carnaval

'n carnavalsquizke
Hoe 'n goeie carnavaller ben de gij?
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

'n carnavalsquizke
Hoe 'n goeie carnavaller ben de gij?

Slide 1 - Tekstslide

Ronde 1: ken uw omgeving
Je krijgt tien plaatsen te zien met de carnavalsnaam. 
Noteer de 'normale' naam van het dorp.
Je krijgt steeds 30 seconden de tijd. 

Slide 2 - Tekstslide

Oeteldonk
timer
0:30

Slide 3 - Open vraag

Péérdedurp
timer
0:30

Slide 4 - Open vraag

Malse Arkeldurp
timer
0:30

Slide 5 - Open vraag

Papklokkendam
timer
0:30

Slide 6 - Open vraag

Mispelgat
timer
0:30

Slide 7 - Open vraag

Schoenlapperslaand
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

Teskesdurp
timer
0:30

Slide 9 - Open vraag

Lorredurp
timer
0:30

Slide 10 - Open vraag

't Kielegat
timer
0:30

Slide 11 - Open vraag

Kruikenstad
timer
0:30

Slide 12 - Open vraag

Lees het gedicht goed door,

wat betekenen de woorden?
Alaaf, alaaf, alaaf
in de verte
maken wagens zich op
om als ‘n lange sliert te trekken
door feestvierdersland

klinkt hoempapamuziek
die carnavalsgasten
in stemming brengt
voor drie dagen jolijt

wordt problematiek
op kritische wijze
onder de loep genomen
hilarisch uitgedost

zetelt de prins met zijn gevolg
hoogverheven
om spijkers met koppen te slaan
bij witte schuimkragen

brengen onderdanen
een veelvuldig alaaf als groet
aan het koninkrijk der zotten
tot ontnuchtering zich aandient

Slide 13 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met 'spijkers met koppen slaan'?

A
iemand met de hamer op het hoofd slaan
B
goede afspraken maken
C
het juiste gereedschap gebruiken
D
doortastend optreden

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent 'jolijt'?
A
vrolijkheid
B
dronkenschap
C
chagarijn
D
vriendschap

Slide 15 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met 'onder de loep genomen'?
A
een vergrootglas
B
speciale carnavalssoep
C
onder de bar kijken
D
uitpluizen

Slide 16 - Quizvraag

witte schuimkragen

Slide 17 - Woordweb

Ronde 2: witte gij 't 
  • weetjes rondom carnaval
  • je krijgt een aantal meerkeuzevragen

Slide 18 - Tekstslide

Wanneer start carnaval?
timer
0:45
A
11 weken na Kerstmis
B
11 weken voor Hemelvaart
C
40 dagen voor Pasen
D
40 dagen na Kerstmis

Slide 19 - Quizvraag

Waar is de term carnaval van afgeleid?
timer
0:45
A
carne levare: weghalen van vlees
B
van het Italiaanse carni vales dat in Venetië werd gevierd
C
de wagen in de optocht is de kar na de val
D
carrus navalis: de scheepswagen in de optocht

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de achterliggende gedachte van carnaval?
timer
0:45
A
de omgekeerde wereld beleven
B
reden om je te vergrijpen aan een ander
C
jaarlijkse zuippartij
D
laatste keer zondigen voor het vasten

Slide 21 - Quizvraag

Waar vierde men de middeleeuwen carnaval?in
timer
0:45
A
op het marktplein
B
aan het hof
C
in de kerk
D
in de herberg

Slide 22 - Quizvraag

Hoe noemde men destijds carnaval?
timer
0:45
A
de ommegang
B
vastelavond
C
vastenavond
D
polonaise

Slide 23 - Quizvraag

Hoelang duurde carnaval oorspronkelijk?
timer
0:45
A
vier dagen: zaterdag tot en met dinsdag
B
drie dagen: zondag tot en met dinsdag
C
twee dagen: maandag en dinsdag
D
één dag: dinsdag

Slide 24 - Quizvraag

Waarom is vastelavond veranderd in vastenavond?
timer
0:45
A
Het woord was te seksueel getint.
B
In de middeleeuwen sprak met de n uit als een l.
C
Door de taalverandering is de spelling aangepast.
D
Het woord is verbasterd.

Slide 25 - Quizvraag

Waar is de term dweilen van afgeleid?
timer
0:45
A
van het dweilen dat veelvuldig moet gebeuren
B
van het enorme consumeren van eten en drinken
C
van het doelloos, dronken op straat rondlopen
D
van de dweilbands die jaarlijks optreden

Slide 26 - Quizvraag

Waarom verkleedt men zich met carnaval?
timer
0:45
A
om onherkenbaar te zijn
B
vanwege de sociale omkering
C
om de ander angst aan te jagen
D
vanwege de gelijkheid

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de symboliek van het getal 11?
timer
0:45
A
de 11/11 is 11 weken voor carnaval
B
de 11/11 is het startschot voor carnaval
C
11 is het gekkengetal
D
er waren 11 apostelen in de Bijbel

Slide 28 - Quizvraag

Waarom krijgt de Raad van elf de sleutel van de stad?
timer
0:45
A
vanwege de sociale omkering
B
de burgemeester heeft dan vrij
C
om aan te geven dat het carnaval is
D
de Raad van elf krijgt het gezag over de stad

Slide 29 - Quizvraag

Waar komt Prins Carnaval vandaan?
timer
0:45
A
De bisschop van de kerk werd zo genoemd
B
Deze komt uit Keulen: held carnaval
C
Deze is geïntroduceerd door Karel V
D
De burgemeester werd zo genoemd tijdens vastelavond

Slide 30 - Quizvraag

Waarom startte men met de carnavalsoptocht?
timer
0:45
A
om de nieuwe baas van Keulen voor gek te zetten
B
om de Raad van elf jaarlijks te introduceren
C
om de sociale omkering van de stad te benadrukken
D
om carnaval te openen

Slide 31 - Quizvraag

Hoe moet de oorspronkelijk Alaaf (carnavalsgroet)?
timer
0:45
A
de vingertoppen van de rechterhand tegen de linkerslaap
B
de vingertoppen van de linkerhand tegen de rechterslaap
C
de vingertoppen van de rechterhand tegen de rechterslaap
D
de vingertoppen van de linkerhand tegen de linkerslaap

Slide 32 - Quizvraag

Waarom dragen ze in veel Brabantse dorpen en steden de kiel?
timer
0:45
A
vanwege de Bredase invloed
B
vanwege het platteland
C
vanwege de nivellering
D
vanwege het spotten met de vlinderdas

Slide 33 - Quizvraag

Hoe ziet de oorspronkelijke polonaise eruit?
timer
0:45
A
je rechterhand op de schouder van de voorganger
B
je handen om de heupen van je voorganger
C
je rechterhand omklemt de rechterhand van je voorganger
D
je neus bij de kont van je voorganger

Slide 34 - Quizvraag

Wat is tonpraoten?

Slide 35 - Open vraag

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Wat wordt de kraker van dit jaar?
Moeilijk straal
Ladders zat
Als bij ons d'n hoan weer kraait
Ik bloei wir op
't Is carnaval

Slide 38 - Poll

Slide 39 - Tekstslide