H6 Sociaal gedrag

• Gedragswetenschappen
• Secundair onderwijs

 Inleiding sociaal gedrag p 125

00:00

Zou jij ook meewerken aan zo'n project? Waarom wel of niet?

Opdracht 1

• Schrijf bij elke vraag een kort antwoord op.
• Je krijgt 30 sec de tijd om te antwoorden.
• Overloop telkens je antwoorden in je groep.

“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Wat doe je in deze situatie?

“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”
Wat doe je in deze situatie?

“Je ziet een persoon in een rolstoel staan
voor een ontoegankelijke ingang van een
gebouw." Wat doe je in deze situatie?

“Je staat aan de kassa in de supermarkt en de persoon voor je kan zijn brood niet betalen, omdat er niet voldoende geld op zijn of haar rekening staat.” Wat doe je in deze situatie?

“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”

Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?

“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”
Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?

“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”

Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?

“Een blinde persoon staat aan het zebrapad van een drukke straat te wachten om over te steken.”

Welk gedrag kan je stellen?

“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”

Welke prikkel (omgeving) is hier aanwezig?

“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”

Welk persoonlijkheidskenmerk kan er in deze situatie belangrijk zijn?

“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”

Welke betekenis kan je aan deze prikkel geven?

“Je ziet een oudere persoon wandelen met zwaar uitziende boodschappentassen.”

Welk gedrag kan je stellen?

Zoek de volgende begrippen op

- welzijn

- solidariteit

1. Wanneer stellen mensen vaak spontaan prosociaal gedrag?

2. Zoek telkens 2 voorbeelden van prociaal gedrag

- thuissituatie

- in je vriendengroep

- op school

- in de jeugdbeweging of hobby …

Interne factoren

Externe factoren

Emotie

Motivatie

Persoonlijkheid

Opvoeding

Media

Maatschappij

Beïnvloedende factoren die van binnenin komen

Beïnvloedende factoren die van buitenaf komen

Onderwijs