kt1 8.5

Programma

Leerdoelen


Aan de slag

Afsluiten


Programma     20 maart
  • Start
  • Lesdoelen
  • Terugblik
  • Uitleg
  • Aan de slag 
  • Afsluitend spel
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programma

Leerdoelen


Aan de slag

Afsluiten


Programma     20 maart
  • Start
  • Lesdoelen
  • Terugblik
  • Uitleg
  • Aan de slag 
  • Afsluitend spel

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel

Aan het eind van deze les ..


.. weet je hoe je een assenstels kunt uitbreiden met negatieve getallen.





Slide 2 - Tekstslide

Terugblik 8.4

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Aan de slag

Maak 

37 t/m 42


Kijk je werk na en verbeter zo nodig!


Leer

Aantekeningen H8












timer
15:00

Slide 5 - Tekstslide

Afsluitend spel 
Zeeslag met assenstelsel

Slide 6 - Tekstslide

Plaats 2 boten


3 punten:


4 punten:


Ze mogen elkaar niet overlappen.


Slide 7 - Tekstslide

Zet een kruisje door het punt wat is getroffen.


Bij wie zinkt als eerste een schip?








Slide 8 - Tekstslide

Afsluitend kaartspel

Rode kaarten (harten en ruiten)  --> negatieve getallen.
Zwarte kaarten (schoppen en klaver) --> positieve getallen.

  • Elke speler krijgt 3 kaarten.
  • De overige kaarten komen in het midden verdeeld over 2 stappels (één met nummers naar boven en de andere   nummers naar benenden).
  • Speel om beurten. De eerste speler telt zijn cijfers bij elkaar op, pakt een kaart van een van beide stapels en legt ten   slote een kaart van zichzelf met het nummer naar boven weg. 
  • Heeft een speler drie kaarten waarvan de optelling 0 is, dan wint hij een slag en legt deze apart en pakt drie nieuwe   kaarten.
  • Het spel is afgelopen als beide stapels op zijn of de tijd op is. Wie de meeste slagen heeft, is de winnaar!







Slide 9 - Tekstslide

Volgorde bij berekeningen
Stappenplan
  1. Haakjes
  2. Machten (dus ook kwadraten en wortels)
  3. Vermenigvuldigen en Delen (v.l.n.r)
  4. Optellen en Aftrekken (v.l.n.r)

Help Mij Van Die Onvoldoendes Af!

Slide 10 - Tekstslide

Positieve en negatieve getallen
Getallen boven de 0 heten positieve getallen (+)

Getallen onder de 0 heten negatieve getallen (-)

Het getal 0 is niet positief en niet negatief, maar neutraal.

Slide 11 - Tekstslide

Groter dan  >       
Kleiner dan  <
7 > 6 Lees je als "7 is groter dan 6"
2 < 3 Lees je als "2 is kleiner dan 3"

> betekent dus "is groter dan"
< betekent dus "is kleiner dan"

Ezelsbruggetje: 
De opening van < en > staat altijd aan de kant van het grootste getal.

Slide 12 - Tekstslide

Tegengestelde getallen
Tegengestelde getallen liggen op de getallenlijn even ver van 0.
Bijvoorbeeld -4 en 4. 

Opgeteld zijn deze getallen altijd 0.
-4 en 4 zijn elkaars tegengestelden, want -4+4=0.







Slide 13 - Tekstslide

Negatieve getallen, de bewerkingen + en -

Met zonder jas naar buiten, betekent zonder jas.          Dus + - = -
Niet zonder jas naar buiten, betekent met jas.              Dus - - = +

Uitwerking:
-3+-2 =          -3--3 =
      .

  

Slide 14 - Tekstslide

 Bewerkingen + en - met negatieve getallen.

Met zonder jas naar buiten, betekent zonder jas.          
Dus + - = -

Niet zonder jas naar buiten, betekent met jas.              
Dus - - = +


  
- - is hetzelfde als + 
+ - is hetzelfde als - 

Slide 15 - Tekstslide