Basis woorden h5

Wat betekent het woord "aanmoedigen"
A
Zeggen dat iemand iets moet doen
B
Aangeven dat er verder gegaan moet worden
C
Zeggen dat iemand het goed doet en moet doorgaan
D
Het goede doen
1 / 11
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Wat betekent het woord "aanmoedigen"
A
Zeggen dat iemand iets moet doen
B
Aangeven dat er verder gegaan moet worden
C
Zeggen dat iemand het goed doet en moet doorgaan
D
Het goede doen

Slide 1 - Quizvraag

Welk woord past bij dit plaatje?
A
bitter
B
etmaal
C
overbrengen
D
stug

Slide 2 - Quizvraag

Maak een zin met het woord "behendig"

Slide 3 - Open vraag

wat betekent het woord "tegenslag"
A
ongeluk
B
pech
C
Jammer
D
gebeurtenis die niet gaat zoals je wil

Slide 4 - Quizvraag

Maak een zin met het woord "leiding geven"

Slide 5 - Open vraag

Wat betekent het woord "branche"
A
alle bedrijven samen die een zelfde product maken of produceren
B
een goed doel
C
een voetbalclub
D
een organisatie die dingen regelt

Slide 6 - Quizvraag

Stug
niet stug
Stijf
niet stijf 
vriendelijk
Zonder op te houden
onvriendlijk
makkelijk te buigen

Slide 7 - Sleepvraag

Wat betekent "vastbesloten"
A
een sterke wil hebben
B
met een sterke wil om het plan uit te voeren
C
een plan bedenken
D
ervoor zorgen dat er iets geregeld wordt

Slide 8 - Quizvraag

In welke zin is het woord "Zorgvuldig" goed gebruikt.
A
Hij legt zorgvuldig de spullen in de kast.
B
Hij zorgvuldig neemt de spullen mee.
C
Hij maakt een zorgvuldige maaltijd.
D
Wanneer gaan we zorgvuldig naar Frankrijk.

Slide 9 - Quizvraag

Maak een zin met het woord "experimenteren"

Slide 10 - Open vraag

Wat betekent "laconiek"
A
een verwachte reactie
B
een speciale afdeling in het ziekenhuis
C
een onderdeel van de Nederlandse spelling
D
kalme reactie tegen verwachting in

Slide 11 - Quizvraag