Thema 6. BS 1. Wat is ecologie?

Basisstof 6.1 Wat is ecologie?
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Basisstof 6.1 Wat is ecologie?

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Einde van de les ken en begrijp ik de volgende begrippen: milieu, relaties, ecologie en abiotisch en biotische factoren.

Einde van de les weet ik welke niveaus (individu, populatie, leefgemeenschap en ecosysteem) er binnen ecologie te onderscheiden zijn. 


Slide 2 - Tekstslide

Welke factoren (levende en niet levende zaken om jou heen) hebben invloed op jou?

Slide 3 - Woordweb

Welke factoren (levende en niet levende zaken om jou heen) hebben invloed op jou?
Een goed antwoord zou de volgende niet levende zaken kunnen bevatten: huis, telefoon, temperatuur, regen, voedsel, etc. 
Een goed antwoord zou de volgende levende zaken kunnen bevatten: familie, vrienden, bomen, huisdieren, insecten, etc.

Slide 4 - Tekstslide

Open je TB deel 2B op blz. 58
Voorlezen TB blz. 58 + 59 (1/2)

Slide 5 - Tekstslide

Milieu
Alles dat invloed heeft op een organisme behoort tot zijn/haar milieu. Het milieu kan ook worden beinvloed door het organisme. 
Ecologie
Ecologie is de wetenschap die zich bezich houdt met de relaties tussen organismen onderling alsook tussen organismen en hun milieu. 
Biotisch
Met het begrip biotisch wordt alles bedoeld dat leeft of afkomstig is van de levende natuur. In de afbeelding zijn de ree, vis en struiken daar voorbeelden van. 
Abiotisch
Alles dat niet leeft wordt abiotisch genoemd. Voorbeelden zijn o.a. water, temperatuur, temperatuur en grond. 
Relaties
Oragnismen hebben invloed op elkaar, bijvoorbeeld de zon die de dieren verwarmt. Dit noemen we relaties

Slide 6 - Tekstslide

Milieu
Biotisch
Ecologie
Relaties
Abiotisch
Dit heeft invloed op organismen en wordt beïnvloed door organismen.
Het bestuderen van de relaties tussen organismen hun
milieu.

Slide 7 - Sleepvraag


Op de foto zie je water en stenen. Van wat voor voorbeelden zijn dit factoren?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 8 - Quizvraag

Wat bestuderen we in de ecologie?
A
In de ecologie bestuderen we een milieu.
B
In de ecologie bestuderen we alle relaties tussen organismen en hun milieu.
C
In de ecologie bestuderen we de invloeden die afkomstig zijn van de levende natuur.
D
In de ecologie bestuderen we de wisselwerkingen binnen een populatie.

Slide 9 - Quizvraag


Op de foto zie je twee blauwe muntgoudhaantjes . Van welk type factor is dit een voorbeeld?
A
Biotisch
B
Abiotisch

Slide 10 - Quizvraag

Open je TB deel 2B op blz. 59
Voorlezen TB blz. 59 (2/2) + 60

Slide 11 - Tekstslide

Niveaus van de ecologie
  • Individu
  • Populatie
  • Leefgemeenschap 
  • Ecosysteem 

 +   Biotoop

Slide 12 - Tekstslide

Zoek op internet een definitie van het begrip 'biotoop'. Welke website heb je gebruikt?

Slide 13 - Open vraag



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 14 - Quizvraag



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 15 - Quizvraag



Wat zie je in de afbeelding?
A
Levensgemeenschap
B
Ecosysteem
C
Populatie
D
Individu

Slide 16 - Quizvraag

Individu
Populatie
Levensgemeenschap
Ecosysteem

Slide 17 - Sleepvraag

Aan de slag met je huiswerk:
Voor woensdag 2 juni (staat al in magister):
1 = lees TB deel 2B blz. 58 t/m 60
2 = Maak in je papieren WB deel 2B opdrachten 1 t/m 4 op blz. 34 t/m 36
3 = Neem je TB en WB deel 2B mee naar de volgende les op school!

Slide 18 - Tekstslide