VAFAT-Mens als werkend geheel II

Module uitleg
  • Doorlopen van de module
  • Stilstaan bij de eindopdracht
  • Starten met onderwerp medicijnen
  • Huiswerk volgende keer 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Module uitleg
  • Doorlopen van de module
  • Stilstaan bij de eindopdracht
  • Starten met onderwerp medicijnen
  • Huiswerk volgende keer 

Slide 1 - Tekstslide

Opdrachten in de module
1. Bouw en functie skelet, VTH-mobiliteit
2. Soorten botten, VTH-tiltechnieken
3. Gewrichten, VTH-tiltechnieken
4. De wervelkolom, VTH-bedrustcomplicaties
5. Ribben, borstbeen en botten van de extremiteiten, VTH-tillift
6. De spieren, VTH medisch rekenen
7. Medicijngebruik-2 
8. Injecteren  
9. Spieren hoofd, armen en benen, VTH injecteren 
10. Spieren van de romp, VTH injecteren 
11. Afronding & waardering/beoordeling

Slide 2 - Tekstslide

Volgorde van lessen
week 1
Medicijngebruik-2
week 2
Injecteren
week 2
Spieren hoofd, armen en benen, VTH injecteren
week 2
Spieren van de romp, VTH injecteren 
week 3
De spieren, VTH medisch rekenen
Voorjaarsvakantie

Slide 3 - Tekstslide

week 4
Bouw en functie skelet, VTH-mobiliteit
week 5
Soorten botten, VTH-tiltechnieken
week 6
Gewrichten, VTH-tiltechnieken
week 7
De wervelkolom, VTH-bedrustcomplicaties
week 8
Ribben, borstbeen en botten van de extremiteiten, VTH-tillift

Slide 4 - Tekstslide

Stilstaan bij de eindopdracht
  • Ga naar Canvas en open de module VTH-AF
  • Ga naar "mens als werkend geheel II
  • Klik op "Leerdoelen & Eindopdracht de mens als werkend geheel 2"
  • Lees dit goed door, je krijgt 15 min. om dit te bestuderen"
  • Straks start de vragen over dit onderdeel.

Slide 5 - Tekstslide

Over wie gaat de casus?
A
Meneer Kloon
B
Meneer Kroon
C
Meneer Kloen
D
Meneer Kroen

Slide 6 - Quizvraag

In deze eindopdracht ga je aan de slag met de anatomie en fysiologie van ......
A
het bewegingsapparaat
B
de spieren
C
van A & B samen
D
het bewegingsapparaat en medicijnen

Slide 7 - Quizvraag

Noem de onderdelen van het bewegingsapparaat die
aan bod komen

Slide 8 - Woordweb

Noem de onderdelen
van de spieren die aan
bod komen

Slide 9 - Woordweb

Met welke verpleegtechnische vaardigheden ga je aan de slag?

Slide 10 - Open vraag

Uit hoeveel deelopdrachten bestaat de toets?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 11 - Quizvraag

Uit hoeveel opdrachten bestaat de eindopdracht?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 12 - Quizvraag

Waarderingsdocument
Ga de antwoorden van de volgende vragen in het waarderingsdocument opzoeken:
  1. Hoe heet de titel van het product?
  2. Wat houdt het in wanneer je een 1 scoort?
  3. Wat houdt het volgende in: de student heeft deelopdracht 1 afgerond?
  4. Wat houdt het oortje in het waarderingsdocument in?

