week 50: digitaal lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Startopdracht

1. Zoek een informerend of waarderend (nieuws)artikel (recent) over het PISA-onderzoek / leesvaardigheid leerlingen in Nederland. 

2. Lees het artikel

Beantwoord deze vragen in je schrift:

1. Welke zoekterm heb je gebruikt?

2. Welke bron heb je gekozen en waarom? 

3. Wat heb je geleerd over dit onderwerp? 

Deze week

Les 1: uitleg digitaal lezen + verwerkingsopdracht 

Les 2: weektaak + verwerkingsopdracht 

Les 3: lezen 

Weektaak maandag 16 december

H2B: 4c, 7 t/m 15

Deadline verwerkingsopdracht:

vrijdag 20 december 

Deze les

Je leert de kenmerken van digitaal lezen kennen en oefent met geconcentreerd lezen van een scherm. 

1. Uitleg + uitleg verwerkingsopdracht 

2. Samen oefenen

3. Weektaak
4. Afsluiten 

Lesdoelen:

- Je weet wat hyperlinks zijn

- Je weet wat het verschil is tussen digitaal lezen en lezen van papier

DIGITAAL LEZEN

Is een andere tak van sport

Denk aan:

1. hyperlinks

2. leesdoelen

3. afleiding

wegwijs in de digitale wereld

Het is  noodzakelijk, want je haalt heel veel informatie van het internet. 

Hoe zorg je dat je niet de weg kwijt raakt in online informatie?

Weektaak les 2b: digitaal lezen

2B, blz. 28 oefenboek (in je handboek p. 64 staat de theorie)

Maak zelfstandig:

4c, 7, t/m 15

Klaar?

Kijk na

Uitleg verwerkingsopdracht

Om de lesstof te verwerken krijg je deze week een extra opdracht, naast de opdrachten uit je boek (weektaak). 

Deadline: a.s. vrijdag 20 december 

Deze les

Je gaat in de praktijk aan de slag met digitaal lezen 

1. Aan de slag met weektaak / aan de slag met verwerkingsopdracht 

Wat is er nodig geweest om deze video te maken?

Waarvoor heb je bronnen nodig?

Bronnen

1. gericht zoeken

2. bronnen kiezen

3. informatie selecteren 

Bedenk een vraag die je over het onderwerp 'superhelden' zou kunnen stellen.

Bedenk nu een trefwoord die bij je vraag past.

Deze les

1. 20 minuten leestekst naar keuze

2. weektaak 

3. tips voor leesteksten 

Repetitie lezen: vrijdag 10 januari 

Keuze leestekst

Je kiest één van beide teksten op je bureau. 

Lees de tekst. 

Beantwoord de vragen die in de tekst staan op het blaadje.

-Over 20 minuten bespreken we beide teksten-

Klaar? Weektaak 2b, blz. 28 oefenboek

Maak:

4c, 7 t/m 15

Weektaak les 2b 

2b, blz. 28 oefenboek

Maak:

4c, 7,  t/m 15

Klaar?

Kijk na

Deze tips helpen je op weg 

1. Herhaal de vraag in je antwoord. 

2. Gebruik nooit de woorden 'iets', 'het' of 'iemand'. Wees concreet. 

3. Noem geen dingen die niet in de tekst staan. Wees specifiek. 

Welkom!

Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

Welkom!

Stillezen

Pak je leesboek en ga stillezen

Leesvaardigheid

1. Je weet tot welke tekstsoort een tekst behoort, welk doel een tekst heeft en wat het onderwerp en de hoofdgedachte is van een tekst. 

2. Je herkent de structuur (inleiding, kern en slot) in een tekst. 

3. Je herkent tekstverbanden en signaalwoorden in een tekst. 

4. Je weet wat de kenmerken zijn van een digitale tekst. 

5. Je kunt de bruikbaarheid van teksten beoordelen. 

Hoe leer je dan?

1. Door veel te lezen (nieuws, tijdschriften et cetera) 

2. Door opdrachten te maken uit je boek

3. Door samenvattingen te maken

4. Door de oefentoets te maken op It's Learning

5. Door je te laten overhoren 

6. Door je aantekeningen door te nemen 

Maak een mindmap

Zet de hoofdpersoon in het midden. 

Schrijf op wat je allemaal weet over die hoofdpersoon. 

5 minuutjes, zelfstandig. 

Wissel daarna met elkaar uit.