In deze les zitten 27 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
9.5 De rechtszaak
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Eerste helft:
Paragraaf 9.5 en 9.6
Tweede helft:
PO Tips
PO (af)maken
Slide 2 - Tekstslide
Volgende week
Korte herhaling thema's
Oefentoetsen maken criminaliteit, media en werk
Slide 3 - Tekstslide
Wie is wie?
Verdachte
Rechter
Advocaat
Getuige(n)
Pers
Publiek
Officier van Justitie
Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek
Slide 4 - Tekstslide
Wie is wie?
Verdachte geholpen door een advocaat
Officier van Justitie: wil bewijzen dat de verdachte schuldig is
Rechter: beslist of iemand schuldig is en zo ja, wat zijn straf wordt
Slide 5 - Tekstslide
Wie is wie?
Meervoudige kamer: soms meerdere rechters bij rechtszaken!
Drie in plaats van één!
Wanneer en waarom denken jullie?
PO vraag 9: dit en hierna
Slide 6 - Tekstslide
Wie is wie?
Verdachte
Rechter
Advocaat
Getuige(n)
Pers
Publiek
Officier van Justitie
Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek
Slide 7 - Tekstslide
Hoe verloopt
een rechtszaak?
Slide 8 - Tekstslide
1.
De opening
De rechter begint met het controleren van jouw gegevens
Slide 9 - Tekstslide
2.
De aanklacht
De officier van justitie leest de aanklacht (= tenlastelegging) voor
Slide 10 - Tekstslide
3.
Het getuigenverhoor
Mensen die iets gehoord of gezien hebben dat met de zaak te
maken kan hebben. Getuigen mogen niet liegen.
Slide 11 - Tekstslide
4.
Het verhoor van de verdachte
Eerst zelf vertellen wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en je eigen advocaat jou.
Slide 12 - Tekstslide
5.
Het requisitoir
De officier van justitie zet na de ondervragingen alles nog even op een rijtje en komt met de strafeis
Slide 13 - Tekstslide
6.
Het pleidooi
Jouw advocaat gaat jou verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf. Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging
Slide 14 - Tekstslide
7.
Het laatste woord
Als verdachte heb je altijd het laatste woord. Je kunt ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier. Je kunt nog één keer jouw kant van het verhaal laten horen of zeggen dat het je spijt.
Slide 15 - Tekstslide
8.
De uitspraak
De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Meestal is de uitspraak of het vonnis pas later
Slide 16 - Tekstslide
9.6 Preventie of repressie
Slide 17 - Tekstslide
Beantwoord de volgende vragen
1. Er zijn drie verschillende manieren om te straffen: kunnen jullie ze bedenken?
2. Waarom worden mensen eigenlijk gestraft voor de dingen die ze doen. Hoeveel redenen kunnen jullie bedenken?
3. Hoe kun je criminaliteit (het beste) tegengaan?
Slide 18 - Tekstslide
Drie soorten straffen
Rechters leggen in Nederland jaarlijks tussen de 100.000 en 200.000 straffen op.