2H Weektaak 48 - H43

weektaak 48
Hallo leerlingen,
We hebben hoofdstuk 43 over grammaticale taalkronkels nagekeken en besproken. Omdat de verschillende stijlfouten best wel moeilijk te herkennen zijn, zet ik voor jullie alles nog eens op een rijtje. Voor volgende week staat de toets gepland, dus neem vooral de moeite en de tijd om deze weektaak nog eens goed door te lezen en de quizvragen te maken. 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

weektaak 48
Hallo leerlingen,
We hebben hoofdstuk 43 over grammaticale taalkronkels nagekeken en besproken. Omdat de verschillende stijlfouten best wel moeilijk te herkennen zijn, zet ik voor jullie alles nog eens op een rijtje. Voor volgende week staat de toets gepland, dus neem vooral de moeite en de tijd om deze weektaak nog eens goed door te lezen en de quizvragen te maken. 

Slide 1 - Tekstslide

grammaticale stijlfouten
Een zin of zinsdeel moet altijd de grammaticaregels volgen, om  zinnen begrijpelijk te maken. Als dat niet gebeurt spreken we van grammaticale kronkels of grammaticale stijlfouten. We bespreken:
- onjuiste inversie                                 - anakoloet of ontspoorde zin
- onjuiste beknopte bijzin                 - zeugma
- onjuiste samentrekking

Slide 2 - Tekstslide

                 inversie
De volgorde in een standaard zin is:
onderwerp – persoonsvorm – overige zinsdelen
Wanneer het onderwerp en de persoonsvorm van plaats ruilen, spreken we van inversie. Inversie mag alleen als:
- de hoofdzin een vraagzin is
- de hoofdzin begint met een ander zinsdeel dan het onderwerp
- een samengestelde zin begint met een bijzin

Slide 3 - Tekstslide

onjuiste inversie
Een foutieve inversie ontstaat vaak bij samengestelde zinnen.
Vorige week was hij ziek en zijn we daarom nog niet klaar met de opdracht.
Je kunt niet zomaar de volgorde omdraaien. Je moet eerst kijken of het om twee hoofdzinnen gaat of om een hoofdzin en een bijzin. 
Niet zo: Mijn neefje is teruggekomen van vakantie en gaat hij weer naar school. Maar zo: Mijn neefje is teruggekomen van vakantie en hij gaat morgen weer naar school.

Slide 4 - Tekstslide

0

Slide 5 - Video

onjuiste of foutieve samentrekking
Bij een samentrekking mag je woord- of zinsdelen, die je letterlijk moet herhalen, ook weglaten. De samengetrokken woorden moeten wel dezelfde functie hebben, dus ze moeten bijvoorbeeld beide onderwerp of beide lijdend voorwerp zijn. 
Niet zo: Mijn nieuwe schoenen zijn prachtig en vind ik veel beter zitten dan mijn vorige. Maar zo: Mijn nieuwe schoenen zijn prachtig en ik vind ze veel beter zitten dan mijn vorige.

Slide 6 - Tekstslide

zeugma en anakoloet
De uitleg over een ander soort onjuiste samentrekking (zeugma) dan hierboven en een ontspoorde zin (anakoloet) is best ingewikkeld, omdat deze stijlfouten veel op de andere lijken. Bekijk en beluister het filmpje hierna goed, want vooral het verschil tussen een 'gewone' onjuiste samentrekking en een zeugma is soms moeilijk te herkennen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

0

Slide 10 - Video

onjuiste beknopte bijzin
In beknopte bijzinnen zijn het onderwerp en de persoonsvorm weggelaten. Als je deze er in gedachten bijzet, moeten ze wel overeenkomen met het onderwerp en de persoonsvorm van de hoofdzin.
Niet zo: Wachtend op de uitslag, bleek deze pas een dag later te komen. Maar zo: Terwijl ik op de uitslag wachtte bleek dat deze pas een dag later kwam.
Of: Wachtend op de uitslag, hoorde ik dat deze pas een dag later kwam.

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

Netflix concurreert met de BBC, want de serie de Crown is echt gericht op Britten
A
Deze zin bestaat uit twee hoofdzinnen
B
Deze zin bestaat uit een hoofd- en een bijzin
C
Deze zin bestaat uit twee bijzinnen
D
Deze zin bestaat uit een bij- en een hoofdzin

Slide 13 - Quizvraag

Netflix concurreert met de BBC, omdat de serie de Crown echt gericht is op Britten
A
Deze zin bestaat uit twee hoofdzinnen
B
Deze zin bestaat uit een hoofd- en een bijzin
C
Deze zin bestaat uit twee bijzinnen
D
Deze zin bestaat uit een bijzin en een hoofdzin

Slide 14 - Quizvraag

Wat klopt hier niet?
Rabarber is vaak zuur en eet ik daarom niet.

