In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
TL H4.2 Soorten ondernemingen
KB H4.1
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je weet welke soorten bedrijven je allemaal kan oprichten en wat de verschillen zijn tussen elke soort.
Je weet in welke sectoren bedrijven zitten en kunnen werken
Je weet wat het verschil is tussen geregistreerde werkloosheid en verborgen werkloosheid
Nakijkblad H3 staat vanaf morgenmiddag op magister
Slide 2 - Tekstslide
Wat waren ook alweer de vijf arbeidsmotieven?
Geld verdienen
Voor de sociale contacten
Om iets nuttigs te doen in je leven
Om regelmaat te hebben in je leven
Om nieuwe dingen te leren*
Slide 3 - Tekstslide
Waarom zou iemand een eigen bedrijf starten?
Als het je lukt om een goed bedrijf te beginnen, kun je veel geld verdienen.
Je wilt niet voor iemand werken, maar lekker je eigen gang gaan en je eigen ding doen.
Slide 4 - Tekstslide
Als je een bedrijf begint moet je kiezen uit een ondernemingsvorm
Je hebt de volgende ondernemingsvormen:
Eenmanszaak
Vof
BV
NV
Stichting
(Ook heb je nog ZZPer, maar daar hebben we het gisteren al over gehad)
Slide 5 - Tekstslide
Eenmanszaak
Er is 1 eigenaar die de baas is. De ondernemer kan wel personeel in dienst hebben.
Het geld van het bedrijf en het geld van de eigenaar zijn niet van elkaar gescheiden. Dat betekent dat de schuldeisers van het bedrijf de privé spullen van de eigenaar kan claimen.
De eigenaar betaalt inkomstenbelasting.
Slide 6 - Tekstslide
VOF (vennootschap onder firma)
Er zijn 2 of meerdere eigenaren.
Het geld van het bedrijf en het geld van de eigenaren zijn niet van elkaar gescheiden. Dat betekent dat de schuldeisers van het bedrijf de privé spullen van de eigenaren kan claimen.
De eigenaar betaalt inkomstenbelasting.
Slide 7 - Tekstslide
BV (Besloten vennootschap)
De eigenaren zijn aandeelhouders.
De aandelen van het bedrijf kunnen niet vrij worden verhandeld en de aandelen komen op naam te staan.
Een ondernemingsvorm waarbij het geld van het bedrijf en eigenaren gescheiden zijn. Ook de schulden zijn gescheiden. Als een bedrijf failliet gaat kunnen de schuldeisers niet het privé geld van de eigenaren claimen.
Over de winst word vennootschapsbelasting betaald.
Slide 8 - Tekstslide
NV (Naamloze vennootschap)
De eigenaren zijn aandeelhouders.
De aandelen van het bedrijf kan vrij mee worden gehandeld.
2 ondernemingsvormen waarbij het geld van het bedrijf en eigenaren gescheiden zijn. Ook de schulden zijn gescheiden. Als een bedrijf failliet gaat kunnen de schuldeisers niet het privé geld van de eigenaren claimen.
Over de winst word vennootschapsbelasting betaalt.
Slide 9 - Tekstslide
Stichting
Een bedrijf die is opgericht voor een bepaald doel.
De stichting mag geen winst maken en moet al het geld dat ze verdienen voor hun doel gebruiken.
Ze mogen wel werknemers in dienst nemen.
Slide 10 - Tekstslide
Hoe heet de bedrijfsvorm waarbij de organisatie geen winst wil maken.
Slide 11 - Open vraag
Als je later werkt werk je in 1 van de volgende sectoren
Primaire sector
Dit zijn alle bedrijven die grondstoffen winnen, zoals landbouw, visserij en mijnbouw
Secundaire sector
Dit zijn alle bedrijven die de grondstoffen van de primaire sector bewerken, zoals bouwbedrijven, fabrieken en ambachtsbedrijven (slager / bakker)
Tertiaire sector
Dit zijn alle bedrijven die winst willen maken en diensten leveren, zoals banken, winkels, transportbedrijven
Quartaire sector
Dit zijn alle organisaties die geen winst willen maken en diensten leveren, zoals scholen, ziekenhuizen en de brandweer.
Slide 12 - Tekstslide
Zelfstandig werken
Huiswerk:
TL: Maak opgave 2, 3, 4, 5, 7, 9, 10, 11 & 12 van H4.2