2H unité 1 révision passé composé

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1,3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

LessonUp
Ga naar Magister
Open de les van dit uur
klik op de link naar LessonUP

(als je nog geen account had:
maak een account aan + wachtwoord onthouden!)

Slide 2 - Tekstslide

le programme
- le mot du jour
- révision: passé composé
- faire: ex. 16A 



Slide 3 - Tekstslide

le mot du jour
été

Nous avons été en vacances en France.

Slide 4 - Tekstslide

le mot du jour
geweest
Nous avons été en vacances en France.
Wij zijn op vakantie geweest naar Frankrijk.

Slide 5 - Tekstslide

!!! été-alarm !!!
Nous avons été en vacances en France.
Wij hebben  ZIJN op vakantie geweest. 

voor été komt altijd een vorm
 van avoir als hulpww !

Slide 6 - Tekstslide

QUIZLET.com

- oefen de set avoir + être

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

passé composé
voltooid tegenwoordige tijd
hulpwerkwoord + voltooid deelwoord

hij heeft gezongen                   hij is gegaan
il a chanté                              il est allé


Slide 9 - Tekstslide

!!! été-alarm !!!
Zij is naar België geweest.
Elle est A été en Belgique. 

voor été komt altijd een vorm
 van avoir als hulpww !

Slide 10 - Tekstslide

woordweb
noteer de vormen van être in het Frans
(zo veel als je er kent)
zet elke vorm in een nieuw vakje

Slide 11 - Tekstslide

alle vormen
van être (FR)

Slide 12 - Woordweb

TRADUISEZ
vertaal de vormen van AVOIR

Slide 13 - Tekstslide

vertaal:
wij hebben

Slide 14 - Open vraag

vertaal:
jij hebt

Slide 15 - Open vraag

vertaal:
jullie hebben, u heeft

Slide 16 - Open vraag

vertaal:
zij heeft niet

Slide 17 - Open vraag

Zij is gevallen.
Hij is gegaan.
Zij is aangekomen.
Wij hebben gekeken.
Ik ben naar binnen gegaan.
Wij zijn gebleven.
Nous avons regardé.
Nous sommes restés.
Il est allé.
Elle est tombée.
Elle est arrivée.
Je suis entré.

Slide 18 - Sleepvraag

expliquez en duo
- werk in tweetallen
- kies een zin van het volgende scherm en schrijf die over
- bedenk wat de zin betekent (schrijf de vertaling op!)
- bepaal samen of de zin juist is of dat er een fout in zit
- leg uit wat er goed/fout is en verbeter zo nodig
- kies nog een tweede zin
- zorg dat je de uitleg ook aan de klas kunt geven

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Ma mère est habité à Bruxelles.
Nous avons chanter une chanson.
Les élèves ont visité le musée.
Je ne suis pas allé à la plage.
Elles sont donné un beau cadeau.
Je suis été en vacances en Espagne.
Vous avons regardé le film?
La dame a ne pas acheté un billet.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Patrick ......... allé à la plage.
A
est
B
a
C
sont
D
ont

Slide 24 - Quizvraag

Elles ..... mangé des bonbons.
A
est
B
a
C
sont
D
ont

Slide 25 - Quizvraag

Sophie ...... arrivée en retard.
A
est
B
a
C
êtes
D
avez

Slide 26 - Quizvraag

Vous avez ....... la série Riverdale?
A
regardez
B
regardé
C
regardent
D
regarder

Slide 27 - Quizvraag

wij hebben gewerkt
A
nous travaillons
B
nous avons travailllé
C
nous sommes travaillé
D
nous avons travaillés

Slide 28 - Quizvraag

u heeft gehad
A
vous avez été
B
vous avez eu
C
on a été
D
on a eu

Slide 29 - Quizvraag

wij hebben niet gezongen
A
nous avons pas chanté
B
nous ne avons pas chanté
C
nous n'avons pas chanté
D
nous avons ne chanté pas

Slide 30 - Quizvraag

ik ben niet geweest
A
je ne suis pas été
B
je n'ai pas été
C
je ne suis pas allé
D
j'ai n'été pas

Slide 31 - Quizvraag

La classe a bien travaillé.
A
zin is correct
B
zin is niet correct

Slide 32 - Quizvraag

Tu es formidable!

Slide 33 - Tekstslide

au travail!
maintenant (nu in de les):
maken: barre 1.5 exercice 16
(de rest van balk 1.5 doen we in het 3e uur)

(Had je het oude huiswerk al af??)

Klaar? -> herhalen rijtje van être / appr. 1-2-3-4


Slide 34 - Tekstslide