gezondheidsproblemen en verpleegkundige diagnose

Gezondheidsproblemen en verpleegkundige diagnose stellen
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Gezondheidsproblemen en verpleegkundige diagnose stellen

Slide 1 - Tekstslide

Hoe zit jij erbij?

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Terugblik
  • Opbouw verpleegplan
  • Formuleren van verpleegkundige diagnose
  • Individuele opdracht
  • Pauze
  • Opdracht in subgroepen
  • Nabespreking
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je hebt inzicht in het verpleegkundig proces.
  • Je benoemt de opbouw van het verpleegplan.
  • Je formuleert een actuele verpleegkundige diagnose.
  • Je gebruikt de PES-methode.

Slide 4 - Tekstslide

De vorige les…
  • Hart en bloedsomloop
  • Bloed en bloedgroepen
  • Bloedstolling

                                Wat weet jij nog?

Slide 5 - Tekstslide

Stappen verpleegkundig proces

Slide 6 - Tekstslide

Stap 1 Gegevens verzamelen
Met de juiste gegevens kun je als verpleegkundige in kaart brengen wat de wensen en behoeften zijn van de zorgvrager en welke verpleegkundige zorg nodig is. 

Gegevens verzamelen door bijvoorbeeld:
  • Anamnese
  • Observeren
  • Familie vragen

Verschil subjectief en objectief.

Slide 7 - Tekstslide

Stap 2 Verpleegkundige diagnose vaststellen
Op het moment dat je als verpleegkundige helder een of meerdere gezondheidsproblemen in kaart hebt gebracht, ga je je focussen op het stellen van een verpleegkundige diagnose. 

Dit zorgt ervoor dat je samen met je collega's doelgericht aan de slag kunt gaan. 

Een verpleegkundige diagnose onderscheidt zich in:

  •   Het gezondheidsprobleem zelf;
  •   De oorzaak van het gezondheidsprobleem;
  •   De symptomen die bij het gezondheidsprobleem komen kijken.

Naslagwerken kunnen je helpen om een verpleegkundige diagnose te formuleren.




Slide 8 - Tekstslide

Om tot een diagnose te komen...
  • Gegevens verzamelen
  • Methodisch 
  • Systematisch
  • Classificatiesysteem

Slide 9 - Tekstslide

In welke dagelijkse dingen ga jij methodisch en systematisch te werk?

Slide 10 - Open vraag

Methodisch werken

Een vaste, doordachte manier van werken om een bepaald doel te bereiken.

Gestructureerd werken 

Slide 11 - Tekstslide

Voordelen methodisch werken
  • De kans op fouten neemt af omdat je vooruit kijkt.
  • Verwachting is duidelijk en transparant.
  • Verpleegkundige handelen kan beter geëvalueerd worden.
  • Het beeld is duidelijk.

Slide 12 - Tekstslide

Verschillende classificatiesystemen
  • De 4 domeinen van verantwoorde zorg - het zorgleefplan.
  • De 11 gezondheidspatronen van Gordon.
  • Het Omaha systeem.
  • Het SFMPC (voorheen SAMPC).

Slide 13 - Tekstslide

4 domeinen verantwoorde zorg
Zorgleefplan

  1. Woon- en leefsituatie
  2. Participatie (activiteiten en sociale contacten)
  3. Mentaal welbevinden en autonomie (eigen regie)
  4. Lichamelijk welbevinden en gezondheid


Slide 14 - Tekstslide

Gezondheidspatronen Gordon
De 11 gezondheidspatronen van Gordon omvatten alle aandachtsgebieden van een mens

Al deze 11 gezondheidspatronen hangen met elkaar samen en beïnvloeden elkaar op alle genoemde gebieden




Slide 15 - Tekstslide

11 Gezondheidspatronen Gordon
  1. Gezondheidsbeleving en instandhouding 
  2. Voeding en stofwisseling 
  3. Uitscheiding 
  4. Activiteiten 
  5. Slaap/rust 
  6. Waarneming en cognitie 
  7. Zelfbeleving 
  8. Rollen en relaties 
  9. Seksualiteit, voortplanting 
  10. Stress verwerking 
  11. Waarden en overtuiging 

Slide 16 - Tekstslide

QUIZ

Onder welk patroon plaats je de gegevens?

Slide 17 - Tekstslide

Mevrouw gebruikt een rollator
om zich te verplaatsen.
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Activiteiten
C
Uitscheiding
D
Stressbeleving

Slide 18 - Quizvraag

Mevrouw heeft steeds pijn
aan haar rug.
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Cognitie en Waarneming
C
Rollen en relatie
D
Waarden en levensovertuiging

Slide 19 - Quizvraag

Mevrouw weegt 66 kg en
is 1.68 m. lang.
A
Gezondheidsbeleving en instandhouding
B
Activiteiten
C
Zelfbeleving
D
Voeding en stofwisseling

Slide 20 - Quizvraag

Mevrouw heeft een dochter
die haar helpt met eten.
A
Rollen en relatie
B
Activiteiten
C
Voeding en stofwisseling
D
Slaap en rustpatroon

Slide 21 - Quizvraag

Mevrouw is zeer snel kortademig bij het lopen en transpireert hevig.
A
Activiteiten
B
Voeding en stofwisseling
C
Gezondheidsbeleving en instandhouding
D
Stressverwerking

Slide 22 - Quizvraag

Verpleegkundige diagnose stellen 

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht
Ga aan de slag met de authentieke situatie - leertaak 3 over meneer Witkamp.

Beantwoord de vragen.

Je hebt 10 minuten de tijd.

We bespreken het hierna klassikaal. 

Slide 24 - Tekstslide

Pauze
PAUZE

Slide 25 - Tekstslide

Doel diagnose
  • Leidraad voor het verpleegkundig  proces.
  • Vanuit de diagnose stel je een          doel en acties.
  • Het biedt houvast om methodisch te werken.


Slide 26 - Tekstslide

PES-Methode
De PES methode is een hulpinstrument om een diagnose te stellen. 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Verpleegkundige diagnose vaststellen met behulp van PES-structuur
P: Probleem
Wat zegt je verpleegkundige (klinische) blik over het probleem?
Welke klachten uit de patiënt?
Wordt de patiënt hierdoor beperkt in zijn doen en laten?

E: Etiologie
Welke oorzaken herken je?
Zijn er andere factoren die invloed hebben op het probleem? 
Heeft de patiënt een netwerk om zich heen waar hij op terug kan vallen?

S: Symptomen
Welke symptomen herken je?
Hebben deze symptomen gevolgen voor jouw patiënt?  
Wat is de reactie van de patiënt?


Slide 29 - Tekstslide

Opdracht
Vorm 3 subgroepjes.

Ga aan de slag met de casusopdracht 'Opstellen verpleegplan'.

Om het verpleegkundig proces goed te doorlopen beantwoord je samen stap voor stap de vragen.





Slide 30 - Tekstslide

Terugblik

Slide 31 - Tekstslide

Vooruitblik

Slide 32 - Tekstslide

Volgende week verder....

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide