Hoop voelde voor mij altijd als iets zinloos. Een soort vaag vermoeden dat het allemaal wel goed gaat worden. Waanbeelden van zo'n optimist die niets van het leven begrepen heeft. Tot ik de afkorting H.O.P.E tegenkwam. Hold On Pain Ends. De wereld wordt misschien niet perfect, maar de pijn, de wanhoop van dit moment zal overgaan. Dat vertrouwen gaf mij de kracht om weer verder te gaan.
Christine, 15 jaar
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.
Onderdelen in deze les
Bij het einde van de timer
Stil
Ipad plat op tafel
Mobieltje weg
Klassenregels:
We gaan tijdens de les niet naar de wc
We blijven van elkaar af
Tijdens de les is het stil
We letten op ons taalgebruik
timer
5:00
H.O.P.E
Hoop voelde voor mij altijd als iets zinloos. Een soort vaag vermoeden dat het allemaal wel goed gaat worden. Waanbeelden van zo'n optimist die niets van het leven begrepen heeft. Tot ik de afkorting H.O.P.E tegenkwam. Hold On Pain Ends. De wereld wordt misschien niet perfect, maar de pijn, de wanhoop van dit moment zal overgaan. Dat vertrouwen gaf mij de kracht om weer verder te gaan.
Christine, 15 jaar
Slide 1 - Tekstslide
Soort vraag: T1
Aantal punten: 2
Vraag:
2.a Deze bron gaat over een persoon uit dit hoofdstuk. Zijn naam wordt alleen niet genoemd. Over wie gaat deze bron? Leg je antwoord uit met een voorbeeld uit de bron.
Antwoord:
Alexander de Grote;
Alexandrië steden vernoemd naar Alexander de Grote.
Slide 2 - Tekstslide
Soort vraag: R
Aantal punten: 4
Vraag:
1. Noteer de betekenis van de volgende begrippen, schrijf eerst het begrip over op je blad. - Koloniën - Mythe - Democratie - Stadstaat
Antwoord:
Koloniën: Gebieden van een Griekse stadstaat buiten Griekenland
Mythe : Verhaal waarin goden voorkomen. De oude grieken kenden heel veel mythen
Democratie: Manier van besturen waarbij burgers veel invloed hebben op het bestuur.
Stadstaat: Stad met het gebied eromheen, dioe als een zelfstandige staat wordt bestuurd.
Slide 3 - Tekstslide
Soort vraag: T1
Aantal punten: 2
Vraag:
2.b Leg met behulp van twee voorbeelden uit de bron uit dat deze bron een goed voorbeeld is van de Griekse bouwkunst.
Antwoord:
De zuilen zijn typisch griekse bouwstijl
De tekening op het dak van de tempel
De symmetrie hoort bij de Griekse bouwstijl
Slide 4 - Tekstslide
Soort vraag: R
Aantal punten: 3
Vraag:
3. Wie mochten niet meebeslissen in de Atheense democratie? Kies de juiste antwoorden.
A. rijke mensen B. arbeiders C. slaven D. vrouwen E. bejaarden F. vreemdelingen
Antwoord:
C - D - F
Slide 5 - Tekstslide
Soort vraag: R
Aantal punten: 1
Vraag:
4. Welke uitspraak over Griekse toneelstukken is fout?
A. De Grieken hadden twee soorten toneelstukken: de komedie en de tragedie. B. De meeste Griekse toneelstukken gingen over mythologie of over het dagelijks leven. C. Volgens de Grieken was een toneelstuk een vorm van vermaak. Het hoefde dus niet leerzaam te zijn. D. Toneelstukken werden opgevoerd in een theater in de buitenlucht, dat een halfronde vorm had.
Antwoord:
C
Slide 6 - Tekstslide
Soort vraag: T2
Aantal punten: 2
Vraag:Bekijk bron 3 5. Hieronder staan drie stellingen. Met welke stelling ben jij het eens? Leg je mening uit door een voorbeeld uit de bron te gebruiken.
A. Athene was heel erg democratisch. B. Athene was een beetje democratisch. C. Athene was helemaal niet democratisch.
Antwoord:
B: 45.000 van de 295.000 mogen wél stemmen, het is dus een beetje democratisch
C: 250.000 van de 295.000 mogen niet stemmen, het is dus niet democratisch
Slide 7 - Tekstslide
Soort vraag: T2
Aantal punten: 2
Vraag:
6. Lees bron 4 Bij welk begrip uit dit hoofdstuk past deze bron het best? Leg je antwoord uit.
Antwoord:
Mythe; Het is verhaal waar goden in voorkomen
Slide 8 - Tekstslide
Soort vraag: T1
Aantal punten: 4
Vraag:
Opdracht 8: (T1) (4p) Schrijf bij de onderstaande vragen of het waar of niet-waar is. 1. Bij de Atheense democratie mochten alle mannen en vrouwen hun stem uitbrengen. 2. Het stichten van een polis op een overzees gebied noemt men ook wel kolonisatie. 3. De Peloponnesische Oorlog eindigde in een nederlaag voor Sparta. 4. De Atheense samenleving was de eerste samenleving waar de democratie werd ingevoerd.
Antwoord:
1. niet-waar
2. waar
3. niet-waar
4. waar
Slide 9 - Tekstslide
Soort vraag: R
Aantal punten: 2
Vraag:
Opdracht 9: (R) (2p) Geef een oorzaak en een gevolg van het ontstaan van Griekse koloniën.
Antwoord:
Oorzaak; Stadstaten raakten overvol dus mensen stichten nieuwet stadstaten (koloniën)
Gevolg; De moeder stadstaat kreeg goederen toegestuurd van de nieuwe kolonie
Slide 10 - Tekstslide
Soort vraag: I
Aantal punten: 2
Vraag:
Lees bron 6 Uit welke stadstaat komt het jongetje uit dit verhaal denk je? Leg je antwoord uit.
Antwoord:
De Spartaanse samenleving kent geen terugdeinzen; is een harde samenleving. Daarom komt dit verhaal uit Sparta
Slide 11 - Tekstslide
Soort vraag: T1
Aantal punten: 2
Vraag:
Je hebt in dit hoofdstuk veel verschillende personen leren kennen. Welke persoon was volgens jou het belangrijkste? Leg je antwoord uit.
Antwoord:
Eigen mening + uitleg
Zeus is geen persoon, dus om deze reden wordt dit antwoord ook niet als goed gerekend