Lesweek 12 Taalverzorging Werkwoordspelling 1.2 Onderwerp

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat staat er op de planning? We lopen achter......

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt de PERSOONSVORM (=werkwoord) herkennen in de zin.
  • Je kunt het ONDERWERP vinden dat bij de persoonsvorm hoort.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm?
A
Hoe
B
vind
C
je
D
ook

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin:

Wat is de persoonsvorm in deze zin?
A
Wat
B
Deze
C
Persoonsvorm
D
is

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het ONDERWERP in de zin?

De ouders van mijn vriendin zijn vanavond niet thuis.
A
De ouders
B
mijn vriendin
C
De ouders van mijn vriendin

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het ONDERWERP in de zin?

Ga jij de nieuwe Playstation ook kopen?
A
De nieuwe Playstation
B
Playstation
C
jij
D
Ga kopen

Slide 15 - Quizvraag

Welke spellingsregel pas je toe in de TEGENWOORDIGE TIJD bij:
"ik" als onderwerp?
A
STAM
B
STAM + T
C
HELE WERKWOORD

Slide 16 - Quizvraag

Welke spellingsregel pas je toe in de TEGENWOORDIGE TIJD bij:
"hij" als onderwerp?
A
STAM
B
STAM + T
C
HELE WERKWOORD

Slide 17 - Quizvraag

Welke spellingsregel pas je toe in de TEGENWOORDIGE TIJD bij:
"jij" als onderwerp en het staat ACHTER?
de persoonsvorm?
A
STAM
B
STAM + T
C
HELE WERKWOORD

Slide 18 - Quizvraag

Welke spellingsregel pas je toe in de TEGENWOORDIGE TIJD bij:

"jullie" als onderwerp?
A
STAM
B
STAM + T
C
HELE WERKWOORD

Slide 19 - Quizvraag

Aan de slag!

Slide 20 - Tekstslide