Slide 13 - Tekstslide

Voorbereiding: medicijngebruik
  • Als zorgverlener dien je de zorg rondom het toedienen van medicatie zorgvuldig en correct toe te passen in de branche waar je werkt. 
  • De handelingen die je in deze module leert zijn:
  • Medicijnen checken, registreren, distribueren, zo nodig controle op inname (volgens zorgplan)
  • Medicijnen toedienen: oraal, rectaal, vaginaal, via de huid, via de luchtwegen en via de slijmvliezen
  • Meer informatie rondom medicatie en medicatieveiligheid klik hierop: https://www.zorgvoorbeter.nl/medicatieveiligheid


Slide 14 - Tekstslide

Samenvatting theorie
  • Medicijnen noem je ook wel geneesmiddelen of medicamenten
  • In een medicijn zit een werkzame, chemische stof. 
  • Deze stof wordt altijd heel precies beschreven, zodat een apotheker of chemicus het medicijn kan maken. 
  • Als een apotheker een medicijn zelf maakt, is het vaak goedkoper dan een medicijn van een bekend merk. 
  • Veel ziektekostenverzekeringen vergoeden dan ook alleen het medicijn met de laagste prijs, oftewel het goedkopere ‘eigen merk’ van de apotheek, dat precies dezelfde werking heeft als het duurdere medicijn. Zo’n eigen merk noem je een locopreparaat.

Slide 15 - Tekstslide

Samenvatting theorie
Medicijnen hebben vaak drie soorten namen:

  • Chemische naam of soortnaam: verwijzing naar de groep medicijnen waar het onder valt.
  • Stofnaam of generieke naam: dit gaat om de werkzame bestanddeel die in een medicijn zit.
  • Merknaam of handelsnaam: de merknaam is de beschermde naam van de producent ®

Slide 16 - Tekstslide

Samenvatting theorie
WERKING VAN MEDICIJNEN:
  • Voorkomen van ziekte (profylactische werking)
  • Bestrijden van de oorzaak van een ziekte of handicap (causale werking)
  • Bestrijden of verzachten van de gevolgen van een ziekte of handicap (symptoombestrijding)
  • Aanvullen van tekorten
  • Verminderen van klachten door suggestie

Slide 17 - Tekstslide

Leesopdracht
Bestudeer de volgende leerstof: Boek/Thema: Verpleegtechnische handelingen
Leerpad: Medicijngebruik: Kennis:
Hoofdstuk 1: Wat zijn medicijnen en welke namen hebben ze
Hoofdstuk 2: De werking van medicijnen
Hoofdstuk 3: Hoe kun je medicijnen verkrijgen
Hoofdstuk 4: Soort medicijnen
Hoofdstuk 5: Algemene aandachtspunten bij medicijnen
Hoofdstuk 6: Medicijnveiligheid
Hoofdstuk 7: Medicijnen bewaren
Hoofdstuk 8: Medicijnen uitzetten
Hoofdstuk 9:Medicijnen toedienen
Hoofdstuk 10: Medicijnen via de luchtwegen toedienen
Hoofdstuk 11: De vagina irrigeren

Slide 18 - Tekstslide

Maakopdracht
Maak: 
Verwerking: Medicijngebruik (opdracht met score)
Verwerking: Medicijnen in het algemeen (alle vragen)
Afronding: Adequaat medicijnen toedienen



Slide 19 - Tekstslide

Kijkopdracht
Boek/Thema: Verpleegtechnische handelingen: Leerpad: Medicijngebruik: Kennis: instructievideo's
Medicijnen controleren
Medicatie oraal toedienen
Medicatie rectaal toedienen
Medicatie transcutaan toedienen
Medicatie vaginaal toedienen
Medicatie sublinguaal toedienen
Medicatie per injectie oplossen in flacon
Medicatie via neus toedienen
Medicatie via oog toedienen
Medicatie via oor toedienen
Medicatie met poeder inhalator toedienen
Medicatie met vernevelapparaat toedienen
Medicatie met verstuiver toedienen.

Slide 20 - Tekstslide

Huiswerk 
Lees en maakopdracht moet vandaag af! Dit is je voorbereiding voor praktijkles morgen!!
Volgende week een diagnostische toets/quiz van de gelezen theorie!!!

Slide 21 - Tekstslide

Was de les nuttig?

Slide 22 - Woordweb