P3, week 5, Lezen 1.2 doel en publiek herh.

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Tekstdoel en publiek

Lesdoelen

Aan het einde van deze les weet je:

• wat de schrijver met zijn tekst wil bereiken
• en voor wie de tekst bedoeld is. 

Ik ken de vijf tekstdoelen

1. Ja
2. Nee
3. Misschien
4. Niet alle vier

Welke is GEEN tekstdoel?

1. Informeren
2. Fantaseren
3. Instrueren
4. Overtuigen

Wat zijn voorbeelden van tekstdoelen?

1. artikel, tijdschrift, krant, recept
2. informeren, instrueren, overhalen, overtuigen

Noem 4 tekstdoelen

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Wat is het tekstdoel?

Publiek

Een tekst richt zich tot lezers.  Die lezers noemen we publiek. 

Breed publiek (bijv. algemeen onderwerp voor alle volwassenen en jongeren)

Gerichte doelgroep (bijv. toeristen, studenten)

Een kleine groep mensen of één persoon (leden van een sportvereniging of een kaart naar je oma).

Om erachter te komen voor welk publiek een tekstt geschreven is

Om erachter te komen voor welk publiek een tekst geschreven is, moet je letten op:

• Onderwerp
• Inhoud
• Taalgebruik
• Plaats van publicatie
• Lay-out

Vragen?

Zelfstudie

Maak nu extra opdracht 1, 2 en 3

Afsluiting

• Lesdoelen behaald?
• Feedback