In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Leestekens
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
- Aan het einde van de les weet ik waarom leestekens belangrijk zijn.
- Aan het einde van de les kan ik leestekens gebruiken.
Slide 2 - Tekstslide
Waarom zijn leestekens zo belangrijk?
- Belangrijk dat er geen verwarring ontstaat, soms kan door een leesteken de betekenis namelijk veranderen.
- Het is netjes wanneer je een zakelijke brief gaat schrijven (sollicitatie).
Ik hou van je mama of ik hou van je, mama...
Slide 3 - Tekstslide
Regels
Punt, vragenteken of uitroepteken : aan het einde van de zin. Een vraagteken wordt gebruikt bij een vraagzin, een uitroepteken wordt gebruikt bij een bepaalde uiting (vaak niet zakelijk).
Slide 4 - Tekstslide
Regels
Komma: - tussen de delen van een opsomming - na een naam of uitroep aan het begin van de zin - in een samengestelde zin tussen twee persoonsvormen of voor een voegwoord (behalve en)
Slide 5 - Tekstslide
Regels
Dubbele punt en aanhalingstekens: bij een citaat.
Mees riep: 'Kijk uit voor die fietser!' 'We halen een hond uit het dierenasiel', zei Imke. 'Spelen we zaterdag uit of thuis?' vroeg Jonne aan de trainer.
Dubbele punt kan je ook gebruiken om een opsomming aan te kondigen.
Slide 6 - Tekstslide
Wie gaat er morgen naar school
A
!
B
.
C
:
D
?
Slide 7 - Quizvraag
Waar komt de komma? Jeroen is er nog niet te melden over de brand in de fabriek.
Slide 8 - Open vraag
Zet de leestekens op de goede plek. Weg met dat fototoestel riep de acteur zondag naar de fotograaf