MM 2K - 6.4 Economie in Europa (les 1)

Welkom
Mens en Maatschappij
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Mens en Maatschappij

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
Start
Leerdoel
  • Je leert over de economie van Europa.

Herhaling
  • Maak de herhalingsquiz

Slide 2 - Tekstslide

Welk begrip hoort er niet bij?
A
kapitalisme
B
planeconomie
C
communisme
D
Oostblok

Slide 3 - Quizvraag

Noem een overeenkomst tussen de Berlijnse Muur en het IJzeren Gordijn.

Slide 4 - Open vraag

Noem twee verschillen tussen de Berlijnse Muur en het IJzeren Gordijn.

Slide 5 - Open vraag

Wat is geen gebiedskenmerk?
A
reliëf
B
hoogteligging
C
klimaat
D
taal

Slide 6 - Quizvraag

Noem twee bevolkingskenmerken.

Slide 7 - Open vraag

Wat heeft een hogere bevolkingsdichtheid?
A
dorp
B
stad

Slide 8 - Quizvraag

Maak de juiste combinaties
Europese parlement
Europese commissie
plannen uitvoeren
plannen controleren

Slide 9 - Sleepvraag

Zet in de goede volgorde (van oud naar jong)
1.
2.
3.
4.
Benelux
EGKS
EEG
EU

Slide 10 - Sleepvraag

Na de val van de Berlijnse Muur (1989)...
A
...ontstond de Bondsrepubliek Duitsland (BDR)
B
...ontstond de Duitse Democratische Republiek (DDR)
C
....gingen de BDR en de DDR uit elkaar.
D
...gingen de BDR en de DDR samen verder als één land.

Slide 11 - Quizvraag

In de Vogezen (Frankrijk) ligt de Grand Ballon met een hoogte van 1424 meter.
A
Dit is laagland.
B
Dit is heuvelland.
C
Dit is middelgebergte.
D
Dit is hooggebergte.

Slide 12 - Quizvraag

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie is.

Uitleg
  • De vrijemarkteconomie wordt bepaald door vraag (ik wil een product of dienst hebben) en aanbod (ik kan een product of dienst leveren).
  • Het gebied waar producten verkocht kunnen worden, heet het afzetgebied. Spaanse sinaasappels > Nederlandse supermarkten. Nederland = afzetgebied.
  • Handel = koop en verkoop van producten.
  • Vrijemarkteconomie = bedrijven mogen zoveel produceren en verkopen als zij willen.

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie en planeconomie is.

Uitleg
  • Vrijemarkteconomie = bedrijven mogen zoveel produceren en verkopen al zij willen > vraag en aanbod wordt bepaald door markt (kapitalisme).
  • Planeconomie = de overheid bepaalt hoeveel geproduceerd wordt > aanbod wordt bepaald door overheid (communisme).
  • Tegenwoordig horen veel landen uit het voormalige Oostblok bij de EU > vrij werken en handelen.

Slide 14 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie is.

Uitleg
  • Veiling = verkoop per opbod (koper is de hoogste bieder).
  • Internationale markt = handel tussen verschillende landen.
  • Interne markt = handel binnen de EU.
  • Voordeel > producten worden geproduceerd waar de kosten het laagst zijn. Bijvoorbeeld: sinaasappels in Spanje, want daar is het zonnig.
  • Voordeel en nadeel > concurrentie tussen bedrijven is toegenomen.

Slide 15 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie is.

Uitleg
  • Invoerwaarde = de opgetelde waarde van alle producten die vanuit het buitenland worden ingevoerd (import). Geïmporteerd naar Nederland: auto's, fruit, graan, kleding.
  • Uitvoerwaarde = de opgetelde waarde van alle producten die naar het buitenland worden uitgevoerd (export). Geëxporteerd vanuit Nederland: machinesaardgas, snijbloemen, groente, vlees, kaas.

Slide 16 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie is.

Controle
  • Wat betekent het dat de uitvoerwaarde van Nederland hoger is dan de invoerwaarde

Kijk mee... 
  • Bloemenveiling

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
6.4 Economie in Europa
Leerdoel
  • Je weet hoe de economie van Europa is geregeld.
  • Je weet wat vrijemarkteconomie is.

Opdracht
  • Maak onderdeel 1-14.

Slide 19 - Tekstslide

Hoofdstuk 6 Eenheid en verdeeldheid
Afsluiting
Leerdoel
  • Je leert over de economie van Europa.

Slide 20 - Tekstslide