06/04 H1b

Bienvenue au cours en ligne
   - Répéter le verbe 'avoir'
       - Apprendre le verbe 'être'
- Expliquer les devoirs
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Bienvenue au cours en ligne
   - Répéter le verbe 'avoir'
       - Apprendre le verbe 'être'
- Expliquer les devoirs

Slide 1 - Tekstslide

Conjuguer le verbe 'avoir'
Ik heb
J'ai 
Jij hebt
Tu as
Hij/zij/men heeft
Il/elle/on a
Wij hebben
Nous avons
Jullie hebben
U heeft
Vous avez
Zij hebben
Ils/elles ont

Slide 2 - Tekstslide

J'..... (avoir)
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 3 - Quizvraag

Tu ... (avoir)
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 4 - Quizvraag

Il/elle/on ... (avoir)
A
ai
B
as
C
a
D
ont

Slide 5 - Quizvraag

Nous ... (avoir)
A
ai
B
as
C
avez
D
avons

Slide 6 - Quizvraag

Vous ... (avoir)
A
ai
B
as
C
avez
D
avons

Slide 7 - Quizvraag

Tu ... (avoir)

Slide 8 - Open vraag

Vous ... (avoir)

Slide 9 - Open vraag

Ils ... (avoir)

Slide 10 - Open vraag

La fille ... (avoir)

Slide 11 - Open vraag

Être =  zijn
Ik ben
Je suis
Jij bent
Tu es
Hij/zij/men is
Il/elle/on est
Wij zijn
Nous sommes
Jullie zijn
U bent
Vous êtes
Zij zijn
Ils/elles sont

Slide 12 - Tekstslide

Je ... (être)
A
suis
B
es
C
est
D
sont

Slide 13 - Quizvraag

Il/elle/on ... (être)
A
suis
B
es
C
est
D
sont

Slide 14 - Quizvraag

Tu ... (être)
A
suis
B
es
C
est
D
sont

Slide 15 - Quizvraag

Ils/elles ... (être)
A
suis
B
es
C
est
D
sont

Slide 16 - Quizvraag

Nous ... (être)
A
suis
B
sommes
C
êtes
D
sont

Slide 17 - Quizvraag

Vous ... (être)
A
suis
B
sommes
C
êtes
D
sont

Slide 18 - Quizvraag

Je ... (être)

Slide 19 - Open vraag

Tu ... (être)

Slide 20 - Open vraag

Nous ... (être)

Slide 21 - Open vraag

Vous ... (être)

Slide 22 - Open vraag

Le garçon ... (être)

Slide 23 - Open vraag

Exercice
Je gaat zelf zinnen maken (minimaal 20, maar meer mag) met de vocabulaire van section A t/m H. Probeer combinaties te maken, dus combineer bijvoorbeeld woorden van section A met woorden van section E, etc...

Voorbeeld: La mère écrit une histoire dans le livre.
       Le crayon est dans la poubelle. 

De zinnen typ je uit in een bestandje of schrijf je op papier. Dit upload je in classroom. 

Slide 24 - Tekstslide

Exercice

Selfie met je quizletscore

Section G + H

Foto uploaden op classroom. 

Slide 25 - Tekstslide

Bon courage !

Slide 26 - Tekstslide