HEB JIJ ALLES OP EEN RIJTJE?

HEB JIJ ALLES OP EEN RIJTJE??
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

HEB JIJ ALLES OP EEN RIJTJE??

Slide 1 - Tekstslide

Een keurmerk ...
A
geeft aan wat er in het product zit.
B
geeft aan waar het product vandaan komt.
C
is een logo dat aangeeft dat een product aan bepaalde eisen voldoet.
D
is een beoordeling van uit een test.

Slide 2 - Quizvraag

Keurmerk 
Consumentenrecht
maatschappelijke kosten
Logo op een product waaraan je kunt zien of het product aan bepaalde eisen voldoet. 
Wetten en regels die consumenten beschermen als ze iets kopen 
De kosten van de schade die niet worden betaald door de veroorzaker, maar door de samenleving

Slide 3 - Sleepvraag

Wat doet een consumentenorganisatie niet?
A
Informatie geven over de rechten en plichten van consumenten
B
Actie voeren bij fabrikanten of bij de overheid
C
Actie voeren tegen de consumentenbond
D
Onpartijdige productinformatie geven

Slide 4 - Quizvraag

Consumenten adviseren om geld te sparen voor onverwachte uitgaven.
Producten vergelijken, zodat de consument betere keuzes kan maken. 
Protesteren tegen de invoering van tol op de Duitse snelwegen. 
Voorlichting geven aan huiseigenaren over energie-besparende maatregelen in huis.

Slide 5 - Sleepvraag

De goedkoopste auto waar je normaal € 18.900 voor betaalt, kost nu € 17.500. Bereken met hoeveel procent de prijs is gedaald.
(Vergeet het %-teken niet in je antwoord)

Slide 6 - Open vraag

Goed vergelijken ? -> omrekenen naar gelijke hoeveelheden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

2.2 Waar heb je recht op? (deel 1)
Consumentenrecht
  • Warenwet
  • Wet productaansprakelijkheid
  • Wet koop op afstand
  • Colportagewet
Waarom?
Consument heeft een zwakkere positie (minder kennis)
  • Onveilige producten
  • Bedenktijd

Slide 9 - Tekstslide

2.2 Waar heb je recht op? (deel 1)
Warenwet
  • verbiedt de verkoop van levensmiddelen en andere producten die gevaarlijk zijn voor je gezondheid of veiligheid
  • Controle door Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA)

Slide 10 - Tekstslide

2.2 Waar heb je recht op? (deel 1)
Wet koop op afstand
  • geldt als je iets koopt via internet, telefoon of met een bon uit krant of tijdschrift
  • hierin staat bijvoorbeeld hoeveel bedenktijd je hebt 

Slide 11 - Tekstslide

2.2 Waar heb je recht op? (deel 1)
Colportagewet
  • beschermt bij ongevraagde verkoop aan de deur, op straat of tijdens een verkoopdemonstratie.
  • vb: bij minimale aankoop van €50 mag je de aankoop terugdraaien zonder reden

Slide 12 - Tekstslide

2.2 Waar heb je recht op? (deel 1)
Consumentenrecht
  • Warenwet
  • Wet koop op afstand
  • Colportagewet
  • Wet productaansprakelijkheid
Vraag 2
Blz 44
Vraag 4
blz 45
Vraag 6
blz 45
Vraag 5
blz 62

Slide 13 - Tekstslide

Instanties die toezien dat bedrijven zich aan de regels houden:
  1. Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)
  2. Autoriteit Consument en Markt (ACM)
  3. Geschillencommissie
2.2 Waar heb je recht op? (deel 2)

Slide 14 - Tekstslide

1. Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)
  • controleert veiligheid van voedsel en consumentenproducten
  • dierenwelzijn en natuur
2.2 Waar heb je recht op? (deel 2)

Slide 15 - Tekstslide

2. Autoriteit Consument en markt (ACM)
  • Eerlijk behandelen consument
  • Eerlijke concurrentie
  • Bijv. controle op keurmerken, ConsuWijzer.nl

Slide 16 - Tekstslide

2.2 Sta je in je recht (deel 2)
3. Geschillencommissie 
  • Behandelt klachten tussen consumenten en ondernemers
  • Uitspraak Geschillencommissie is bindend (beide partijen moeten zich aan deze uitspraak houden)

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Woningmarkt
Bestaat uit de totale vraag naar woningen en het totale aanbod van woningen. 

  • Huurwoningen
  • Koopwoningen

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Wat hoort niet bij een "huurwoning"?
A
klein onderhoud
B
groot onderhoud
C
huurverhoging
D
huurtoeslag

Slide 21 - Quizvraag

Sociale huur of vrije sector
Huurwoningen met een maandhuur tot ongeveer € 740. Deze zijn eigendom van woningcorporaties. --> Denk aan HaagWonen of aan Vestia.

Woningcorporaties bouwen betaalbare woningen voor mensen tot een bepaald inkomen. Dit noemen we sociale huurwoningen. 

Als de huur hoger is, hebben we het over huurwoningen in de vrije sector. Woningen die niet van een woningstichting zijn, maar de particuliere sector. 

Slide 22 - Tekstslide

Huurtoeslag

Huurtoeslag is een bijdrage in je huurkosten. Als je in een huurhuis woont dan krijg je misschien huurtoeslag. Hoe hoog je toeslag is, hangt af van je huurprijs, je inkomen, je leeftijd en je woonsituatie. Als je te veel geld hebt krijg je geen huurtoeslag. 

Slide 23 - Tekstslide

Als je zelf een huis gekocht hebt, kan je dan ook huurtoeslag aanvragen?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

De huur van je huis is hoog en je verdient niet zo veel. Je kunt huurtoeslag krijgen. Van wie krijg je huurtoeslag?
A
Via de belastingdienst bij de overheid.
B
Van de gemeente.
C
Van de woningbouwvereniging.
D
Van de makelaar.

Slide 25 - Quizvraag

Bijkomende kosten bij het kopen van een huis
  • overdrachtsbelasting (ongeveer 2% van de koopprijs)
  • makelaarskosten
  • kosten notaris
_________________________________________
= kosten koper(k.k.) 
= ongeveer 5% van de koopprijs                        

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide