les 30 september 2P

Welkom 2P!
Nederlands
30 september 2019
Fictie
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom 2P!
Nederlands
30 september 2019
Fictie

Slide 1 - Tekstslide

Lezen
timer
15:00

Slide 2 - Tekstslide

Lesopzet:
- vooruitblik eindopdracht "fictie"
- terugblik begrippen "fictie"
- instructie element "tijd" in verhalen
- kijken en nabespreken korte film
- vervoegen Engelse werkwoorden
- aan de slag met opdrachten

Lesdoel: 
- je kunt het element "tijd" benoemen in verhalen mbv de begrippen verteltijd/flashback/chronologisch en niet-chronologisch
- je kent de regels voor het vervoegen van Engelse werkwoorden

Slide 3 - Tekstslide

Fictieopdracht

- poster
- filmpje
- mondeling
- presentatie
- eigen idee
Aanstaande vrijdag definitieve keuze doorgeven!

Slide 4 - Tekstslide

Wat hebben we tot nu toe behandeld bij fictie?

Slide 5 - Tekstslide

Wat hebben we tot nu toe behandeld bij fictie?

- opbouwschema
- genres
- beeldspraak
- stijlfiguren
- personages
- vertelperspectief
- spanning

Slide 6 - Tekstslide

Tijd
- tijd waarin het verhaal zich afspeelt
- vertelde tijd 
- verteltijd
- chronologisch verhaal
        - terugverwijzing
        - vooruitwijzing
- niet-chronologisch verhaal
        - flashbacks

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

  1. Martin heeft op straat een aanvaring met Rik, die tegen zijn autospiegel heeft getrapt.
  2. Rik krijgt iets naar zijn hoofd gegooid vanuit een rijdende auto. Boos rent hij de auto achterna.
  3. Rik gooit een steen van het viaduct
  4. Martin verklaart in het café de liefde aan een vrouw. Hij geeft haar een cadeau, maar wordt afgewezen
  5. Er is ruzie in het gezin van Rik. Er wordt gescholden.
  6. Mirna gaat naar de kapper
  7. Mirna stapt bij Martin in de auto

Slide 9 - Tekstslide

  1. Er is ruzie in het gezin van Rik. Er wordt gescholden.
  2. Martin verklaart in het café de liefde aan een vrouw. Hij geeft haar een cadeau, maar wordt afgewezen.
  3. Martin heeft op straat een aanvaring met Rik, die tegen zijn autospiegel heeft getrapt.
  4. Mirna gaat naar de kapper.
  5. Mirna stapt bij Martin in de auto
  6. Rik krijgt iets naar zijn hoofd gegooid vanuit een rijdende auto. Boos rent hij de auto achterna.
  7. Rik gooit een steen van het viaduct.

Slide 10 - Tekstslide

regels bij ww uit het Engels:
- gebruik zoveel mogelijk dezelfde spellingregels als bij      Nederlandse werkwoorden (' Kofschip X)
- soms schrijf je een extra 'e' achter de stam om                    uitspraakproblemen te voorkomen (ik racete, ik timede)
- Soms schrijf je een extra medeklinker om de Engelse       uitspraak te behouden (ik pass de bal -  ik paintballde         gisteren)


Maak opdracht 2, 3 en 4 van blz 80

Slide 11 - Tekstslide