U4 PW oefentoets

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Tekstslide

Jeudi 18 avril
Les objectifs pour aujourd'hui :

Jij beheerst de woorden en grammatica onderdelen tot en met U4

Il y a 8 exercices dans le PW.

Slide 2 - Tekstslide

Exercice 1 du PW
Choisis le mot correct et traduis-le. Kies het juiste woord en vertaal het.

Slide 3 - Tekstslide

Je veux/ traverse la rue pour aller à l'école

Slide 4 - Open vraag

"Tu veux jouer à la Nintendo ?" "Oui, bien sûr/ par terre !"

Slide 5 - Open vraag

Exercice 2 du PW
Vertaal de woorden tussen haakjes in het Frans.

Slide 6 - Tekstslide

Il y a trois (ramen) dans la classe.

Slide 7 - Open vraag

Exercice 3 du PW
Grammaire, vul de juiste vorm van het werkwoord aller in.
(Apprendre 3)

Slide 8 - Tekstslide

(Ik neem) la première rue à gauche

Slide 9 - Open vraag

Nous .... jusqu'à la plage

Slide 10 - Open vraag

Chaima et Hamza .... jusqu'à la plage

Slide 11 - Open vraag

Exercice 4 du PW
Maak de zinnetjes ontkennend door de aangegeven woorden te gebruiken, schrijf de hele zin over
(Apprendre 5)

Slide 12 - Tekstslide

Je veux déménager (nooit)

Slide 13 - Open vraag

C'est un quartier calme (niet)

Slide 14 - Open vraag

Le centre-ville est dangereux (niet meer)

Slide 15 - Open vraag

Exercice 5 du PW
Vertaal de volgende zinnetjes in het Frans (altijd met een ontkenning)

Slide 16 - Tekstslide

Wij gaan nooit naar Parijs

Slide 17 - Open vraag

Exercice 6 du PW
Vertaal de volgende zinnen in het Frans

Slide 18 - Tekstslide

Het huis heeft een geweldig uitzicht op het meer

Slide 19 - Open vraag

Tegenover de winkel is er het strand

Slide 20 - Open vraag

Exercice 7 du PW
Vertaal de woordjes tussen haakjes
(Apprendre 10)

Slide 21 - Tekstslide

Les fleurs sont (op) les arbres

Slide 22 - Open vraag

Exercice 8 du PW
Jij krijgt een map.
Beschrijf de weg om van plek A naar plek B en daarna naar plek C te gaan.
Wat heb jij nodig?
- Jij moet het werkwoord gaan/ aller gebruiken en vervoegen;
- Jij moet richting woorden gebruiken: tout droit, à droite, à gauche... en voorzetsels van plek : en face de, contre, au fond...

Slide 23 - Tekstslide

Exercice 8 du PW
Om nog te oefenen:
exercice 24, page 138

Slide 24 - Tekstslide