§7.6 Chemisch rekenen

Welkom

bij wiskunde!
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom

bij wiskunde!

Slide 1 - Tekstslide

Paragraaf 7.6

Chemisch rekenen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de molecuulmassa van CO2?
A
44u
B
30u
C
28u
D
12u

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de molecuulmassa van het alkaan C2H6?
A
13u
B
30u
C
18u
D
25u

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het massapercentage van zuurstof in
H2SO4
A
16,3%
B
32,7%
C
65,3%
D
45,1%

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide


1104=
A
10000
B
100000
C
0,00001
D
0,0001

Slide 7 - Quizvraag



2105=
A
200
B
2000
C
20000
D
200000

Slide 8 - Quizvraag


4,05103=

Slide 9 - Open vraag


6,15103=

Slide 10 - Open vraag

eenheden omrekenen

Slide 11 - Tekstslide

eenheden omrekenen

Slide 12 - Tekstslide

eenheden omrekenen

Slide 13 - Tekstslide

eenheden omrekenen

Slide 14 - Tekstslide

significante cijfers 

Slide 15 - Tekstslide

Significante cijfers
Je telt uit hoeveel cijfers je antwoord bestaat. 
Het getal 634 bestaat bijvoorbeeld uit drie significante cijfers. 

Let op met kommagetallen 
Nullen voor het getal tel je niet mee. Nullen achter een getal tel je wel mee. 
  • Het getal 3600 heeft dus vier significante cijfers.
  • Het getal 36,00 heeft ook vier significante cijfers.
  • Het getal 0,0036 heeft dan twee significante cijfers.


Slide 16 - Tekstslide

Significante cijfers
Je telt uit hoeveel cijfers je antwoord bestaat. 
Het getal 634 bestaat bijvoorbeeld uit drie significante cijfers. 

Let op met kommagetallen 
Nullen voor het getal tel je niet mee. Nullen achter een getal tel je wel mee. 
  • Het getal 3600 heeft dus vier significante cijfers.
  • Het getal 36,00 heeft ook vier significante cijfers.
  • Het getal 0,0036 heeft dan twee significante cijfers.

Wetenschappelijk notatie
Als je 3600 met twee significante cijfers wil schrijven, dan gebruik je de wetenschappelijke notatie: 3,6 x 103

Slide 17 - Tekstslide

Hoeveel significante cijfers heeft het getal 61

Slide 18 - Open vraag

Hoeveel significante cijfers heeft het getal 0,00234

Slide 19 - Open vraag

Hoeveel significante cijfers heeft het getal 4,00

Slide 20 - Open vraag

Optellen en aftrekken
Je antwoord heeft evenveel cijfers achter de komma als het getal met het kleinste aantal cijfers achter de komma. 

Bijvoorbeeld 5,32 + 72,2 
Minste aantal cijfers achter de komma = 1 (72,2) 

5,32 + 72,2 = 77,52 = 77,5


Slide 21 - Tekstslide

1,2 + 32,50 = . . .

Slide 22 - Open vraag

7 + 1,76 = . . .

Slide 23 - Open vraag

Delen en vermenigvuldigen
Je antwoord bestaat uit evenveel significante cijfers als het getal met het kleinste aantal significante cijfers. 

Bijvoorbeeld: 76,56 x 5 
Kleinste aantal significante cijfers = 1 significant cijfer 

76,56 x 5 = 382,8 = 3,828 x 102 = 4 x 102

Slide 24 - Tekstslide

25 x 2,6 = . . .

Slide 25 - Open vraag

5,00 x 1,02 = . . .

Slide 26 - Open vraag

46 x 59 = . . .

Slide 27 - Open vraag

Deze paragraaf is erg lastig, dus hier vooral mee oefenen!

Als je het eenmaal in de vingers hebt, wordt het een stuk makkelijker.

Maak de opgaves van paragraaf 7.6

Slide 28 - Tekstslide