Past Simple in Writing

Past Simple
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2,3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Past Simple

Slide 1 - Tekstslide

Lesson Goals
At the end of the lesson you:
Can use the past simple in your writing.

Slide 2 - Tekstslide

Hoe maak je de past simple?
geef de regels voor regelmatige en onregelmatige werkwoorden.

Slide 3 - Open vraag

The Past Simple
Bij regelmatige ww                              Bij onregelmatige ww
altijd het hele WW + ed



Je gebruikt de Past Simple als je het hebt over  iets dat in het verleden gebeurd is en nu afgelopen is.

Let op:
try - tried
live - lived

2e rij (Past Simple)

lijst op pagina 219 

Slide 4 - Tekstslide

Choose the correct Past Simple form:
Famke Louise ...... another bad concert last night.
A
haved
B
gived
C
has done
D
gave

Slide 5 - Quizvraag

Past Simple: Questions
Bij alle werkwoorden:
Did + onderwerp + hele werkwoord
Je vervoegt dus helemaal niks!!!
Examples:
Did you go?
Did she see?
Did they find?

Slide 6 - Tekstslide

Past Simple: Questions
Is er een Hulpwerkwoord - Was/were of could/would
dan komen deze aan het begin.
Was your mum in Italy two weeks ago?
Could you take photos during the flight?
Stel je een WH-vraag (who, what, which, when, where, how) dan komt dit aan het begin.
Where was Jenn last Thursday?
How could they leave without their passports?

Slide 7 - Tekstslide

Past Simple: Negations
Bij alle werkwoorden:
Onderwerp + didn't + hele werkwoord
Je vervoegt dus helemaal niks!!!!
Examples:
I didn't go
He didn't see
We didn't find

Slide 8 - Tekstslide

Past Simple: Negations
Bij  was/were of would of hulpwerkwoorden zoals could en would voeg je n't(not) toe.
She wasn't in Italy last summer.
Rick and Bo weren't happy to leave France.
I couldn't see the Mona Lisa in Paris.

Slide 9 - Tekstslide

Practice time
translate the Dutch sentences to English using the past simple

Slide 10 - Tekstslide

Vertaal:
Ik was gisteren op school.

Slide 11 - Open vraag

Vertaal:
Vorig jaar waren we op vakantie in Frankrijk.

Slide 12 - Open vraag

Vertaal:
Wat zei ze ook alweer?

Slide 13 - Open vraag

Vertaal:
Ik wilde niet naar huis na de vakantie.

Slide 14 - Open vraag

Vertaal:
Er was gisteren een bankoverval.

Slide 15 - Open vraag

Vertaal:
Er was eens een prinses die Doornroosje heette.

Slide 16 - Open vraag

Grade yourself: Can you use the past simple in your writing?
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10

Slide 17 - Poll