Water - les 4

WATER
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

WATER

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Binnenkomst + absentie (5 min)
Filmpje + een paar vraagjes (10 min)
Lezen 'Waterbalans' / leerdoelen (5 min)
Bespreken 'Waterbalans' (10 min)
Examenvragen maken (15 min)
Filmpje (5 min)
Bespreken 'Opbouw van de rivier' (10 min)
Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel stroomgebieden zie je op de afbeelding?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Hoe komt het dat water stroomt?

Slide 6 - Open vraag

De Rijn is een...
A
Wadi
B
Regenrivier
C
Gletsjerrivier
D
Gemengde rivier

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Benedenloop
Middenloop
Bovenloop
Sedimentatie
Erosie
Verwering

Slide 10 - Sleepvraag

Lezen
'De waterbalans'
  • Lezen: klassikaal
  • Tijd: 5 minuten

Leerdoelen:
  1. Je kunt de eenvoudige en de bredere definitie van de 'waterbalans' uitleggen.
  2. Je kunt uitleggen waarom Nederland een positieve waterbalans heeft.
  3. Je kunt het effect van de seizoenen op de waterbalans uitleggen.

Slide 11 - Tekstslide

Waterbalans
Waterbalans: 
Neerslag - verdamping 

Slide 12 - Tekstslide

Waterbalans = Een overzicht van de hoeveelheid water die een gebied binnengaat en verlaat.

  • Positieve waterbalans: de mensen hebben voldoende water. 
  • Negatieve waterbalans: de mensen hebben te weinig water. 

Slide 13 - Tekstslide

waterbalans

Slide 14 - Tekstslide

De waterbalans is:
A
Hoeveel water een gebied binnenkomt.
B
De neerslag die overblijft na verdamping.
C
Hoeveel water een gebied binnenkomt en weer verlaat.
D
Hiermee kun je bepalen wat van soort rivier het is.

Slide 15 - Quizvraag

Hoe is de waterbalans van Nederland?
A
positief
B
negatief

Slide 16 - Quizvraag

Welk land heeft een negatieve waterbalans?
A
Nederland
B
Noorwegen
C
Groot-Brittannië
D
Spanje

Slide 17 - Quizvraag

De waterbalans in een groot deel van het Midden-Oosten is negatief.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quizvraag

Water toevoeging
Water afvoer
Grondwater van buurlanden
Neerslag
oppervlaktewater en grondwater dat naar zee stroomt.
verdamping
Gebruik van water
rivieren die naar Nederland stromen

Slide 19 - Sleepvraag

Maken
Examenvragen

Wat: 'Water'
Hoe: klassikaal
Tijd: 15 minuten

 
Let op: deze vragen heb je nodig voor de toets 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Uiterwaard
rivier met kribben
Zomerdijk
Winterdijk
De opbouw van het Nederlandse rivierengebied

Slide 22 - Tekstslide

Winterdijk
Zomerdijk

Kribben

Uiterwaard
Winterbed
Zomerbed

Slide 23 - Tekstslide

Uiterwaarden bebouwd  = ophoging zomerdijken

Slide 24 - Tekstslide

De belangrijkste onderdelen van het rivierengebied
De belangrijkste onderdelen van het rivierengebied zijn:
  1. De rivier
  2. Kribben -> deze houden de rivier op zijn plaats
  3. Zomerdijk -> hiertussen stroomt de rivier in de zomer (wanneer er minder water in de rivier staat door verdamping en groter verbruik)
  4. Winterdijk -> hiertussen stroomt de rivier in de winter (wanneer er meer water in de rivier staat door minder verdamping en minder verbruik.)
  5. Uiterwaarden -> Grasland tussen de zomer- en winterdijk in waar in de zomer koeien grazen. In de winter staat dit land onder water.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Huiswerk
Lezen paragraaf 1: helemaal!
Maken vragen paragraaf 1: helemaal!

Slide 27 - Tekstslide