Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
Nog even alleen je leesboek
timer
2:00
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 6
In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Welkom!
Ga naar je plek, pak je spullen en wacht tot de les begint.
Nog even alleen je leesboek
timer
2:00
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Lesdoelen
Mededelingen
Lezen
Leestoets bespreken
Aan het werk
Pauze
Nakijken
LessonUp woordsoorten
Aan het werk
Huiswerk
Slide 2 - Tekstslide
Mededelingen
Wat moet ik weten?
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoelen
Ik kan de volgende woordsoorten in een tekst herkennen:
* lidwoord
* zelfstandig naamwoord
* bijvoeglijk naamwoord
* voorzetsel
timer
1:00
Slide 4 - Tekstslide
Lezen in stilte
timer
10:00
Slide 5 - Tekstslide
Bespreken leestoets!
Niets op tafel. Vragen aan het eind!
Slide 6 - Tekstslide
Lidwoorden
De kleine woorden voor een zelfstandig naamwoord:
de, het, een
Slide 7 - Tekstslide
Zelfstandig naamwoord
Woord dat je in één keer snapt, het kan op zichzelf staan je kan er een lidwoord voorzetten.
Slide 8 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Voegt iets bij een zelfstandig naamwoord, daardoor wordt het duidelijker.
Slide 9 - Tekstslide
Werkwoorden
Doewoord, deze woorden kunnen veranderen afhankelijk over wie het gaat. Je kan er "ik, hij, wij, zij, jullie" voor zetten. bekendste vorm: persoonsvorm.
Slide 10 - Tekstslide
Zelfstandig werken
- Je werkt in stilte.
- Maak opdracht 1 t/m 4 vanaf blz. 82
Heb je vragen? Steek je vinger op!
Klaar?
Maak de taak 'woordsoorten' op Numo.
timer
10:00
Slide 11 - Tekstslide
Rustig samenwerken
- Je mag rustig overleggen
- Maak opdracht 1 t/m 4 vanaf blz. 82
Heb je vragen? Steek je vinger op!
Klaar?
Maak de taak 'woordsoorten' op Numo.
timer
10:00
Slide 12 - Tekstslide
timer
5:00
Slide 13 - Tekstslide
Nakijken
opdracht 1 t/m 5 vanaf blz. 106
Slide 14 - Tekstslide
Wat zijn lidwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 15 - Quizvraag
Wat zijn werkwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 16 - Quizvraag
Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 17 - Quizvraag
wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 18 - Quizvraag
De slimme leerling snapt het niet. Welk woord is het lidwoord?
A
de
B
slimme
C
het
D
leerling
Slide 19 - Quizvraag
De slimme leerling snapt het niet. Welk woord is het zelfstandig naamwoord?
A
slimme
B
leerling
C
snapt
D
de
Slide 20 - Quizvraag
De slimme leerling snapt het niet. Welk woord is het bijvoeglijk naamwoord?
A
de
B
leerling
C
snapt
D
slimme
Slide 21 - Quizvraag
De slimme leerling snapt het niet. Welk woord is het werkwoord?
A
snapt
B
de
C
leerling
D
slimme
Slide 22 - Quizvraag
Lidwoorden
De kleine woorden voor een zelfstandig naamwoord:
de, het, een
Slide 23 - Tekstslide
Zelfstandig naamwoord
Woord dat je in één keer snapt, het kan op zichzelf staan je kan er een lidwoord voorzetten.
Slide 24 - Tekstslide
Bijvoeglijk naamwoord
Voegt iets bij een zelfstandig naamwoord, daardoor wordt het duidelijker.
Slide 25 - Tekstslide
Werkwoorden
Doewoord, deze woorden kunnen veranderen afhankelijk over wie het gaat. Je kan er "ik, hij, wij, zij, jullie" voor zetten. bekendste vorm: persoonsvorm.
Slide 26 - Tekstslide
Zelfstandig werken
- Je werkt in stilte.
- Maak opdracht 1 t/m 4 vanaf blz. 82
- Maak opdracht 1 t/m 3, 5 en 6 vanaf blz. 132
Heb je vragen? Steek je vinger op!
Klaar?
Maak opdracht 5 op blz. 83 en opdracht 4 op blz. 133
Maak de taak 'zinsontleding' op Numo.
timer
10:00
Slide 27 - Tekstslide
Rustig samenwerken
- Je mag rustig overleggen
- Maak opdracht 1 t/m 4 vanaf blz. 82
- Maak opdracht 1 t/m 3, 5 en 6 vanaf blz. 132
Heb je vragen? Steek je vinger op!
Klaar?
Maak opdracht 5 op blz. 83 en opdracht 4 op blz. 133