Blok 2 Typisch Nederlandse landschappen

Blok 2 Typisch Nederlandse landschappen
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
mens en maatschappijMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Blok 2 Typisch Nederlandse landschappen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Introductie
Bespreken deel van blok 2 
Zelfstandig werken
Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Los zand
  • NL: lagen zand, grind en klei.
  • Ontstaan uit gesteente uit bergen: o.a Alpen, Ardennen, Eiffel. 
  • Vervoerd door rivieren naar ons land. (sedimentatie)

Slide 3 - Tekstslide

IJstijden in NL
IJstijden hebben het landschap in NL veranderd.

-Landijs duwt aarde en gesteente naar hoge punten: Stuwwallen
-ontstaan van heuvels in NL

Slide 4 - Tekstslide

Laatste IJstijd
  • 12.000 jaar geleden.
  • Helft van NL onder dik pak ijs en sneeuw.
  • Ontstaan in Scandinavië.
  • Noordzee droog gevallen.
  • Kou; weinig begroeiing.
  • Wind vrij spel: zand land inwaards blazen. 

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Tekstslide

Een spons van veen
  • Na de ijstijden: warmer in NL.
  • Gevolg 1: ijs smelt en land wordt zichtbaar. 
  • Gevolg 2: zeespiegel steeg.
  • Gevolg 3: rivieren treden buiten oevers: overstromingen

Daardoor ontstaan er: moerassen/ veengebieden.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Veen
  • In NL: 2 soorten venen: hoog en laagveen.
  • Laagveen is onder water, 
  • hoogveen ligt boven water
  • Friesland, Groningen, Drenthe: Veen

Slide 11 - Tekstslide

Hoog en droog
De eerste mensen in Nederland wonen vooral in Limburg. 
Hier zitten zij hoog en droog

De rest van Nederland overstroomde regelmatig en is geen veilige plek om te wonen


Slide 12 - Tekstslide

Terpen
  • Langs de kust in Groningen en Friesland bouwden boeren terpen.
  • Reden: beschermen tegen hoog water en overstromingen.
  • Gemaakt van: klei, mest, stenen en afval.
  • Nog steeds terpen te zien in Noord-Nederland.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken: 
Maken opdrachten: 1,2,3,5,6,7,8,9
Verdiepingsopdrachten: 9, 12, 13
Gebruik de ATLAS!

Eerst aan een klasgenoot hulp vragen. Kom je er samen niet uit? Steek dan je vinger op. 
"ik snap het niet" is geen vraag




Slide 15 - Tekstslide

Vervolg bespreken:

Blok 2 Typisch Nederlandse landschappen

Slide 16 - Tekstslide

Planning
Herhaling vorige les
Uitleg blok 2
Zelfstandig werken
Afsluiten

Slide 17 - Tekstslide

Welke soorten grond kom je in de Nederlandse boden tegen?
A
Alleen klei
B
Zand en grind
C
Zowel Klei, zand als grind
D
Turf en löss

Slide 18 - Quizvraag

Hoe komen we in het oosten van Nederland aan zandgrond?
A
Wind die zand van drooggelegde Noordzee het land in blies.
B
Door IJs uit Scandinavië die zand meenam.
C
Via de Rijn die zand meenam uit sedimentatie.
D
Door de stuwwallen die het zand omhoog duwde.

Slide 19 - Quizvraag

Hoe hebben de rivieren invloed op de vorming van Nederland?

Slide 20 - Open vraag

Hoe zijn de stuwwallen in Nederland ontstaan?

Slide 21 - Open vraag

Waar vind je in Nederland vooral veenlandschappen?
A
Drenthe, Friesland en Groningen
B
Limburg en Noord-Brabant
C
Gelderland
D
Noord- en Zuid Holland

Slide 22 - Quizvraag

Waaruit bestaat veen?

Slide 23 - Open vraag

Waarom trokken de eerste mensen in Nederland naar Limburg?
A
Omdat het daar warmer was
B
Laagland was te onveilig
C
Omdat daar meer eten te vinden was.
D
Rivieren treden buiten hun oevers

Slide 24 - Quizvraag

Wat zijn terpen of wierden?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Sloten graven en landbouw in het veen.
  • Rond het jaar 1000: klimaat NL veranderd --> Warmer
  • Gevolg korte termijn: Landbouw geeft grotere opbrengsten
  • Gevolg langer termijn: bevolkingsgroei.
Oplossing: landbouwgronden en woongronden creëren uit veengebied. = Ontginning. (droogleggen van de gebieden)



Slide 27 - Tekstslide

Dammen en droogmakerijen
Rivieren en zee controleren door aanleg van dammen

Gebeurde rond de rivier de Amstel: Amsterdam.
Ook in de rivier de Rotte: Rotterdam. Enzovoort. 

Slide 28 - Tekstslide

Hoe ging dat droogmaken van land?
- Aanleggen van dammen ( water tegenhouden ).
-Slootjes in het veen aanleggen en daardoor droogde het veen op en er ontstonden langgerekte akkers.
-Aanleg ringdijken en kanalen. Met molens en later met een gemaal  werden de meren leeggepompt en liet men het water in ringvaart stromen = Droogmakerij

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Ontstaan polders

Polder: is een stuk land dat is drooggelegd en die meters onder zeeniveau ligt. 
Molens en gemalen houden de polder droog.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Flevoland: grootste polder van NL

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

NAP = Normaal Amsterdams Peil
Nederland strijdt al jaren tegen het water.  Meten is weten, dus houden we bij hoe hoog de waterstanden zijn t.o.v. de zeespiegel.
Amsterdam bepaalde nulpunt.
 Andere metingen werden hiervan afgeleid.
 Pijlschaal kan je het aflezen.

Slide 35 - Tekstslide

Zelfstandig werken: 
Maken opdrachten: 3 t/m 9, 12, 13, 15 t/m 17 en 20 óf 21
Verdiepingsopdrachten: 10, 11 en 17
(Verkorte route alleen in overleg met je docent
Maken: 3, 5, 7, 8, 12, 13, 16, 17, 20 of 21)
Ben je klaar? Opdrachten nakijken en blok laten aftekenen
Kennen en kunnen samenvatten


Kennen en kunnen uitschrijven.




Slide 36 - Tekstslide

Waarom werden er in veengebieden sloten gegraven?
A
Om turf te steken
B
voor goederentransport per boot
C
Om drinkwater in op te slaan
D
Om water af te voeren en land droog te leggen

Slide 37 - Quizvraag

Leg het verband uit tussen de bevolkingsgroei na het jaar 1000 en het ontginnen van gebieden.

Slide 38 - Open vraag

Waarvoor werden windmolens voor gebruikt in het westen van Nederland?
A
Om water uit de polders te pompen.
B
Om zout water zoet te maken.
C
Om drinkwater mee op te pompen.
D
Om water naar droge gebieden te brengen.

Slide 39 - Quizvraag

Omschrijf hoe een droogmakerij werkt.

Slide 40 - Open vraag