Slide 15 - Open vraag

Benoem de fout en verbeter de zin:
Een betweter denkt dat hij alles beter weet en daarom niet na over de ideeen van anderen

Slide 16 - Open vraag

Hij heeft over elk onderwerp een eigen opvatting en denkt hij dat hij de wijsheid in pacht heeft.
A
anakoeloet
B
zeugma
C
onjuiste inversie
D
onjuiste samentrekking

Slide 17 - Quizvraag

Vaak wordt de betweter inderdaad gewaardeerd voor zijn expertise, maar door zijn arrogantie moeilijk in de omgang
A
anakoloet
B
zeugma
C
onjuiste inversie
D
onjuiste samentrekking

Slide 18 - Quizvraag

Als een betweter een advies geeft, verwerp dit dan niet, hem bedanken voor zijn bijdrage en op een tactvolle manier je eigen ideeen brengen
A
anakoeloet
B
onjuiste inversie
C
zeugma
D
onjuiste samentrekking

Slide 19 - Quizvraag

Gisteravond maakte hij het te laat en is hij dus vandaag niet te genieten.
A
geen inversie
B
incongruentie
C
onjuiste inversie
D
geen symmetrie

Slide 20 - Quizvraag

Niet openstaand voor andermans ideeën en opvattingen vinden anderen hem een lastig persoon.

Slide 21 - Open vraag

Wat klopt hier niet?
Morgen gaan we op vakantie en moeten we vandaag alvast onze tassen inpakken.

Slide 22 - Open vraag

nog even herhalen: incongruentie
niet:
Slechts 10 procent van de leerlingen / hadden / een onvoldoende voor deze toets.
maar:
Slechts 10 procent van de leerlingen had een onvoldoende voor deze toets.

Slide 23 - Tekstslide

Een aantal katten zitten op de bank.
A
Foutieve samentrekking
B
Geen symmetrie
C
Onjuiste inversie
D
Incongruentie

Slide 24 - Quizvraag

Het aantal abortussen op meisjesfoetussen in India zijn de laatste jaren sterk toegenomen.

A
foutieve inversie
B
incongruentie
C
losstaand zinsgedeelte
D
telegramstijl

Slide 25 - Quizvraag

Slechts een kleine minderheid van de werknemers waren tevreden over de CAO afspraken.
A
contaminatie
B
incongruentie
C
foutieve samentrekking
D
geen symmetrie

Slide 26 - Quizvraag

Het gebruik van alcohol en partydrugs vormen een groot gevaar voor de gezondheid van jongeren.
A
foutieve inversie
B
incongruentie
C
losstaand zinsgedeelte
D
telegramstijl

Slide 27 - Quizvraag

hoofdstuk 42 en 42 samenvattend
Je weet wat stijlfouten zijn; je kunt ze herkennen en verbeteren.
Je kunt zelf voorbeelden van stijlfouten bedenken.
Je weet ook wat grammaticale stijlfouten zijn; je kunt ook deze herkennen en verbeteren.
Je kunt de bijzonder gevallen van (grammaticale) stijlfouten uitleggen.

Slide 28 - Tekstslide

Dit zijn ze !
  1. Contaminatie                      6. Onjuiste inversie
  2. Pleonasme                           7. Onjuiste samentrekking
  3. Tautologie                             8. Onjuiste beknopte bijzin
  4. Barbarisme                           9. zeugma
  5. Incongruentie                    10. anakoloet

Slide 29 - Tekstslide

SUCCES !
Neem vooral de tijd om de zinnen goed te lezen. Ontleed ze eerst, zodat je onderwerp, persoonsvorm, lijdend voorwerp en/of meewerkend voorwerp kunt benoemen. Zoek daarna de stijlfout en verbeter deze. Wacht niet te lang met leren en maak de quizvragen meteen bij het lezen van deze weektaak, zodat je er achter komt wat voor jou de knelpunten zijn. Welke stijlfouten herken je nog niet en welke haal je door elkaar?  S U C C E S !

Slide 30 - Tekstslide