3.1 Negatieve getallen

Vak: Wiskunde
Hoofdstuk:  3.1     
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3. 
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Vak: Wiskunde
Hoofdstuk:  3.1     
1.
Lesopening
2.
Lesdoel 
3. 
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie 
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Tekstslide

1. Lesopening
Pak je spullen van wiskunde voor je: boek, schrift en werkboek en open je boek op blz 102.


Slide 2 - Tekstslide

2. Lesdoel 
Aan het eind van deze les:
- Ken je het verschil tussen positieve en negatieve getallen
- Ken je de tekens voor groter dan, kleiner dan en is gelijk aan. 


Slide 3 - Tekstslide

3. Arrangementen + mini-check
Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand



Iedereen doet mee met de mini-check. 

Slide 4 - Tekstslide

Wat is GEEN positief getal
A
0
B
57
C
-28
D
3045

Slide 5 - Quizvraag

Zet de volgende getallen van groot naar klein:
0,4 / -0,06 / 0,06 / 1,43 / -2,2

Slide 6 - Open vraag

Wat is kouder?
-5,1 °C of -8,3 °C

Slide 7 - Open vraag

Wat betekent het volgende teken: <
A
Is gelijk aan
B
Groter dan
C
Kleiner dan

Slide 8 - Quizvraag

Vul het juiste teken in:
0,4 .... 4

Slide 9 - Open vraag

Wie maakt wat? 
Had je 4 of 5 vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 11 blz 102 t/m 105


De rest doet mee met de instructie. 

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

'Is gelijk aan'
Dit tekentje betekent dat wat aan de ene kant staat gelijk is dan wat er aan de andere kant staat. 

5 + 2 = 3 + 4

Slide 13 - Tekstslide

'Groter dan'
Dit tekentje betekent dat wat aan de linker kant staat groter is dan wat er aan de rechter kant staat. 

5 + 2 > 3 + 3
>

Slide 14 - Tekstslide

'Kleiner dan'
Dit tekentje betekent dat wat aan de linker kant staat kleiner is dan wat er aan de rechter kant staat. 

5 + 1 < 3 + 4
<

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->
Dan maken wij samen opdracht 3, 4 en 9.


De rest gaat zelfstandig aan het werk:
opdracht 1 t/m 11 blz 102 t/m 105

Slide 17 - Tekstslide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 11 blz 102 t/m 105



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na. 
Daarna pak je een wiskundespel uit de kast. 
timer
12:00

Slide 18 - Tekstslide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Zijn er nog opdrachten waar je moeite mee hebt?


Lesdoel:
- Ken je het verschil tussen positieve en negatieve getallen
- Ken je de tekens voor groter dan, kleiner dan en is gelijk aan. 

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Maandag 20 november
3.1 opdracht 1 t/m 11


Toetsen LJ1: 





Slide 20 - Tekstslide