezen
Resultaat

Slide 20 - Tekstslide

Zelfstandig werken 2Basis
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Startopdracht blz. 110, klassikaal maken.
Maken: opdracht 1, 2, 3, 4 op blz. 110-111.


Hoe
Tijd
20 minuten
Klaar?
ga lekker lezen
Resultaat

Slide 21 - Tekstslide

Zelfstandig werken 2Basis
Lees
de aantekeningen nog eens goed door.
Maak
Blz. 112-113 opdracht 5 t/m 10.


Hoe
Tijd
20 minuten
Klaar?
ga lekker lezen
Resultaat

Slide 22 - Tekstslide

Arend van Dam

Slide 23 - Tekstslide

Arend van Dam
Een echte Bicker


Luister naar het verhaal/ lees mee. Onderstreep de woorden die je niet kent.

Slide 24 - Tekstslide

Een echte Bicker
Moeilijke woorden bespreken.




Slide 25 - Tekstslide

Opdracht
Kun je het verhaal ook begrijpen zonder dat je weet wat deze woorden betekenen?

Hoe kun je achter de betekenis van deze moeilijke woorden komen (zonder een woordenboek te gebruiken)?




Slide 26 - Tekstslide

Opdracht bij het verhaal 'Een echte Bicker'.

Hoe denk jij dat de jongen eruitziet? Teken dit.
(Alles is goed, niks is fout.)



Slide 27 - Tekstslide