quiz

QUIZ
Over paragraaf 1.1 t/m 1.3
Dinsdag 1e uur SO!!!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

QUIZ
Over paragraaf 1.1 t/m 1.3
Dinsdag 1e uur SO!!!

Slide 1 - Tekstslide

De Gouden eeuw was in de .....eeuw.
A
15e eeuw
B
16e eeuw.
C
17e eeuw.
D
18e eeuw.

Slide 2 - Quizvraag

Wanneer vond het 'Rampjaar' plaats?
A
1662
B
1666
C
1672
D
1679

Slide 3 - Quizvraag

Hoe noemen we de vergadering van elk gewest?
A
Staten
B
Staten-Generaal
C
Tweede Kamer
D
Provinciale Staten

Slide 4 - Quizvraag

Vrede van Munster?
A
1622
B
1642
C
1648
D
1652

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de vrede van Munster?
A
Vrede tussen unie van Utrecht en unie van Atrecht
B
De vrede tussen Spanje en Engeland
C
Vrede tussen Holland en Spanje
D
Vrede tussen Munster en Spanje

Slide 6 - Quizvraag

4-Welke volgorde is juist
A
VOC _WIC - Oostzeehandel
B
Oostzeehandel - VOC - WIC
C
Oostzeehandel -WIC - VOC
D
VOC - Oostzeehandel - WIC

Slide 7 - Quizvraag

De VOC mocht oorlog voeren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

De VOC verhandelde vooral
A
Slaven
B
Aardappels
C
Kruiden
D
Maïs

Slide 9 - Quizvraag

De VOC had een monopoliepositie
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag


De VOC deed ook aan slavenhandel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

De VOC is opgericht in ...
A
1600
B
1602
C
1580
D
1608

Slide 12 - Quizvraag

De WIC werd in 1621 opgericht
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quizvraag

De WIC verhandelde vooral
A
Slaven
B
Aardappels
C
Kruiden
D
Maïs

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het grootste verschil tussen de VOC en de WIC?
A
De WIC deed aan slavenhandel
B
De VOC deed aan kaapvaart
C
De WIC ging richting het Oosten
D
De VOC werd later opgericht dan de WIC

Slide 15 - Quizvraag

Wat is er in Amsterdam?
A
stapelmarkt
B
vismarkt
C
kaasmarkt
D
handelsmarkt

Slide 16 - Quizvraag

Stapelmarkt
A
Inkopen, opslaan en verkopen
B
Importeren en opslaan
C
verkopen,opslaan en inslaan
D
exporteren en opslaan

Slide 17 - Quizvraag

Wie woonden er in de grachtenpanden?
A
Rijke kooplieden
B
arbeiders

Slide 18 - Quizvraag

Welke stad staat bekend om zijn grachtenpanden?
A
Alkmaar
B
Amsterdam
C
Groningen
D
Rotterdam

Slide 19 - Quizvraag

Wat was een oplossing voor de enorme groei van Amsterdam?
A
Meer buitenhuizen
B
Meer grachtenpanden
C
Meer emigratie
D
Inpoldering

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een juiste uitspraak over een droogmakerij?
A
Een droogmakerij was vroeger water.
B
Een droogmakerij is een ander woord voor polder.
C
Een polder was eerst een droogmakerij.

Slide 21 - Quizvraag

De Beemster was eerst land en nu een droogmakerij
A
juist
B
niet juist

Slide 22 - Quizvraag

Wat was het rasphuis?
A
Een weeshuis
B
Een gevangenis waar je werd opgesloten in een cel
C
Een gevangenis waar je verplicht moest werken
D
Een ziekenhuis

Slide 23 - Quizvraag

Hoe heten de beroepsverenigingen voor alle ambachten?
A
de gezel
B
de gilden
C
de hals
D
de atelier

Slide 24 - Quizvraag