Les 2 Methodisch handelen

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud
  • Methode
  • Intuïtief of experimenteel
  • Voordelen/nadelen
  • Wat zijn activiteiten
  • Zin/betekenis van een activiteit
  • Afhankelijke clienten
  • Soort activiteiten
  • De beginsituatie

Slide 2 - Tekstslide

Methode​​
  • Onderbouwde en effectieve aanpak voor een probleem, met een doelstelling. ​
  • Een beschrijving van de doelgroep, de aanpak, de onderbouwing, praktische ervaringen met de werkwijze, de werkzame elementen, en de effecten van de werkwijze.






Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

INTUÏTIEF OF EXPERIMENTEEL​
​​​
  • Als je eten kookt met een recept werk je volgens een plan: bewust, in een proces, met een vooropgezet doel. Andere handelingen doe je intuïtief. Als je op het fietspad uitwijkt voor een andere fietser handel je zonder goed na te denken. Ook iemand troosten doe je misschien intuïtief. ​
  • Intuïtief handelen is tegengesteld aan methodisch handelen. Het is reageren zonder vooropgezet plan, of keuzes maken zonder deze te beredeneren. Een innerlijk gevoel bepaalt je handeling. ​
  • Een andere tegenstelling is het experimenteel handelen. Als je zonder voorafgaand plan iets uitprobeert, maak je geen gebruik maken van een bestaande en uitgeschreven werkwijze. Je bent aan het experimenteren.​​



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

WAT ZIJN ACTIVITEITEN / DE VISIE OP​​​​
  • Alles kan onder een activiteit worden verstaan​



In onze visie gaan we ervan uit dat:​
- Activiteiten zin en betekenis hebben voor het ​welzijn van mensen​
- Activiteiten een middel zijn en geen doel op​ zich​
- Activiteiten een onderdeel zijn van het ​begeleidingsproces​










Slide 9 - Tekstslide

ZIN EN BETEKENIS VAN ACTIVITEITEN​
Waarom willen mensen actief zijn​?

Dit verschilt van mens tot mens​
- je nuttig voelen​
- samen zijn​
- afleiding vinden​
- houvast vinden in het dagelijks leven​
- verveling tegen gaan​
- zich gewaardeerd voelen​
- ………………………………………..​


















Slide 10 - Tekstslide

CLIËNTEN DIE AFHANKELIJK ZIJN VAN ZORG EN BEGELEIDING ​


  • Behoefte aan zinvolle dagbesteding​
  • Behoefte aan gestructureerd woon- groepsmilieu​
  • Behoefte aan culturele en maatschappelijke participatie​























Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

DE BEGINSITUATIE​
Algemene gegevens van de deelnemer​:

  • Lichamelijke mogelijkheden en beperkingen​

 (motoriek, conditie, spraak vermogen, zintuigen voeding, medicatie)​
  • Psychische mogelijkheden en beperkingen​
- Verstandelijke vermogens, ​
- Geheugen functies​
- Ziektebeeld handicap, ​
- Concentratievermogen, ​
- Gevoelsmatige instelling​
- Karakter eigenschappen​









Slide 13 - Tekstslide

DE BEGINSITUATIE​
  • Sociale mogelijkheden en beperkingen​
- Sociale vaardigheden, verstandhouding met anderen, de sociale situatie​
  • Zin en betekenis van de activiteiten​
- Vroegere tijdsbesteding​
- Huidige tijdsbesteding​
- Zingeving/zinbeleving​

Je gebruikt hier de activiteiten interesselijst voor









Slide 14 - Tekstslide

CONCLUSIE UIT DE BEGINSITUATIE​
  • Psychosociale hulpvraag​
  • Activiteit-gerichte hulpvraag​




Slide 15 - Tekstslide