Dagboek les 1

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Zorg dat je startklaar bent
Nodig deze les: Chromebook, pen, dagboek, Kinderjaren, aantekeningenschrift. 
Welkom bij 
Nederlands

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Lesdoelen

  • Ik lees het boek Kinderjaren. 
  • Ik lees een artikel over mijn oorlog ter inspiratie voor mijn dagboek. 
  • Ik schrijf een stuk in mijn dagboek over mijn oorlog op basis van het gekozen artikel.
  • Ik behandel de theorie over woordenschat uit H5 en 6.

Slide 4 - Tekstslide

Om over na te denken tijdens het lezen ...
  • Past het taalgebruik bij een kind?
  • Welke eigenschappen hebben de personages? 
  • Hoe wordt het karakter van een personage duidelijk gemaakt in de tekst?

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk: oorlog in het nieuws 
  • Kies een oorlog die nu gaande is: Oekraïne of Israël/Gaza. 
  • Zoek een artikel van de afgelopen week over je oorlog naar keuze. 
  • Artikel uit nos.nl, Algemeen Dagblad (ad.nl), NRC (nrc.nl) of de Volkskrant (volkskrant.nl)
  •  Maak een bestand met de naam: V3k + je eigen naam + oorlog naar keuze 
  • Kopieer en plak hierin je artikel
  • Link is geen artikel, wel de bron. 
  • Zet de bron wel onder je artikel met de link of datum, schrijver + naam bron. 
  • Blog met korte nieuwsitems van 1 alinea is geen artikel! 
  • Zet boven ieder artikel de datum erbij van het huiswerk.
  • Artikel voor vandaag bevat dus 19 maart als datum. 

Slide 6 - Tekstslide

Dagboek schrijven
  • Lees je artikel voor inspiratie van een gebeurtenis. 
  • Klaar met lezen? Ga schrijven in je dagboek. 
  • Noteer de datum van vandaag: 19 maart.
  • Schrijf een kort fragment van minimaal 150 woorden. 
  • Schrijf vanuit het perspectief van een kind in de oorlog. 
  • Verwijs in je tekst eventueel naar andere teksten (songteksten, gedichten, artikelen, leesboeken, studieboeken) voor intertekstualiteit.
  • Let tijdens het schrijven op leestekens, hoofdletters en (werkwoord)spelling. 
  • Zorg ervoor dat het netjes en leesbaar is!
  • Tekst in dagboek van iedere week wordt beoordeeld voor PO fictie. 
  • 20 minuten in stilte. 
timer
1:00

Slide 7 - Tekstslide

H5 - 6 Woordenschat
H5 Figuurlijk / letterlijk
H6 Collocaties

Slide 8 - Tekstslide

Letterlijk - figuurlijk 
Letterlijk: woord gebruiken in context. 
Ik heb een ticket voor de wedstrijd PSV - Ajax. 

Figuurlijk: woord gebruiken als beeld, spreekwoorden, gezegdes en uitdrukkingen. 
Het vwo-diploma wordt door velen gezien als een ticket voor een gouden toekomst. 

Slide 9 - Tekstslide

Spreekwoord - uitdrukking
Je moet de spreekwoorden en uitdrukkingen wel kennen en de betekenis weten. 
Hoeft niet te herkennen welke van de twee het is. 

Slide 10 - Tekstslide

Formuleer een zin waarin je het woord 'draad' letterlijk gebruikt.

Slide 11 - Open vraag

Formuleer een zin waarin je het woord 'draad' figurlijk gebruikt.

Slide 12 - Open vraag

Collocaties
Vaste combinaties van woorden zoals:
  • Een besluit nemen
  • In de doofpot stoppen
  • Het volle pond betalen
  • Op stel en sprong
  • Paal en perk stellen
Je moet de vaste combinaties en hun betekenis kennen en kunnen gebruiken. 

Slide 13 - Tekstslide

Vul de collocatie aan ...
in de wiek ...

Slide 14 - Open vraag

Vul de collocatie aan ...
uit de brand .....

Slide 15 - Open vraag

Huiswerk 26 maart
  • Kies een artikel over je oorlog en plak deze in je gedeelde bestand met de datum 26 maart. 
  • Maak van H5 woordenschat opdracht 1 en 2
  • Maak van H6 woordenschat opdracht 1 en 2


Slide 16 - Tekstslide