H4.3 Afspraken over migratie in de EU

Herhaling 4.3 Afspraken over migratie in de EU
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herhaling 4.3 Afspraken over migratie in de EU

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip hoort hierbij?
Iemand die vertrekt uit een gebied of land
A
Emigrant
B
Arbeidsmigrant
C
Migratie
D
Kennismigrant

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip hoort hierbij?
Hoogopgeleide migrant die naar een ander land gaat om daar te werken
A
Migrant
B
Arbeidsmigrant
C
Kennismigrant
D
Asielzoeker

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als iemand in het buitenland is geboren heeft diegene een migratieachtergrond
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou een vestigingsreden zijn?

Slide 5 - Tekstslide

- (veel) werk
- veilig leven
- goede opleiding 

Wat zou een vertrekreden zijn?

Slide 6 - Tekstslide

- armoede
- weinig werk
- hongersnood
- oorlog
- discriminatie 
Noem een voorbeeld van iemand die is geïntegreerd

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van iemand die niet is geïntegreerd.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een inburgeringscursus?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een multiculturele samenleving?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort migrant past bij de omschrijving: 'In mijn eigen land is geen geld. Ik vertrek naar Nederland om daar te werken'
A
Economische migrant
B
Seizoensmigrant
C
Kennismigrant

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een arbeidsmigrant en een gastarbeider?
A
Een arbeidsmigrant komt tijdelijk en een gastarbeider komt voor langere tijd.
B
Een arbeidsmigrant komt voor langere tijd en een gastarbeider komt tijdelijk.

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze uitspraak: Ik woon sinds 1965 in Nederland. Hier was meer werk dan in Italië. Ik heb een Nederlandse vrouw ontmoet.
A
asielzoeker/vluchteling
B
arbeidsmigrant
C
gezinshereniging
D
gezinsvorming

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze uitspraak: "Ik kom uit Syrië, maar vanwege de oorlog kan ik daar niet meer wonen. Ik hoop dat ik in Nederland mag blijven.
A
Asielzoeker
B
Arbeidsmigrant.
C
Migrant voormalige kolonie.
D
Seizoensmigrant

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze uitspraak: "Mijn vader is opgegroeid in Indonesië. Vorig jaar zijn we daar op school geweest en liet hij zijn oude school zien.
A
Asielzoeker
B
Arbeidsmigrant.
C
Migrant voormalige kolonie.
D
Vluchteling.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies