LJ1 5.9 + 5.10

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.9 + 5.10 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: LJ1 5.9 + 5.10 
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Lesopening
Pak je boek en schrift van Nederlands. Open je boek op blz 230.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen 
Aan het eind van deze les:
- kun je de bezitsvorm van zelfstandige naamwoorden spellen
- kun je getallen goed spellen

Leergebiedoverstijgende doelen:
Jezelf presenteren:
- geef je mening over een onderwerp

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Arrangementen + Mini-check 
Verdiept (een 8 of hoger): 
Keano, Daniël, Nick en Gwen jullie mogen zelfstandig aan de slag. Je maakt opdracht 20 en 21 op blz 230 t/m 232


De rest doet mee met de mini-check

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

goed of fout gespeld ?

de broer van Sally -> Sallys broer
Regel
Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

Juiste vorm: Sally's broer
goed of fout gespeld ?
de fiets van mijn zusje
-> mijn zusjes fiets
Regel
Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

goed of fout gespeld ?
de boeken van Bas
-> Bas's boeken
Regel
Is het +s  of + 's  of  ' ? Kijk terug in de uitleg als je het even niet meer weet!!
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quizvraag

Juiste vorm: Bas' boeken
Welke getallen zijn op de juiste manier genoteerd?
A
acht, achthonderd
B
8, achthonderd
C
acht, 8 honderd
D
8, 8 honderd

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de juiste schrijfwijze van de getallen in de zin?
A
Mijn broertje heeft er inmiddels 21 opgegeten en ik 16. .
B
Mijn broertje heeft er inmiddels 21 opgegeten en ik zestien.
C
Mijn broertje heeft er inmiddels eenentwintig opgegeten en ik zestien.
D
Mijn broertje heeft er inmiddels eenentwintig opgegeten en ik 16.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie maakt wat?
Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 20 en 21 op blz 230 t/m 232.

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je de bezitsvorm?
Er zijn 3 schrijfregels
  1.  +s
  2. 's
  3.   '

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bezitsvorm 
De schoenen van mijn vader




mijn vaders schoenen
(bezitsvorm) 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 bezitsvorm regel 1: +s
Je kunt de bezitsvorm maken door een s achter de naam of het zelfstandig naamwoord te zetten. 

  • de schoenen van mijn vader  >  mijn vaders schoenen
  • de kleren van mijn zusjemijn zusjes kleren
  • het beroep van Sarah >  Sarahs beroep 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een bezitsvorm:
het horloge van Sam

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

bezitsvorm regel 2: 's 
Als een naam of zelfstandig naamwoord op een lange klank eindigt: a, i, o, u, of y,
dan zet je een ' voor de s. Je schrijft dus 's (apostrof s)

  • het huis van oma   >   oma's huis
  • de moeder van Eddy   >   Eddy's moeder
  • de speen van de baby   >   baby's speen

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak een bezitsvorm:
de sigaar van opa

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bezitsvorm regel 3: '
Eindigt het zelfstandig naamwoord of de naam op een sisklank
Schrijf dan alleen een apostrof, dat is ' 

  • De broer van Max  >  Max' broer
  • De zus van Bas  >  Bas' zus

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

maak een bezitsvorm
De jas van Els

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

4. Instructie
In teksten gebruik je meestal geen cijfers, maar schrijf je getallen voluit.
  • Alle cijfers t/m 20 schrijf je voluit.
  • Ronde tientallen, honderdtallen, duizendtallen schrijf je voluit. 

Uitzonderingen:
  • Bij maten en gewichten zijn cijfers soms overzichtelijker.
  • Grote, ingewikkelde getallen schrijf je meestal in cijfers.

Voor of na cijfers en getallen kom je soms speciale tekens en afkortingen tegen, zoals €, %, kg of cm. In een tekst schrijf je deze voluit: euro, procent, kilo of centimeter.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Begeleid inoefenen 
Intensief --> Had je alle vragen van de mini-check fout?
Dan maak je samen met mij opdracht 20 vraag b t/m d + opdracht 21 zin 1 t/m 4.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Zelfstandig werken
Je maakt nu zelfstandig opdracht 20 en 21 op blz 230 t/m 232



Ben je klaar?
Dan lever je de opdracht in bij mij. 
Daarna ga je in stilte lezen.
timer
1:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Evaluatie LJ1
Hoe ging de les?
Zijn er nog dingen die je lastig vindt?

- kun je de bezitsvorm van zelfstandige naamwoorden spellen?
- kun je getallen goed spellen?
                       

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Noteer in je agenda:                                                     
Dinsdag 19 april                        
5.9 + 5.10 opdracht 20 en 21                     


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies